Dit nummer van ons blad is een DUBBEL-NUMMER
BIJ DE VOORPLAAT
15 Juli en 15 Augustus zijn ook DUBBEL-NUMMERS
OU DERS-KINDEREN-OUDERS-KIN DEREN
Weet U dat ik me suf heb gepiekerd
welke foto ik zou moeten nemen voor
dit bijzondere "ouder-nummer"? Het
moest iets moois, betekenisvols, on
vergetelijks zijn, iets voorstellends dat
hommage zou brengen aan onze voor
ouders.
Maar mooie foto's kunnen soms zo
veraf lijken, te statisch in een moment
opname, terwijl de verhalen in dit blad
tintelen van "nog pas gisteren"-herin-
neringen. Neen, ik moest iets levends
hebben, iets dichterbij, tussen heel
vroeger en vroeger in.
En toen kreeg ik deze foto in handen.
Achterop stond: "familie Boolmeyer
(dus ik veronderstel dat daar de meis
jes ook bij horen), de heer en mevrouw
Koon en ik" (geheel links, de heer
Hent). Tijd 1934, plaats Buitenzorg. Wat
voor merk de auto is mag U zelf uit
vinden, Ik herinner me dat we vroeger
een Chandler hadden. Waarom ik die
naam onthouden heb - ik was een jaar
of 5 - komt misschien omdat er door
de uitspraak van onze brave chauffeur
Wiro. zo'n lekkere klank in zat: tjènt-
lèr. In ieder geval werden er ook
koffers met touwtjes achterop gebon
den, net als hier.
De meisjes wonen ter plaatse, want
ze lopen op blote voeten en dat ach
terste meisje heeft de onvermijdelijke
tjangkokan aan haar linker been, is
dus de levendigste of de onhandigste.
Er staan eenvoudige huizen in de straat
niet zulke kapitale woningen met enor
me voorgalerijen, zoals alle "kolonia
len" verondersteld werden ze te heb
ben. Maar wel plenty vruchtbomen op
de achtergrond, goed wonen dus, zou
den Ben Snijders en Tjalie zeggen. Het
is allemaal zo herkenbaar, zo dichtbij
en toch zijn de dames en heren nu
"voorouder" en de meisjes kunnen al
lang en breed overgrootmoeder zijn.
De tijd ging zo langzaam toen, een jaar
had twaalf lange maanden, een week
zes lange werkdagen en een lange
zondag. En misschien omdat er geen
seizoenen waren die je leven in vieren
hakten, waren alle dagen nieuw en
anders.
Daar gaat ze weer op de idealiseer-
toer, hoor ik U al zeggen. Niet waar,
ik ga weer op de analiseer-toer, omdat
ik na een halve eeuw nog altijd pro
beer te ontdekken wat er allemaal
veranderd is tussen toen en nu. Dat
heeft óók te maken met de geschiede
nis van onze ouders en voorouders.
O, ik hoop dat er straks kinderen zul
len zijn die een tijdschrift vol kunnen
schrijven met hun herinneringen over
ons.
Wat me van alle verhalen in dit blad
opvalt is de Grote Lijn die er toen in
het leven zat. Onder welke omstandig
heden, rijk of arm, avontuurlijk of amb
telijk, er waren vaste regels voor ou
ders, kinderen. Ik zeg niet dat ieder
een altijd even gelukkig was en een
paradijselijk bestaan had, maar er wa
ren vaste normen en waarden waar
men zich naar richtte om "goed" te
kunnen leven Dat is volgens de mo
derne wetten en rechten van demo
cratie en vrijheden niet nodig, niet
mogelijk zelfs. De Onvrijheid van de
Vrijheid, ik kan me gewoon niet voor
stellen hoe ik daarover met mijn vader
zou hebben kunnen discussiëren. Mijn
vader die zich zo vrij voelde als een
vogel, na 15 jaar braaf ambtenaars-
bestaan zei: "Zo is het genoeg ge
weest", zijn viool oppakte en de rest
van zijn leven musicus bleef, zijn ideaal.
Hij stierf jong, 59 jaar, die "rest van
zijn leven" was dus niet lang, maar
wel gelukkig.
Er was geen kinderbijslag, ziekenfonds,
bijstand zo, toeslag zus, daarom pro
beerde ieder een zekerheid voor zich
en zijn gezin te vinden die paste naar
status en inkomen Ons leven was niet
omgrensd, toch waren er beperkin
gen voor velen, zeker voor de Indische
mensen, maar leden we daaronder?
Er waren kinderen voor Pa van der
Steur, kinderen onder Pro Juventute,
's Lands Opvoedingsgesticht ("daar
kom je nog eens terecht", was een
veel geuit dreigement van ouders voor
de onverbeterlijke brandals), maar
verder?
Er was bijna geen gezin dat niet "zo
maar" een pleegzoon of pleegdochter
in huis had. daar werd niet over ge
sproken, er werd geen subsidie voor
aangevraagd. Men deed wat het hart
ingaf en kon, omdat volgens de na
tuurlijke wetten van menselijkheid al
les kon. In die tijd, de tijd van onze
voorouders. "In die tijd had je dat nog
niet", zeggen ze nu, maar in die tijd
kon alles. Zo hebben onze ouders
geleefd.
L.D.
DE INDISCHE PENSIOEN BOND,
EEN KRASSE OUDE
MET EEN EIGEN IDENTITEIT
Op 11 mei jl. hield de Indische Pen-
sioenbond in de Variantzaal van het
Haagse Congresgebouw zijn jaarlijkse
algemene vergadering. Ditmaal met
een feestelijk tintje vanweg het be
reiken van de "meer dan pensioen
gerechtigde leeftijd van 70 jaar".
De openings- tevens jaarrede van de
nieuwe voorzitter, Dr. W. J. ten Haaft,
kan de annalen ingaan als een van de
boeiendste ooit uitgesproken. Wie erin
slaagt 40 minuten aan één stuk de
volle aandacht van een zaal te krijgen,
kan zich een begunstigd redenaar
noemen. Zijn levendige voorstelling
van zaken, zonder de zakelijke aspec
ten te vergeten, leverden een duidelijk
overzicht van wat de Bond in de af
gelopen jaren geweest is, gedaan heeft
en nog blijft doen. En dat is veel ge
weest voor zeer velen.
Komen we op het aantal leden. De
naam impliceert eigenlijk dat het geen
eeuwig durende vereniging is. Met het
overlijden sterft het Indisch pensioen
mee, geen sociale zekerheid kan de
dood tegenhouden. Enkele honderden
per jaar worden als lid afgeschreven;
dat de IPB toch non zo'n 16.000 leden
telt, duidt op de diverse belangen die
hij voor zijn leden behartigt. Niet al
leen voor gepensioneerden.
Voor alle zaken betrekking hebbende
op uitkeringen en regelingen op het
sociale vlak springt de IPB met kundig
advies bij. En een goed luisterend oor
is een belangrijk ding in deze tijd van
gecompliceerde rechten. Een feestelijke
lunch met nog vele toespraken volgde,
waarin een uitspraak van één van de
sprekers me frappeerde. "De Indische
Pensioenbond heeft door de jaren heen
zijn eigen identiteit behouden".
Een vertrouwde, goed functionerende
bond met een alert en pienter bestuur.
Moge hij nog lang behouden blijven
voor een grote gemeenschap die een
hechte band met het verleden heeft.
Meer dan alleen dat Indische pensioen.
L.D.
VEEL, HEEL VEEL KOPIJ
Moesson-lezers schijnen massaal in
de pen geklommen te zijn om een bij
drage te leveren aan de verschillende
speciale nummers die we dit jaar heb
ben. Maar ook "gewone" kopij blijft
de redactie dagelijks in tientallen en
veloppen bereiken en uiteraard zijn we
daar erg blij mee en we hopen dat U
zult blijven schrijven. We vragen wel
uw begrip dat niet alle artikelen direkt
geplaatst kunnen worden. Wees dus
niet boos, teleurgesteld of ongerust
wanneer uw pennevrucht niet binnen
enkele weken is geplaatst. Alle artike
len die niet meer in de speciale num
mers opgenomen konden worden, ko
men binnenkort alsnog aan de beurt.
En wanneer U kopij aanbiedt laten het
dan (voorlopig) geen vervolgverhalen
zijn, momenteel hebben we die in over
vloed. Dank voor uw begrip en mede
werking. Redactie
Dat wil zeggen dat er op 1 JULI en 1 AUGUSTUS GEEN Moesson
verschijnt. Wilt U zo vriendelijk zijn ons daarover niet te bellen
Vanaf 1 SEPTEMBER verschijnt Moesson weer om de twee weken.
2