Uitgebluste Vulkanen
TUNAS Trade, Tours Travel International B.V.
REISBRIEF UIT INDONESIË (III)
Na een korte afdaling maakt de grote verkeersweg een flauwe bocht en zien wij
plotseling de zee links voor ons liggen. De weg volgt hier op korte afstand de
kustlijn van de Indische Oceaan. Witgekuifde golven van blauw-groen water
rollen zich op het strand uit en lossen zich op in wat schuim. Immer ruist de
branding en door de bladeren van de vele klapperbomen ritselt de wind. En
aan de overkant van de weg ligt, als schrijnende dissonant in dit harmonieuze
geheel, Saturit, één van de drie leprozerieën van deze, met zoveel natuurschoon
bedeelde provincie.
Ze is niet anders dan een kleine desa
met haar 15-tal witgekalkte huisjes aan
weerszijden van een vrij breed hoofd-
pad, dat met ronde kalistenen nogal
hobbelig is geplaveid. Langs beide zij
den van dat pad een rij in volle bloei
staande Nusa Indah heesters. De volle
rode en witte bloemtrossen, de groe
ne weelde van andere bomen en plan
ten, de schoon aangeveegde erfjes, de
nijver rondscharrelende kippen, vor
men met de blauwe hemel en het hel
dere zonlicht een welhaast idyllisch
geheel, dat heel merkbaar een sfeer
van vredigheid ademt.
Onze Colt rijdt het middenpad, waar
ze nog juist op past, ten einde en stopt
voor het laatste bouwseltje aan de
linkerhand. Het is een soort loodsje,
aan één kant open en met een cemen
ten vloer. Er staan een tafel en wat
eenvoudige stoelen en in de hoek
hangt een uitgehold houtblok, de ken-
tongan, die bij onze aankomst meteen
wordt geluid. Dan komt uit de huisjes
een twintigtal mannen en vrouwen te
voorschijn. Moeizaam strompelen, lhob_
beien en schuifelen ze over het hobbe
lige pad naar Ihet loodsje. Hoewel ze
proberen 'hun verminkingen te verber
gen is duidelijk zichtbaar dat vrijwel
allen zeer geschonden handen en voe
ten hebben. Enkelen zijn ook in het
gelaat geschonden. Van 'het i'dylisc'he
beeld blijft weinig over en het gaat
helemaal in rook op als binnen de hel
der wit gekalkte wanden donkere, naar
geestige en muffe vertrekjes blijken te
liggen.
Saturit telt 24 bewoners, 14 mannen en
10 vrouwen. Er verschijnen er 20 op
het appèl, 3 vrouwen zijn te verminkt
dan dat ze zich zelfstandig kunnen
verplaatsen en 1 ligt ziek met TBC.
De aanwezigen zijn intussen op de
vloer gaan zitten, in een halve kring,
de 3 oudsten vooraan. De woordvoer
der is een vrij rijzige man, met halve
voeten en vrijwel vingerloze handen.
Hij heeft permanent een lachende uit
drukking op zijn gelaat en in zijn wat
vertrokken mond zijn heel duidelijk nog
3 tanden te zien. Maar met grote waar
digheid en kaarsrecht zittend, beant
woordt hij de begroetingswoorden van
Zr. Hermien en roept haar en haar
gezelschap een hartelijk welkom in
Saturit toe.
De achterban betuigt telkens haar
goedkeuring met een duidelijk gemom
peld "Amin", tenminste dat menen wij
te verstaan. Terwijl het algemeen ge
sprek voortkabbelt en er toestemming
gevraagd (en gekregen) wordt om fo
to's te maken, bekijk ik de mensen
wat nauwkeuriger. Ik let niet op hun
verminkingen maar probeer hun ge
laatsuitdrukking te lezen. En weer valt
mij die sfeer van vredigheid op. Dui
delijk te merken, maar niet te verkla
ren.
Ik was in een leprozerie waar een al
gemeen gevoel van angst in de lucht
hing en die was gemakkelijk verklaar
baar. Over een andere leprozerie hing
als het ware een waas van grenzeloze
verveling en, bij de jongeren, een ge
voel van opstandige machteloosheid.
Ook hier lag de verklaring voor de
hand. In weer een andere leprozerie
trof ik een doffe berusting aan, een
geestelijk reeds uitgeblust zijn, geen
interesse meer hebben voor de dingen
om zich heen. Eén hunner had aanval
len van razernij en sloeg dan alles in
zijn huisje kapot. Hij was gruwelijk ge
schonden. Die doffe berusting en die
razernij waren te verklaren. Maar
dit gevoel van vredigheid, bij mensen
die er minstens net zo erg aan toe zijn
als die anderen, kan ik rationeel niet
plaatsen. Gelukkig heb ik mijn donkere
bril op zodat ze de tranen in mijn ogen
niet zien. Die vredigheid - bij deze ver
minkten en uitgestotenen - ze grijpt me
diep aan
Een paar dagen later ontmoeten we
heel toevallig de lepra-arts, die in
vroegere jaren de zorg over deze
leprozerieën had en ze dus goed ken
de. Ik vroeg hem hoe ziek deze onge-
lu'k'kigen waren en welk besmettings
gevaar ze veroorzaakten. Even glim
lachte hij triest en zei: "Deze mensen
niet meer, de ziekte is bij hen uitge
werkt. U kunt ze het best vergelijken
met uitgebluste vulkanen, die niet meer
werkzaam zijn, die dood zijn. Maar hun
kraters getuigen nog van de vernieti
gende uitbarstingen in het verleden.
Zo is ook bij deze mensen de ziek
te uitgewoed, uitgeraasd, uitgewerkt.
Maar ze heeft een diep spoor van
verminkingen in hun lichaam getrokken.
En de kans op verdere verminkingen
blijft altijd bestaan. Niet door de lepra
bacil, maar vooral door infecties van
buitenaf. Door de gevoelloosheid van
hun ledematen geeft het lichaam geen
pijnsignaal als ze zich branden of ver
wonden. In hun armoedige leefsituatie
dreigt voortdurend het gevaar van ver
wondingen die niet opgemerkt worden,
geïnfecteerd raken en steeds dieper
in het lichaam vreten. De kans op
nieuwe verminkingen is dan erg groot."
Nu begin ik iets te begrijpen van de
vredigheid, die de meeste bewoners
van Saturit uitstralen. Zij hebben het
stadium bereikt dat ze in vrede leven
met zichzelf. Met hun verminkingen,
met hun uitstoting door de maatschap
pij, met hun armoede, ja, zelfs met
hun opstandig en onrustig hart. En dat
leidt niet tot een doffe berusting maar
reikt véél en véél verder. Ze hebben
nu een zekere rust gevonden, een
zekere vredigheid die zich als het
ware over hen heeft ontfermd, in grote
barmhartigheid.
En als de witte Colt van de zusters
het hobbelige pad van Saturit oprijdt
en de kentongan wordt geluid, schui
felen en strompelen ze naar hun loods
je, waar ze 'hun 'blijdschap over het
bezoek en de goede gaven uiten en
met elkaar praten en lachen.
De zusters Franciscanessen uit de
provinciehoofdplaats hebben als hoofd
taak het onderwijs. Hieraan hebben
ze hun handen meer dan vol, maar
natuurlijk staat het pastorale werk ook
hoog op het lijstje. Min of meer in dit
kader brengen de zusters twee keer
per jaar een bezoek aan drie lepro
zerieën. Dat kost hun minstens één
hele dag want de drie dorpen liggen
ver uit elkaar. Bij zo'n bezoek worden
de zieken bezocht en met de anderen
wordt over van alles en nog wat ge
praat. Hoe het staat met de vrucht
bomen en de jonge djeroekaanplant.
Hoeveel kippen er nu zijn en hoeveel
eieren ze ongeveer leggen. Of de geit
intussen al geworpen heeft en hoe de
jongen het maken. Of er nog belang
rijke wensen en verlangens bestaan
waar de zusters misschien wat aan
kunnen doen. Tot slot krijgt elk een
mandje vol levensmiddelen, zeep, een
lekkernijtje, een sarong en wat geld.
Zo'n ronde kost de zusters heel wat
geld en daarom beperken ze die tot
twee keer in het jaar.
Maar dat is zuster Hermien niet ge-
385 Beeklaan Telex: 34193 tunas nl.
2562 AZ DEN HAAG Telefoon 070 - 63 92 27 63 89 94
Uw Indonesië en Verre Oosten reis op de maat van uw beurs en wen
sen gesneden
Agent voor Europa van P.T. TUNAS INDONESIA TOURS TRAVEL Jakarta
Kantoren: Medan, Padang, Yogya, Surabaya, Bali, Ujung Pandang, Bandung,
Singapore, Hongkong, USA.
32