Pedis maar niet agressief RUUD BOEKHOLT, KOLONEL B.D. Hij is een volgeling van Thorbecke, liefhebber van Jazz, regelmatig bezoeker van paleis Soestdijk en Huis ten Bosch en hij is een van Nederlands strategen. Last en voor mij not least: hij is een naamgenoot, zelfs de initialen zijn de zelfde, maar familie is hij niet. Hij heet dus Boekholt, voor naam Ruud en hij is geboren (1926) en getogen in Batavia, Menteng om precies te zijn. Zijn moeder heette Sophia Schrijver, zijn vader Jacobus en die heeft 40 jaar gediend bij de Nigem, de Nederlands-Indische Gas Maatschappij (later de Ogem). Ruud Boekholt woont in het Gelderse Malden, een kolonel buiten dienst en tegelijkertijd dienst baar aan koningshuis, politiek, leger en Indische organisa ties. "Een jeugd zoals ik heb gehad, kan ik jullie niet geven", zei ik alijd tegen mijn 4 kinderen. "Vele Indische ouders zullen dat hun kinderen hebben gezegd. Ik hield van Indië, dat kwam ook door mijn vader, die een groot natuurlief hebber was. Hij nam ons altijd mee "naar buiten" en hij leerde ons. En op schoolzongen we van de blanke top der duinen en dat was toen gewoon, want de verbondenheid tussen Indië en Nederland was intens. Tegenwoordig denk ik wel eens dat het eigenlijk gek was dat we dat zongen". Kolonel b.d. R. Boekholt Ze woonden tegenover de Cavalerie- kazerne en voor Ruud was het militair bedrijf een dagelijks boeiend schouw spel. "Officier" was zijn antwoord wan neer hem gevraagd werd wat hij wilde worden en hij is een van de weinigen van wie de jeugddroom werkelijkheid is geworden. Maar voor het zover was, moest ook hij oorlog en bersiap mee maken. Toen de Jap kwam, zat hij in de 3e klas van de KW III. Zijn broer was een van de Glodok-jongens, die weigerden zich pro-Japan uit te laten. Hij zelf deed dat evenmin, ook niet toen beloofd werd dat zijn broer dan vrijgelaten zou worden. Ook hij kwam toen knijp te zitten. "Maar toch was de bersiap de slecht ste tijd. Alles en iedereen schoot op elkaar en de houding van de Engelsen was verschrikkelijk. Zij trokken zich nergens iets van aan en de Brits-In dische militairen, Mohammedanen, lie ten de rampok-partijen eerst gewoon toe. Pas toen een van hun hoge men sen werd vermoord, veranderde hun houding. Ik heb de 7 December-divisie zien keren, omdat geen toestemming voor landing werd gegeven." In die tijd zat Ruud bij de Motor Trans port Dienst Batavia. Hij had zich daar voor gemeld toen een oproep werd gedaan voor jongens die een rijbewijs hadden. Aanvankelijk kregen zij de taak om de Amerikaanse voorraden, variërend van schoenen tot auto's, die vanwege het ontbreken van pakhuizen zo op de kade werden gegooid, te vervoeren naar de Knil-kazernes. Later reden zij voor de Engelsen. Toen de beschietingen van de voertuigen te erg werden, stopte hij dit werk om zich vervolgens te melden bij de K.P.M., die dringend behoefte had aan jonge mannen omdat de Indonesische ma trozen uit solidariteit met de strijders op het land staakten. Vier maanden heeft hij toen gevaren en daarbij heeft hij ook de route Semarang-Batavia gedaan om de vrouwen uit het Amba- rawa-kamp te evacueren. Inmiddels was het 1946 geworden en zijn vader vond het tijd worden dat Ruud de school weer opzocht. "Ik wil de helemaal niet natuurlijk, hoe dan ook, het was spannend en ik voelde me een hele vent. Maar mijn vaders wil geschiedde (gelukkig) en na de 4- jarige H.B.S. wilde ik in dienst. Ook dat ging niet door, ik werd naar Ne derland gestuurd, waar ik in Den Haag de middelbare school afmaakte. Ein delijk kon ik dan in dienst en ik wilde zo spoedig mogelijk als officier terug naar Indië. Daarvoor moest ik echter eerst de in 1948 heropende Koninklijke Militaire Academie (K.M.A.) te Breda doorlopen en toen ik dat gedaan had, 1950, was Indië ook niet meer". Ruud Boekholt vroeg zich toen af wat hij als officier in Nederland moest. Hij wilde graag een dynamisch leven. Die dynamiek kreeg hij: tijdens de Korea- oorlog, in Suriname waarheen hij werd uitgezonden en in Nederland, waar het militaire leven hem toch niet tegen viel, integendeel. Hij maakte regelma tig promotie en in 1973 kreeg hij een belangrijke en eervolle nevenfunctie: garde-coördinator, wat wil zeggen dat hij adviseur werd van het Koninklijk Huis voor alle aangelegenheden be treffende de 3 Garde-reqimenten die Nederland kent. Van oudsher bestaat er een hechte relatie tussen het Ko ninghuis en de Garde-regimenten en bij protocolaire en ceremoniële Ge beurtenissen zijn de Grenadiers, Ja gers en Fuseliers in hun kleurrijke uniformen dan ook in de direkte nabij heid van de Koninklijke Hooqheden te vinden. Toen Ruud Boekholt deze nevenfunctie 10 jaar had vervuld, werd hij benoemd tot adjudant in buitenge wone dienst van Koningin Beatrix, een functie die hij nog steeds vervult. 1979 was het jaar dat hij benoemd werd tot Provinciaal Militair Comman dant van Gelderland. "De militaire to ko goed verkopen" werd toen een van zijn taken en natuurlijk was die taak omschrijving deftiger geformuleerd. Ruud: "Altijd moet je je toko goed ver kopen. In Gelderland heb ik geprobeerd de burgerij te laten zien wat het leger doet en betekent en ik mag zeggen dat dat gewaardeerd werd. Wanneer je je vak verstaat en je zorgt ervoor dat je geaccepteerd wordt, dan zul je altijd slagen. Dat goed verkopen van je toko geldt ook voor de Indische gemeenschap. In het leger heb ik ge zien dat veel Indische jongens de top hebben bereikt, omdat ze daarvoor de juiste eigenschappen hebben: pedis maar niet agressief en kennis van zaken. In het burgerleven zijn vaak veel Indische belangen weggedrukt en hebben we ons laten wegdrukken en eerlijk gezegd: we deden al gauw zelf een paar passen achteruit. We pre senteren ons niet of onvoldoende en we waren te bescheiden om ons als Indische gemeenschap naar buiten uit te manifesteren. Onder andere komt dat ook door die enorme versnippering van Indische organisaties en daarom is een grote en krachtige Indische fe deratie ook mijn wens. We hoeven bepaald niet agressief te worden, maar er is meer tussen agressie en lijdzaam heid." "Of ik autoritair ben?. Nee, helemaal niet. Daar bereik je niets mee. Accep teren en geaccepteerd worden. Luis teren en je vak verstaan, daar kom je veel verder mee èn voor je toko op komen." Ruud Boekholt is nu gepensioneerd. Buiten dienst heet dat, maar nog geen dag heimwee naar het leger gehad. Te druk met allerlei andere zaken en de Indische zaak wordt daar één van. We zullen nog wel van hem horen, hij is pas 58. RB. 29

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 29