KIMM Indische spekkoek
in omloop zijnde Nica-gulden (het wet
tige betaalmiddel van na de oorlog met
Japan) zou uit de circulatie genomen
worden en daarvoor in de plaats kwam
de "NG-gulden".
Het oude geld werd geblokkeerd. Bij
de déblokkering kreeg je 40% van het
ingenomen geld terug, uiteraard uit
betaald in de nieuwe valuta. Over de
resterende 60% werd niet gesproken.
"Misschien krijg je er later wel wat
van terug", zeiden sommigen. "Vergeet
het maar, schrijf het maar op je buik"
zeiden de kolonisten. (Noot: dit geld
is bij mijn weten nooit door het Gou
vernement terugbetaald).
Dit was voor de kolonist die met zijn
spaargeld en schamele inboedel in
Nieuw-Guinea was aangekomen en
daar een living probeerde op te bou
wen, een zwaar gelag. Eerst de Japan
se inval, beroofd van huis en haard,
daarna weer opgebouwd en gespaard,
toen de souvereiniteitsoverdracht en
de uittocht naar Nieuw-Guinea, met
medename van de barang die je nog
had. (De rest was voor een appel en
een ei verkocht). Tenslotte deze finan
ciële opdonder. Je spaargeld voor
meer dan de helft ingepalmd. De kolo
nisten vonden deze maatregel je rein
ste diefstal. Personen, die na deze sa
neringsmaatregel in Nieuw-Guinea
kwamen ondervonden daarvan geen
enkel nadeel. Zij ontvingen hun geld
in de nieuwe valuta
De ambtenaren die vanuit Nederland
waren uitgezonden en Hollandia als
standplaats kregen, waren ook de grote
boffers v.w.b. hun huisvesting. Ze kre
gen de zojuist gereed gekomen wonin
gen toegewezen, die de bouwmaat
schappijen in een rap tempo uit de
grond stampten. Tot deze categorie
behoorden wij, al waren we geen uit
gezonden krachten.
Ifar was een plaatsje ongeveer 35 km
ten zuidwesten van Hollandia, het
voormalige hoofdkwartier van de Ame
rikaanse Generaal Mc Arthur.
De weg daarheen was smal en boch
tig. Enkele bochten kregen een bij
naam. Zo had je de 'Vandamme bocht',
hier vloog de heer Van Damme met
zijn auto uit de bocht, de djoerang in.
Een andere was de "Jacqueline bocht".
Het verhaal gaat dat hier tegen mid
dernacht een per abuis doodgeschoten
Amerikaanse vrijwilligster zou hebben
gestaan om een lift te vragen. Als je
stopte om haar een lift te geven, zou
je volgens het verhaal ontdekken dat
haar benen bokkepoten waren. Een
leuke gewaarwording. Ikzelf heb haar
nooit gezien, al reed ik weieens rond
het middernachtelijk uur door deze
bocht. Wèl gingen m'n nekharen een
weinig overeind staan maar dat kwam
wellicht door het idee dat ze er mis
schien tóch zou staan. Ik kan nl. niet
goed tegen spoken
Ifar was een gezellig en rustig dorpje,
gelegen op een zuidelijke uitloper van
het Cycloopgebergte. De woningen
bestonden uit quonsethutten of waren
uit hout opgetrokken en op palen ge
plaatst.
Het plaatsje had een tennisbaan en een
sociëteit, ondergebracht in een "reu-
ze-quonset". Er werden regelmatig
feestjes georganiseerd zowel voor
jong als oud en men vermaakte zich
daar opperbest.
Wat verderop (een kwartiertje rijden)
had je het vliegveld van Sentani, waar
Holland-gangers kwamen en gingen.
Sentani bezat een zwembad compleet
met springplank en kleedhokjes. Voor
Nieuw-Guinea een unicum. Wie liever
in een meer natuurlijke omgeving ging
zwemmen, moest een stuk verder de
bush in. Daar was een helder stromend
riviertje met verspreid liggende rots
blokken waarop je lekker kon gaan
zonnen. In het nabij gelegen Sentani-
meer kon je ontspanning vinden in
pleziervaart en vissen. Een geliefkoosd
oord voor jagers was echter het ach
terland van Sentani. Om te relaxen
was er dus volop keus.
Een van de kolonisten had in die om
geving zijn ananas-aanplant. De vrucht
bomen deden het ook goed. De ana
nassen waren van goede kwaliteit en
hij was er wat trots op. De kolonisten
Vijsma en Belle deden het met hun
fruitteelt ook niet slecht.
Andere kolonisten waren Samson,
Coenraad, Mensing en Gerlach. Som
migen hadden ook een kippenfokke-
rijtje. In het plaatsje Kota Radja had
Wienbeck een varkensfokkerij. De kip
pen- en eieren leverancier Couwen-
berg mocht zich in een grote klandizie
verheugen. Weer anderen hadden zich
op de landbouw toegelegd zoals Hoy-
er, Beer en Reintjes. Op de wat af
gelegen plaatsjes Holtekang en Boro-
way hadden Bolte een groente-kweke
rij en Borst een kippen-fokkerij.
Hollandia was wat je noemde een
"ambtenarenstad". De aantrekkings
kracht van deze tropenstad lag in de
uitgevoerde bouwplanning van woon
huizen, kantoren en andere projecten
zoals het nieuwe ziekenhuis, dat tot
één van de modernste ziekenhuizen in
de Pacific behoorde.
Aan herstel en uitbreiding van het
wegennet werd ook het nodige gedaan.
Kilometers weg werden aangelegd
naar de nieuwe woonwijken "Noord-
wijk" en "Van Heutszkamp". Ze leid
den in verschillende vertakkingen naar
de bungaiowachtige huizen, die tegen
de berghellingen - uitlopers van het
Cycloop-gebergte - waren geprojec-
Stort 21,op giro 158225 en
U ontvangt een spekkoek van
ca. 500 gram, in speciale ver
pakking, franco thuis.
"KIMM", Joh. Verhulststraat 98,
Amsterdam-Z. Tel. 020 - 62 84 61.
teerd. Vanuit de "hemelpoort", bijna
het hoogste punt van deze woonoor
den, keek je neer op de Stille Oceaan
en de Humboldtbaai. Een fantastisch
uitzicht. Bij mooi, helder weer kon je
in het Oosten een bergrug onderschei
den die de grens vormde met het Aus
tralisch gedeelte. Verder ten Noorden
van genoemde woonwijken lag op een
heuvelrug de Centrale Opleidings
school der Algemene Politie. Daar
werden jonge Papoea's afkomstig uit
diverse plaatsen in Nieuw Guinea on
der andere tot politieagenten opgeleid.
De school stond onder leiding van de
Hoofdinspecteur van Politie dhr. R. W.
Schmidt. Ook het lager kader kreeg
daar zijn (her)scholing. Over het alge
meen waren de Papoea-recruten ijve
rige en leergierige jongens die enthou
siast hun theoretische en praktische
opleiding volgden.
's Middags na 2 uur was Hollandia een
"dode stad". De kantoren waren dan
gesloten en de ambtenaren hielden hun
siësta. Zo tegen 4 uur werd er weer
enig leven waargenomen.
Na een verkwikkende douche of bad
zag je ze dan op de open veranda zit
ten of zochten ze ontspanning in de
sport of gingen voor een "uitje" naar
de stad.
Aan de pier lag het clubhuis en socië
teit "de Jachtclub" waar ook ranke
bootjes aangemeerd lagen. Het was een
gerenommeerde club en in de week
enden was er altijd wel wat te doen.
Je had dansavonden of culturele bij
eenkomsten en eens in de maand een
gokavond (legaal).
Een honderd meter verderop stond een
andere sociëteit. ''Hercules", eenvou
diger van opzet maar ook gezellig.
Deze was voor "Jan met de pet". Een
eindje verderop nog een, genaamd "het
Zeepaardje". Op zaterdagavonden als
er geen roulette werd gespeeld, dans
ten de "zeepaardjes" met volle over
gave op de muziek van een amateur
bandje of gewoon op grammofoonpla
ten. De "Rock en Roll" werd juist in die
periode geïntroduceerd en was ont
zettend populair.
Aan de noordkust van Hollandia lag
een mooi en schoon strand, wel "Base-
G" genoemd door de Amerikanen. Als
er een woelige branding op de kust
stond rolden de hoge golven tot over
de strandlijn. Het was een sensatie om
daar te zwemmen.
Een pienter zakenmannetje had zelfs
onder de bomen een optrekje neerge
zet waar hij koele dranken en snacks
aan de badgasten verkocht. In de
avonduren was "bees djie" een ge
liefd oord voor verliefden
BRUINSMA
7