EEN MENSENLEVEN (I)
DE POELAU BRAS
JAN KOOT
door J. Koot
Jan Koot
Zee Bozuwa, de Kapitein-luitenants
ter zee Meyer, Muller en Rinkhuyzen,
alsmede Generaal-Majoor De Fremery
en de Majoor van de Artillerie Kool.
Zouden de Japanners daar lucht van
hebben gekregen? Het betekende wel
extra gevaar. De nacht verliep normaal.
De volgende morgen werd het ontbijt
op het promenadedek geserveerd. We
kregen koffie, pap en brood. Omstreeks
9 uur ratelden de alarmbellen; er was
een vliegtuig gezien dat op ons af
kwam. Dichterbij gekomen konden we
zien dat het een Japans toestel was.
Het vloog enige malen om ons heen
en verdween toen in de richting van
de kust. Met de machinegeweren werd
nog getracht het vliegtuig te raken,
echter zonder succes. Het was toen
niet moeilijk te gissen wat er later zou
gaan gebeuren. De verschijning van
dat vliegtuig verontrustte ons in hoge
mate. De Japanner zou ons natuurlijk
rapporteren en het was duidelijk dat
zij, wanneer zij bombardementsvlieg
tuigen gereed hadden, deze op ons af
zouden sturen.
Dat schip had verscheidene topfunc
tionarissen van de BPM aan boord, die
hun posten, o.a. Balik Papan, Tarakan,
Palembang en Tjepoe, hadden moeten
verlaten om niet door de Japanners
geïnterneerd te worden.
Omdat de Siberg niet zou vertrekken,
om welke duistere reden dan ook, nam
De "Poelau Bras"
Hij heet Jan Koot, woont in Driebergen en is geboren in 1897. Het zou dus on
gepast zijn om hem een jongeman te noemen, maar een oude man is hij evenmin.
Hij is wat je noemt nog heel goed bij en al rust hij 's middags wat, zijn gezond
heid is bepaald goed. Onlangs is er een boek van zijn hand verschenen onder
de titel "Oorlog en overleven, 1235 dagen in Japanse krijgsgevangenkampen".
Een prachtige groene band, formaat A4 en titel in goudkleur. Oplage 12 stuks.
Alleen voor kinderen en (achter)kleinkinderen. Er zijn al zoveel boeken over de
oorlog geschreven en waarom zou Jantje Koot er dan een aan toevoegen voor
een groot publiek? En dan is het maar de vraag of men belangstelling zal hebben.
Een te volgen redenering die respect afdwingt en de persoon Jan Koot tekent.
Als marconist was hij een van de eer
sten die in 1918 het bericht over de
wapenstilstand hoorde. Hij was officier
bij de H.A.L.-koopvaardij, stapte in
1933 over naar de K.L.M. en was be
trokken bij de oprichting van het West-
Indisch Bedrijf. In 1940 werd hij over
geplaatst naar Batavia en in 1942 over
leefde hij de torpedering van de Poe
lau Bras. Terug in Nederland werd hij
als vertegenwoordiger van de K.L.M.
uitgezonden naar Zuid-Amerika om
vervolgens een functie te vervullen in
de I.A.T.A. (International Air Trafic As
sociation). Toen hij 72 jaar werd, gaf
men hem in overweging met werken
te stoppen. Hij heeft dat gedaan, maar
als je hem nu ziet zitten, zou je hem
zo weer achter een bureau kunnen
plaatsen en gegarandeerd dat hij moei
teloos aan de slag zou gaan. Maar
dat kan niet, jongeren hebben de plaat
sen allang ingenomen en hen zegt de
naam Jan Koot weinig of niets. Zo gaat
dat en je vraagt je af of alles niet een
beetje onwerkelijk is.
Een mens die zoveel heeft meege
maakt, zoveel heeft opgebouwd, zo in
ternationaal heeft geleefd, samen met
zijn vrouw Jeanette Verbaas, en die
nog zo vitaal is, maar vanwege zijn
leeftijd alleen maar een lopende her
innering mag en kan zijn. Een herin
nering waar weinigen belangstelling
voor hebben. Een mensenleven.
Een klein gedeelte uit dat mensenleven
heeft hij op schrift gesteld. Behalve
zijn geheugen diende zijn dagboek als
bron. Vellen papier waaraan je duide
lijk kan zien dat die ook vergankelijk
zijn. Het resultaat heeft hij 12 maal
laten vermenigvuldigen.
Omdat zijn ervaringen belangrijk zijn
voor iedereen en omdat zijn verhaal
er een is van menselijke (eigenaar
digheden, zullen in 3 delen fragmenten
uit zijn boek worden gepubliceerd.
R.B.
de gezagvoerder van de Poelau Bras
die BPM'ers aan boord. Ook kregen
we twee reddingsboten van de Siberg
om onze reddingsmiddelen aan te vul
len. Ze werden door de laadbomen van
de Poelau Bras bij ruim 2 opgehesen
en bleven buiten boord hangen, vast
gesjord aan de railing.
Met een van de laatste sloepen van
de Poelau Bras, die de passagiers aan
boord brachten, gïng ik mee, alsook
o.a. Schout-bij-Nacht J. J. A. van Sta
veren, de plaatsvervangend comman
dant zeemacht. Hij vertelde de gezag
voerder, de heer Crietee, dat de Ja
panners niet ver meer af waren en
verzocht hem zo spoedig mogelijk te-
vertrekken.
Het anker werd gelicht en zo vertrok
ken wij in de loop van de avond van
vrijdag de 6e maart 1942 met een zuid
westelijke koers. Het lag in de bedoe
ling ons zo snel mogelijk en ook zo
ver mogelijk van de kust te verwijde
ren, in de hoop dat we dan buiten het
bereik van de Japanse vliegtuigen zou
den komen. Onze bestemming was
Colombo op Ceylon.
Er waren hoge officieren van land- en
zeemacht aan boord, behalve Schout
bij-Nacht Van Staveren, Kapitein ter
14