Joe Kieyoomia I J.G. YSSEL DE SCHEPPER I ALLE VERZEKERINGEN Op 13 februari jl. verscheen in het Amerikaanse dagblad "Daily Times" te Far- mington, N. Mexico een artikel over een heel speciale Navajo Indiaan, genaamd Joe Kieyoomia. De volgende dag zou hem nl. officieel de "Bronze Star Medal" worden toegekend voor zijn aandeel in de Tweede Wereldoorlog in Azië. Dit is zijn verhaal: Joe Kieyoomia (Foto: Daily Times) Samen met zijn vriend Claude Hatch meldde Joe zich in maart 1941 aan als vrijwilliger in het Amerikaanse leger. Na de training werden ze allebei naar Manilla gezonden, waar Joe werd in gedeeld bij de verbindingsdienst. Op 7 december 1941 zou zijn leven op slag veranderen: Japanse vliegtuigen bombardeerden het vliegveld totaal tegen de vlakte, de volgende dag was er niets van over. Alle overlevende troepen werden gedwongen tot wat nu bekend staat als de beruchte "Bataan dodenmars". Joe vertelt"Wij hadden geen idee waar we heen moesten lopen en het duurde niet lang of honger, dorst, dy- sentrie en andere ziekten eisten hun tol. Mannen die niet meer mee konden lopen werden gewoon door de Japan se wachten het oerwoud ingetrokken en nooit meer teruggezien Na 4 dagen lopen kregen we onze eer ste "maaltijd" die bestond uit een bal uitgedroogde rijst, ons toegeworpen door de wachten. Ik heb het overleefd dank zij het feit dat ik een buiten jongen ben, sterk en gewend aan lo pen en ik ben gelukkig niet ziek ge worden tijdens die tocht. Er staan veel bittere herinneringen ge grift in mijn geheugen. Op de 7e dag van deze tocht waren we gekampeerd bij een klein schoolgebouw. Het had geregend, we hadden het koud en we kropen tegen elkaar aan voor warmte. Na een tijdje stonden Claude en ik op om even rond te lopen en toen we terugkwamen waren twee medegevan genen doodgegaan. In zo'n korte tijd waren ze overleden. De volgende ochtend werd ons bevolen een goot te graven om deze doden te begraven. Echter gelijk met deze doden werden mannen die volgens de Japanse wach ten te zwak waren om verder te gaan, óók in de goot geworpendeze mannen leefden nog en schreeuwden dat ze best verder konden, maar de wachten schopten ze terug. Daarna werd benzine gegooid in de goot en aangestoken. Na afloop moesten wij alles dichtgooien. Het maakt me kapot, ik moet er nog om janken... de tranen rolden me langs mijn gezicht bij het dichtgooien van het graf... Het begin van de "Code Talkers" pe riode heeft mijn leven gered. (De U.S. Marines begonnen eind 1941 met het trainen van een groep Navajo Indianen Marines tot z.g. "code talkers". De Navajo taal is een ongeschreven taal en uiterst moeilijk en werd gebruikt door deze groep voor het overbrengen van geheime berichten. De Japanse mi litaire decoders hebben deze code nooit kunnen breken en deze code talkers hebben op deze manier de tweede wereldoorlog vlugger doen eindigen. Pas na 25 jaar zijn ze hier erkend en zelfs nu nog zijn er weinig mensen in de wereld die van het bestaan van deze speciale groep mannen afweten). Omdat de Japanse decoderingsdienst geen touw kon vast knopen aan de nieuwe geheimtaal, maar wel wist dat dit de Navajo-taal was, werd ik naar Nagasaki in Japan overgebracht. Hier probeerden ze mij te dwingen deze code voor hen te ontcijferen. Hoewel ik de taal zelf natuurlijk wel verstond, kon ik niet wijs worden uit de code van de uitdrukkingen die de "code tal kers" gebruikten. Zo werden b.v. schepen omschreven met namen van bepaalde vissen en de radio was "tal king wind". Ik probeerde zo goed en kwaad als het kon hen dit wijs te ma ken, maar het had geen zin, ik werd toch iedere dag afgerammeld. Eind november: sneeuw en ijs bedek ten de grond en op een dag werd ik uit mijn cel gehaald, gedwongen mij helemaal te ontkleden en een uur lang buiten op het plein te staan. Het duur de 30 minuten en mijn voeten waren aan de grond vastgevroren. De wach ten sleurden mij naar binnen terwijl mijn voeten bloeddennu nog zijn gedeelten van mijn voeten op dat plein. Na de oorlog ontving ik mijn Purple Heart medaille hiervoor. Als gevolg van dit voorval liep ik long ontsteking op en ik was er bijna onder door gegaan. Het was echter deze ziekte die mij het leven heeft gered, want ik werd overgebracht naar een Brits gevangenenkamp, weg van Na gasaki. Deze stad werd dus met de grond gelijkgemaakt door de atoom bom." Joe heeft lang genoeg gewacht op deze Bronze Star medaille - 43 jr. I Op zijn aandringen werd hem de medaille op 14 februari persoonlijk gepresenteerd en niet over de post gestuurd, zoals eerst de bedoeling was. Hij eindigt zijn verhaal met de woorden: "Als ze me deze medaille niet persoonlijk hadden toegekend, dan had ik hem op mijn rug gedragen." Zijn vriend Claude woont niet ver van Joe vandaan, beiden zijn grootvaders en met pensioen. Joe maakt zilveren sieraden en Claude is een kunstenaar met klei. JOYCE F. KATER-HOEKE dere lieden te krijgen - en die middelen heb ik op u in 't werk gesteld." Waar blijft het specifiek oosterse? Mijn eigen ervaring wijst ook in die richting. Als kind, in een geïsoleerd gronings dorp, in het tweede decen nium van deze eeuw, hoorde ik van mijn grootouders verhalen over "hek sen en spouken en veurloopen". "Hek sen en spouken" is wel duidelijk. Van "veurloopen" of "voorlopen" spreekt men als iemand een toekomstige ge beurtenis ziet. Dat is geen kwestie van "tweede gezicht" of "met de helm ge boren" zijn. ledereen kan het meema ken. Men ziet bij vol bewustzijn, dus niet in de slaap, een stukje werkelijk heid dat nog geen heden is maar het spoedig worden zal. Vaak is het een begrafenis, soms een brand, maar ook wel een belangrijk gebeuren als b.v. de aanleg van een kanaal (het Eemska- naal) of een spoorweg (de Noord-oos- ter lokaal spoorweg). In de "Groninger Volksverhalen" van mevrouw Huizenga-Onnekens speelt het bovennatuurlijke ook een rol. Het zelfde is het geval in de volksverhalen van de Ngaju Dayaks, die ik las als controleur van Sampit in Zuid-Borneo. In beide komt voor dat je een insect in de buurt van een slapend mens niet mag doden omdat de ziel van de slapende er in zou kunnen zitten. Op nieuw vraag ik. waar is het specifiek oosterse? Ik geloof niet in een kloof tussen het denken van oost en west. Het is zoals de bijbel zegt: "Hij heeft uit énen bloede het geslacht der mensen ge maakt". (Handelingen 17:26, Staten vertaling.) H. J. KOERTS iniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiit Alg. Assurantiebedrijf "Argo" Kantoor en woonhuis Corn, de Witt- laan 83, Den Haag, Tel. 070 - 55 71 72 Iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 17