Mèster-Koempoelan Een tweetal plaatjes van de reünie waar kleine groepjes in vrolijke stemming alle herinneringen van "toen-vroeher" nog eens ophaalden en herbeleefden, vooral met de hulp van oude fotoalbums die sommige bezoekers meegebracht hadden. "Waar zijn Djakarta's Fidalgo's?" vroeg Pa Tjalie zich af in twee opstellen van zijn Piekerans. En, werkelijk waar, soms vroeg ik me dat ook af tijdens de Mèster- reünie die vorige maand in het Haagse Congresgebouw gehouden werd. Want het leek meer een "keurige Soos-dag" van respectabele dames en heren tijdens hun Europees verlof I Natuurlijk was het best leuk en gezellig en ik neem altijd mijn petje af voor de organisatoren van zo'n koempoelan. Want ik weet uit eigen ervaring dat het een heidens werk is om dat allemaal te urus en dat je meestal maar weinig werkelijke medewerking hebt/krijgt als puntje bij paaltje komt. Maar moeten wij Indo's voorlopig al reünies niet drastisch verminderen Want er worden de laatste tijd zo ont zettend veel van dit soort koempoe- lans gehouden dat het soms lijkt dat de sjeu er wat af is. Steden, dorpen, kampen, straten, scholen en noem maar op, iedereen vindt het de laatste tijd nodig dat ze maar weer eens bij mekaar duiken en op feestjes herin neringen ophalen. En omdat die In dische maatschappij vroeger zo ver schrikkelijk ambulant was en door het werk door-maar-door overgeplaatst werd, kan pakweg driekwart van die Indo's wel minstens naar een dozijn van die reünies van stad, kamp, school (of zie boven)want daar hebben ze wel opgezeten of bijbehoord. Het enthousiasme is er vaak een beet je van af. Ze komen elkaar zo ont zettend vaak tegen op andere reünies dat de begroeting vaak al is geredu ceerd tot een eventjes ophalen van de wenkbrauwen met een glimlachje erbij. Al, afgelopen Dat viel me weer op tijdens die laatste reünie die ik meemaakte van Mèster. Nu heb ik net de laatste tien jaar ach tereen in Indonesia gezeten en voor mij persoonlijk is er dus veel te zien en te ontmoeten. Ik ga dus naar verd. veel van deze reünies toe. En omdat er vroeger bij ons thuis vaak van dit soort koempoelans waren van Pa Tjalie met zijn jeugdvrienden en kontjo's en die altijd geweldig leuk en rame waren ging ik echt vol verwachting naar deze van het oude Meester-Cornelis toe. Ook al omdat ik eind vorig jaar naar de reünie van Kemayoran geweest was waar het geweldig gezellig ge weest was. Dus deze van Mèster, waar ik zelf mijn jeugd had doorgebracht, waar ik veel mensen van kende en waar ik door de vele (sterke?) verhalen van Pa en zijn vrienden zo vertrouwd mee was, zou die van Kemayoran (waar ik tenslotte niks van weet) toch min stens duizend keer moeten overtref fen Misschien door dit alles ging ik er met veel te grote verwachtingen naar toe en natuurlijk was het best leuk, lollig en gezellig. Maar misschien was de zaal te groot en daarom zag ik te weinig echt enthousiasme. Ik verwacht te veel meer dolle uitgelaten ontmoe tingen waarbij de Djakartaanse en Meesteriaanse opmerkingen en uit roepen de boventoon zouden hebben. (lees verder pagina 10, 1e kolom bovenaan) Met een jeugdig elan, alsof de tijd gewoon had stilgestaan, gingen regelmatig op de dansvloer de voetjes van de vloer, en daar tussen door bracht af en toe Ben Snijders zijn gevoelige liedjes onder begeleiding op de piano van zijn vrouw Jos>. 4

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 4