uiókcmen Wanneer een wensdroom werkelijkheid gaat worden, is het net alsof de nevel aan je oogleden voorbijtrekt. Langzaam komt dan de werkelijkheid naar je toe en geef je je over aan die belevenis. Van 30 jaren her draag je de herinnering met je mee en gewaarschuwd door velen je niet aan vergelijking met het heden te wagen, schudt je bij aankomst op Halim die last van je af. Je voelt je bevrijd, de nevel is verdwenen en een nieuw verleden staat voor je. Je eerste confrontatie na 32 jaar met het huidige Indonesia is als het oppakken van de draad die je hier zo lang ge leden hebt moeten laten liggen. In 't begin wat schuchter zoekend naar die verloren draad, wordt het besef steeds sterker dat het er nog net zo ligt en dat de tijd inmiddels ook niet stilgestaan heeft. Overleden W. M. (MARIE) DE GOEDE Plantangan 5-2-1895 Nijmegen 5-3-1985 Namens de familie: P. B. (Nel) de Goede Polhuis 42-07 6537 RB Nijmegen geleden in alle onbegrijpelijkheid hebt moeten achterlaten. De BragaJa, als je Bogerijen ziet dan weet je het weer. Bij Savoy Homann neemt het verleden je bij de hand en wandel je samen verder. De Gedung Satéeen rilling be kruipt je; daar ging je dagelijks langs. Dan ineens laat het verleden je even los en weet je het niet meer. Een straatnaam brengt je echter weer op het spoor, Meraklaan, de aloon-aloon - en dan, dan sta je ineens voor het verleden, het heeft je niet meer bij de hand, maar staat oog in oog met je. Een brok kruipt uit het allerdiepste binnen in je langzaam omhoog en on zeker doe je een stap, dichter naar het verleden toe. Van een foto weet je wat je vinden zal en tochop een klein gedeelte na. is alles nog als 30 jaar geleden, als in je herinnering. Je be seft dan dat je nu echt thuisgekomen bent. Een beetje overdonderd door dit alles ben je even de kluts kwijt en word je wakker geschud door twee meisjes die die je make-up willen verkopen. Je komt tot het besef dat je het huis waar je vóór staat ook van binnen wilt zien. Je belt aan en o, wonder er woont een schattig Omaatje die ook nog Ne derlands spreekt. Je hele ziel gaat open en je zou je blijdschap willen delen met hen, je Vader, je Moeder, zusters en broer, die hier ook eens hebben gewoond. Je hele dag, eigenlijk je hele vakantie kan nu niet meer kapot, want dat wat de grootste verwachting in je gewekt heeft, is aan de nevel onttrokken en glashelder is de wensdroom overge gaan in realiteit en de wens "thuis te komen" alleszins vervuld. M. E. ANGENENT- VAN RAEMSDONCK De kampung bijvoorbeeld, toen een wijk met optrekjes van gedèk, is nu haast een moderne woonwijk met ste nen huizen, waar de TV zelfs aanwezig blijkt te zijn. Maar wat je er nog net zo vindt is een warm onthaal, de als van ouds gestel de vraag: "Mau kemana?" Daarnaast de vele, vele grote kindervraagogen. Hier nog geen brutaal nageroep, maar heerlijk gegiechel als antwoord op jouw vragen. Een verademing is dat en tegelijkertijd besef je dat alles eigen lijk toch nog is als "toen vroeger". Dat je best nog naar herinneringen kunt zoeken. Niet alles is terug te vin den, vooral als je slechts materiële dingen wenst terug te vinden, zul je misschien een teleurstelling moeten verwerken, maar kijk je langs bij gebouwde vertrekken, kantoren e.d. heen, dan herken je best nog het oude terug. Jakarta nu net een zee van mensen met af en aanrollende golven van au to's, baiai's en sepedamotors en het voortdurende stormgeloei van toeteren de auto's en bellende rijders. Een weg met vier rijstroken verwijdt zich hier en daar als een trechter en rijden er wel 8 auto's naast elkaar. De bestuurders zijn net trapeze-giganten in een circus. Door toetergeloei, hand gebaren en er nèt tussendoor kunnen, stroomt het verkeer aan je voorbij en sta je verloren aan de kant, voortdu rend ie tenen krullend, bang dat daar wat overheen rijdt, zonder maar ook de moed te hebben die aanstormende golven te trotseren om veilig de overkant te bereiken. Dat is nieuw, maar je ziet ook die saté verkoper, die man met z'n van glaswand voorziene karretje, met daarin zalige ijskoude nanas, papaya, nangka, mangga en jambu air. Zelfs de bakso verkoper lijkt nog van vroeger. Je eerste belevenis achter een groot glas ijskoude zuurzak. Je 'kindzijn' komt weer helemaal naar boven en je geniet hier dan ook van met kinder lijke verrukkelijkheid. De bergen van Bandung komen als van verre weer bij je terug. In je geest komt een beeld naar voren van een kind dat probeert met kleurkrijt de bergwereld op papier weer te geven, maar het scheppende echter niet in de vingers heeft; dat was lang geleden. Even zo dringt de harmonie en rust ook nu weer bij je naar binnen en beleef je dat net als toen; alleen nu ben je volwassen. Dan ga je echt op zoek naar dat wat je ruim 30 jaar Een mooi plekje op Midden-Java: hangbrug over de Serayu tussen Sukaraya en Purwokerto. (Foto: M. E. Angenent-van Raemsdonck) 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 13