We maakten kennis met de directeur van de thee onderneming Pasir Nang- ka. Met hem, zijn vrouw en 2 zonen. Meneer Hellema, een Indo, was een eenvoudige vriendelijke man. Hij no digde Moes en enkele groten uit om bij hem te komen bridgen. Veel later heb ik dit spel van mijn man geleerd. Eén van de zoons van de heer Helle- ma, John genaamd, kon het tijdens onze vakantie in Pasir Nangka goed vinden met Carla (onze 'zeemeermin'). Na zo'n bridgeavond gingen die twee weieens een wandeling maken na toe stemming gekregen te hebben van on ze directrice en John's vader. Ja, er werd toen netjes toestemming ge vraagd. En als Carla door John thuis gebracht werd keken de vriendinnen, die in de slaapkamer op haar hadden zitten wachten met nieuwsgierige blik ken naar haar. Zagen ze iets van ver liefdheid bij Carla of verbeeldden ze zioh maar wat Veel later toen we weer terug waren in het Djatihuis heeft John ons nog enkele malen opgezocht, maar van een vaste verhouding met Carla is niets gekomen, jammer. (wordt vervolgd) Deze foto komt voor in het boek "Het verbluffende kamp", herinneringen aan het vrouwenkamp Kampong Makassar, West-Java, door Ko Luijckx. Het werd in 1945 uitgegeven en is niet meer in de handel. Wie weet de namen van de personen die op de foto staan? Reacties aan Mevr. van Spanje, Kornalijnhorst 145, Den Haag, tel. 070 - 47 14 46. LATIJN IN INDIË Wij zouden dit jaar per auto en cara van naar Noorwegen, U weet wel een grrroot en koud land en ook een land met veel muskieten. Dus naar de dro gist voor Obat Njamuk. Eenmaal bin nen vroeg ik: "Heeft u een middel te gen muskieten?" en toen Zus dat in derdaad bleek te hebben, vervolgde ik hoopvol (want berangkali ada): "...en heeft u dan een merk dat Kajoe Poe- tih olie heet?" (Naar minjak kajoe poetih wilde ik niet vragen, want dat ging natuurlijk te ver). Toen grote verbazing, want de Bilt- hovense schone bleek dit (voor haar) uitheemse middel inderdaad te heb ben en feilloos greep zij naar een grote fles. Vervolgens vulde ze voor mij een klein flesje, plakte er een etiket op met een air van: "Straks gaat deze domme vent er nog van drinken." Dankbaar pakte ik het flesje aan en rook direkt aan de inhouden we derom vertoefde ik in Makassar anno 1945, alwaar we na vier jaar Jappen kamp voor het eerst weer met dit ty pisch Indische produkt kennis maak ten. De winkeljuf merkte niets van dit korte, doch uiterst snelle uitstapje van mij naar Celebes-en-weer-terug, en ik bestudeerde het geschrevene op het etiket. Wat ik las deed me zachtjes over m'n achterhoofd wrijven, want hoe ken deze? Op het etiket stond namelijk "caju puti olie". "Jonge dame," zei ik toen, "dat is ver keerd gespeld, kajoe, dat hout bete kent. wordt niet met een c geschre ven." (Over de oude spelling "oe", de nieuwe spelling "u" en de tj-klank van de "c" in de moderne spelling van het Indonesisch, wilde ik het maar niet hebben.) De winkeljuf wierp me een vernieti gende blik toe en zei met een houding van "wij intellectuelen": "Meneer, dit zijn Latijnse woorden." Deemoedig boog ik het hoofd zodat ze mijn glimlach niet kon zien en zo waardig mogelijk de warong obat uit- schrijdend, mompelde ik iets van: "Ach wat interessant, zit dat zo?" POHON LINDE ONDERHOUD GRAVEN De heer en mevrouw Subroto in Situbondo hebben laten weten dat zij gaarne bereid zijn om graven in Surabaya, Malang, Pa- suruan en Situbondo te onder houden. Om praktische redenen geldt dit echter alleen voor gra ven op de grote kerkhoven. Nabestaanden die prijs stellen op regelmatige bloemlegging bij de graven en op goed onder houd van de graven, kunnen schrijven naar dit echtpaar. Daarbij moet vermeld worden naam en voornamen van de over ledene alsmede de geboorte- en overlijdensdatum. Het adres van de heer en mevr. Subroto luidt: Jl. Mawar 1/5, Situbondo, Jawa Timur, Indonesia. MOEDERS BEELTENIS Als de nacht mijn stede nadert En ik in rust mij nedervlij, Gaan er beelden van mijn leven Heen of komen naderbij. Ik zie het beeld van mijn moeder Met haar lief en trouw gezicht, Het grijze hoofd in leed gebogen Onder het zwart omfloerste licht. En haar oude moede handen Krampen samen in haar schoot, Smekend tot haar Heer en Meester, Geef ons uitkomst in deez' nood. Maar in haar zachte grijze ogen, Ondanks slaag en tegenspoed, Licht de vonk der stille hoop, Brandt geloof met diepen gloed. Ik zie vertrouwen in haar harte, Haar geestkracht in de duisternis. Heer der Heren, schenk ons spoedig "Herrijzenis". W. BARON Uit mijn dagboek 1942-1945 Prisoner of War: Changi-kamp (Singapore). 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1985 | | pagina 7