Uitkeringswet Indische Geïnterneerden
In vervolg op de mededeling betreffende het alsnog toekennen van de eenmalige
uitkering krachtens de U.I.G. aan alle in Nederland gevestigde weduwen van ge
sneuvelden (zie Moesson van 15 januari 1985) deelt de Stichting Nederlandse
Ereschulden (S.N.E.) het volgende mee:
In het op 15 november 1984 door de Adviescommissie U.I.G. uitgebrachte eind
verslag aan de minister van Binnenlandse zaken waren drie adviezen opgenomen
tot bijstelling van de interpretatie van de wet, welke adviezen inmiddels door de
minister zijn overgenomen. Deze adviezen luidden als volgt:
a. pensioenen e.d. beschouwen als in
komsten uit arbeid in de zin van de
wet. Als gevolg daarvan aan particu
lier gepensioneerden, die kunnen
aantonen dat - in afwijking van de
destijds algemeen geldende richtlijn
- geen volledige nabetaling van pen
sioen over de periode van de Japan
se bezetting heeft plaatsgehad, als
nog de eenmalige uitkering krach
tens de U.I.G. verlenen;
b. aan de weduwen van tussen 7 de
cember 1941 en 9 maart 1942 bij of
ten gevolge van oorlogshandelingen
omgekomen niet-ambtenaren, die op
grond daarvan recht verkregen op
een AOOR-uitkering, hetzij op een
particulier weduwenpensioen dat
over de bezettingsperode niet is na
betaald, een eigen aanspraak op de
U.I.G.-uitkering toekennen en
c. ten aanzien van de vanuit Neder-
lands-Nieuw-Guinea geëmigreerden
die niet voldoen aan de gestelde
vestigingseis, de jaren doorgebracht
in Nederlands-Nieuw-Guinea als aan
sluitend op de in Nederlands-lndië
doorgebrachte tijd meetellen.
Ter uitvoering van de besluiten volgen
hierna enige van belang zijnde toe
lichtingen, voor hen die vanuit Neder
lands-Nieuw-Guinea emigreerden.
A. voorzover het Ministerie van BiZa
over de ingezonden - en daarna af
gewezen - aanvraag beschikt, is
het toewijzingsbesluit vóór 1 januari
1985 automatisch aan de belang
hebbenden toegezonden.
N.B.
Ingeval van adreswijziging sedert de
inzending van de aanvraag, hiervan
per briefkaart melding maken aan
Ministerie van Binnenlandse Zaken,
Afd. Overzeese Pensioenen, Post
bus 20011, 2500 EA 's-Gravenhage,
onder duidelijke vermelding van
1. Uitkeringswet Indische geïnter
neerden
2. Naam van de aanvrager/ster
3. Registratienummer U.I.G.
(zie blauwe kaart c.q. afwijzings
besluit)
4. Huidig adres met vermelding van
postcode en telefoonnummer.
B. ingeval belanghebbende op 31 janu
ari 1985 nog geen toewijzingsbesluit
heeft ontvangen, dan de hierboven
onder a. genoemde gegevens per
briefkaart aan de S.N.E. zenden,
teneinde het Ministerie van BiZa
hierop te attenderen.
Voor het alsnog verlenen van de
uitkering komen in aanmerking zij
die aan de volgende voorwaarden
voldoen:
1. op het tijdstip van de Japanse be
zetting inkomsten uit arbeid of
bedrijf genoten en deze door deze
bezetting hebben gederfd, d.w.z.
niet nabetaald hebben gekregen.
2. gedurende tenminste zes maanden
geïnterneerd zijn geweest gedu
rende de Japanse bezetting
3. na 15 augustus 1945 tenminste
10 jaar niet onafgebroken geves
tigd zijn geweest in Ned.-lndië,
Indonesië en Ned.-Nieuw-Guinea
(d.w.z. de tijd doorgebracht in
NNG tezamen met de tijd vanaf
15-8-45 - 27-12-49 moet tenmin
ste 10 jaar zijn)
4. indien de geïnterneerde of zijn
weduwe op of na 1 januari 1981
is overleden, komen de erfgena
men voor toekennning van de uit
kering in aanmerking; in dat ge
val dient één der erfgenamen zich
tot het Ministerie van BiZa te
wenden onder gelijktijdige toezen
ding van:
- de acte van overlijden van de
aanvrager/ster, af te geven door
de gemeente van inwoning;
- een door een notaris opgemaak
te acte van erfrecht;
- een door een notaris opgemaak
te volmacht, waaruit blijkt wie
door de erfgenamen gemachtigd
is namens hen op te treden;
deze volmacht dient de naam,
voornamen, geboortedatum en
volledig adres van de gevol
machtigde te bevatten;
- de postgirorekening c.q. de
bankrekening (in Nederland),
waarop de uitkering dient te
worden bijgeschreven.
C. zij, die aan de in punt b. hiervoor
gestelde voorwaarden voldoen, doch
nimmer een aanvraag om toeken
ning van de uitkering krachtens de
U.I.G. aan het Ministerie van BiZa
inzonden, worden verzocht zich tot
de S.N.E. te wenden met vermelding
van naam, volledig adres en tele
foonnummer, teneinde hen te advi
seren hoe te handelen.
Alle verdere informatie kunt inwinnen
bij de Stichting Nederlandse Ereschul
den, p/a Nederlands Congresgebouw,
ChurcVllplein 10, 2517 JW Den Haag,
tel. 070 - 51 28 51 toestel 328.
KOL. J. H. J. BRENDGEN
Op 20 januari j.l. is op 81-jarige leeftijd
overleden Johann H. J. Brendgen, kolo
nel der Infanterie van het K.N.I L. b.d.
Behalve als hoge militair en als leraar
Wiskunde aan het Mendel College te
Haarlem genoot de heer Brendgen de
laatste jaren vooral en terecht veel
bekendheid als renovator van de Ere
begraafplaats Peutjut te Banda Aceh.
Deze laatste werkzaamheid ving aan
in 1970, toen de heer Brendgen een
reis maakte naar zijn vroegere stand
plaats. Hij trof de begraafplaats in een
totaal verwaarloosde toestand aan en
na terugkeer in Nederland heeft hij
initiatieven en activiteiten ontplooid die
ertoe hebben geleid dat Peutjut weer
een werkelijke Erebegraafplaats werd.
De heer Brendgen is op 25 januari
gecremeerd. Met respect gedenken wij
zijn leven en werken.
DEEL 11a EN GROTE ONGENOEGENS
Dr. L. de Jong blijft met zijn deel 11a
van de geschiedschrijving van het Ko
ninkrijk der Nederlanden de gemoede
ren bezighouden In sommige gevallen
zelfs zozeer dat mensen zich bezinnen
hoe daadwerkelijk iets gedaan kan wor
den om al dan niet vermeende onjuist
heden in het laatste boek van De Jong
recht te (doen) zetten. Zo heeft de heer
G. Jonker te Bleiswijk het vaste voor
nemen om op korte termijn een gerech
telijke procedure tegen dr De Jong aan
te spannen, waarin hij wil eisen dat de
verspreiding en verkoop van deel 11a
wordt gestaakt vanwege de in dat deel
voorkomende beledigende, onjuiste,
onvolledige en grievende passages die
diep ingrijpen in de opvattingen en het
leven van de Indische Nederlander.
De heer Jonker heeft inmiddels tal van
Indische organisaties aangeschreven
met het doel een zo breed mogelijke
basis te kunnen vormen voor het be
oogde proces. Ongetwijfeld zal de heer
Jonker in spanning afwachten welke
reacties hij van de organisaties ont
vangt. Redactie Moesson dat ook, niet
handenwrijvend, maar benieuwd om
dat de aard van de reacties toch in
hoge mate bepalend zullen zijn voor
het antwoord op de vraag of deel 11a
van De Jong inderdaad in erg slechte
aarde is gevallen.
Wie meer informatie wil hebben over
het voornemen van de heer Jonker,
kan met hem contact opnemen. Zijn
adres luidt: Kerkstraat 24, 2665 BE
Bleiswijk, tel. 01892-3163.
DE VAN OUDS BEKENDE BAMI-
KWA SPEC, heeft in de koffie
shop in de Passage a.d. Lange
Tiendeweg centr. Gouda aller
hande specialiteiten voor U. Ge
zellig ter plekke te nuttigen of
mee te nemen. Wij verzorgen
ook bestellingen voor parties,
bruiloften enz.
3