Een kijkje op Pasar Besar in Soerabaja tempo doeloe: links op de voorgrond het gebouw van het Soerabajaasch Handelsblad, op de achtergrond meer naar rechts het oude bios coopcomplex, waar later het Gouvernementskantoor stond. lang, spichtig. Ze waren sjofel ge kleed, liepen bij wijze van reclame mee achter een auto, waaraan recla meborden bevestigd waren aan beide zijkanten met de aankondiging van de film, waarin beide heren speelden. Zij keken bepaald Piet vrolijk maar dat zou vast en zeker van de hitte zijn, want de straaltjes liepen langs hun gezicht en een glas bier na afloop in het kantoortje van het Kranggan-Park dat ik hun mocht aanreiken, was bij zonder welkom. Ter ere van dit team speelde Martin Grobe tijdens de voor stelling: "Dat 'is Watt en Halfwatt zijn kornuit..." Tekst en zelfs de muziek ben ik kwijtgeraakt, evenals de Jaar marktmars voor de Pasar Malam aan de Cannalaan en bij het huwelijk van Prinses Juliana en Prins Bernhard bood Martin Grobe de Burgemeester van Soerabaja een compleet pianostuk aan ter ere van het Bruidspaar. Alle maal herinneringen die wij hebben moeten achterlaten. Hoe konden die houtige, knokige, nietszeggende vingers de toetsen zo zalig beroeren als een klaterende wa terval van kleine dwarrelende noten? Toen kwam de eerste sprekende film: '"Zwei Herzen im Takt" van Robert Stolz. Capitol Theater trok volle zalen. Iedereen wilde dat wonder zien en horen. Drie weken achter elkaar de zelfde film. Het regelaartje voor het geluid was helemaal achter in de zaal aangebracht en daar zat ik wel eens stil te genieten. Het was een sensatie, een geweldige sensatie voor me. Na tuurlijk was het 'iets nieuws maar het hele orkest dat altijd meespeelde met de zwijgende film moest helaas plaats maken en verdwijnen... Ook de piano weg. De piano, de Foster moest weg, weg uit de orkestbak. Mijn vader kocht die voor mij. Dezelfde piano, waarop de drie musidi hadden gespeeld. Ik speel de er al een hele tijd op, ik probeerde er mijn eerste wijsjes op en mijn moe der controleerde dan aan de achter kant van het filmdoek of ik wel ter dege oefende en die ellendige toon ladders speelde. Maar nu was de piano echt van mij, va.n mij alleen... Martin Grobe was dus óók niet meer nodig en verhuisde naar Hotel du Pavilion in de Van Deventerlaan. Wij verhuisden ook maar de pianolessen gingen gewoon door. Mijn ouders hadden het toen moeilijk. "Geen nood!", zei Paatje Grobe, "de eerste leerling moest doorgaan!" en van be taling wilde hij niets horen. L'ife goes on. De oorlog kondigde zich aan. We verloren elkaar uit het oog. Toen we elkaar weer ontmoetten, was ik getrouwd, had ik reeds twee kin deren en Maatje Grobe alleen... Toen we Nederlandwaarts gingen, ging dezelfde piano mee. Ik was er zó aan gehecht. Het was mijn alles. Hij zag er 'heel anders uit nu, glad gepo lijst, mooi bruin, daar had onze oom Frits Heil die bij Knies werkte voor gezorgd. Een mooie stevige erbij be horende kruk. Ja, wie laat er nu zo'n historisch ding achter? Meenemen dus. Toen we in 1958 in Scheveningen zaten en er nog geen plaats was, werd de piano opgeslagen bij Hoogteyling in Den Haag voor oorspronkelijk ƒ3,- per maand. Soms kwam er een verlangen in me op de piano weer te zien, te bespelen, de tonen te horen, de toetsen te stre len met verlangende blikken... helaas! Na ruim 'twintig jaar besloten we de piano op te geven. Mijn man kwam vaak genoeg controleren, maar van het begin af was zo vaak gesold met de piano, dat 'het tenslotte beter was maar naar een andere piano uit te kijken. Met pijn in mijn hart heb ik die beslissing genomen. Al mijn dromen, iets wat met mij opgroeide, waarmee ik dagelijks mijn stemmingen deelde, mijn verlangens, emoties, alles heb ik TOKO Ze was in de winkel en overleg de bij haarzelf of ze nu wel of niet zou kopen. Ze kon wel beta len en ze wist ook al precies waarvoor ze het zou gebruiken, maar haar ogenschijnlijke twijfel was meer dat neuriënd genieten bij het zien van al die dingen, die zo leuk, handig, lekker, goed en mooi waren en die je zo kon kopen. "Als hij hoofdpijn heeft, kan ik hem hiermee insmeren" dacht ze, "lekker verkoelend en het verlicht. Als het koud is, zal ik dit voor hem maken, bandrek, vindt hij lekker" en terwijl ze dit dacht, zag ze hem in zijn stoel zitten, voorover gebogen, één vuist steunend op de knie en met de andere hand de beker vasthoudend, af en toe licht bla zend en genietend van de drank. "Ja-allah, kijk dan, rode rijst. Wat is dat lang geleden. Wat zal hij dat heerlijk vinden". Ze draaide de zak in alle richtingen en keek alsof ze iets dierbaars had terug gevonden. Of misschien zag ze alleen de verrassing op zijn ge zicht. Toch legde ze de rijst terug, voorzichtig en de andere spullen raakte ze nog even met haar vingertoppen aan. Alsof ze die groette. Toen ging ze met gebo gen hoofd zwijgend de toko uit. Want hij was al dood en wat voor zin heeft het dan nog om rode rijst en bandrek te kopen RALPH op düe oude piano 'botgevierd. Nu heb ik een plaatsvervanger, een lichtbruine, eenvoudige stu'diepiano. Een Fuchs Möhr. Ik mis wel eens de derde pedaal, de standaard voor het muziekblad, 'het overweldigende geluid, maar wat dan nog? Het blijft heerlijk, want ik speel en wat wil ik dan nog meer? E. HEIL-VERSFELD Nieuw OP REIS IN HET KIELZOG VAN ABEL TASMAN door Willem Drossaard Australië - Nieuw-Zeeland - Bali - oriëntatie, ontdekkingen, ontmoetin gen. Dit prachtige geïllustreerde boek is zowel een praktische reisgids als een waardevolle informatiebron op het gebied van historie, beziens waardigheden, natuur en cultuur van de gebieden die eens door de zee vaarder Abel Tasman werden ont dekt. Prijs 59,50, porto f 7, 21

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 19