Het I.E.V.
Vr
VOOR INDISCHE
I GOUDEN SIERADEN I
C.MER.KLE
3UWEIIER.
1 SPUI 167a - DEN HAAG S
TELEFOON 070-604885 J
(Vervolg "Intermezzo")
geplaatst en verbonden met een lang
stuk touw. Wanneer de colonne die
plaats voorbij ging werd er aan het
touw getrokken en zodoende de bom
tot ontploffing gebracht. Op deze wij
ze waren verscheidene slachtoffers
onder de militairen en burgers geval
len. Waar de pemoeda's deze bommen
en mijnen vandaan haalden, laat zich
gemakkelijk raden. Achtergelaten oor
logstuig van de Japanse strijdkrachtenI
Toen wij ten lange leste Madioen bin
nentrokken stond de bevolking ons
zeker niet toe te juichen, maar namen
zij eerder een afwachtende houding
aan. Er waren betrekkelijk weinig ver
nielingen in de stad aangericht. Ik be
zocht de leegstaande woning naast het
politiebureau waar ik als nieuwbakken
inspecteur van politie met mijn gezin
had gewoond. In Madioen begon na
melijk mijn politieloopbaan. Alles
stond mij nog helder voor de geest.
Na mijn politie-opleiding in Soekaboe-
mi In februari 1942, kreeg ik Madi
oen als standplaats. Het waren span
nende en drukke dagen want de
oorlog met Japan was begonnen. Mili
tairen en politie waren druk in de
weer om voorzorgsmaatregelen te
treffen op een eventuele aanval van
de Jappen. Er waren reeds bombarde
menten uitgevoerd op het nabij gele
gen vliegveld. Wij moesten ook toe
zien op de strikte naleving van de
verduisterinsvoorsch riften.
Op zekere dag kreeg ik van mijn
agenten te horen dat er even buiten
de stad een colonne militairen was
gesignaleerd. Wie en wat ze daar
deden wisten ze niet. Misschien waren
het wel onze militairen of landstor-
mers die aan het oefenen waren want
wij hoorden nergens schieten.
Hoe groot was mijn verbazing toen
enige tijd daarna een heel bataljon
'in vaal bruine uniformen de stad bin
nen kwam marcheren, gevolgd door
legervoertuigen. Ik keek eens goed
en hoe groot was mijn verbazing
toen ik tronies van Jappen waarnam!!
De toegestroomde inheemse bevol
king stond hun juichend toe te zwaai
en! Voor het politie-bureau waar ik
met mijn personeel naar de stoet
stond te kijken hield de colonne halt.
Ik was nauwelijks van mijn verbazing
bekomen toen er een paar officieren,
vergezeld van een dozijn soldaten met
opgezette bajonetten, op mij afkwa
men. Zij geboden mij mijn handen in
de lucht te steken en mijn revolver
werd mij afgenomen. Ook het overige
personeel onderging het zelfde lot.
Alle andere wapens die in het bureau
aanwezig waren werden naar buiten
gedragen en op straat op een hoop
gegooid. Waarom ze dat deden was
voor mij een volkomen raadsel! Het
volk joelde en juichte toen de militaire
colonne verder trok. Er werd ge
schreeuwd om de op straat achterge-
6
In Moesson van 1 april jl. spraken wij de hoop uit dat velen, vooral oud-I.E.V.-ers,
zouden reageren op de artikelen van drs. C. Verkuylen over het Indo-Europees
Verbond. Deze artikelen werden in de nummers 12 t/m 16 1986 van Moesson
gepubliceerd. Reacties kwamen er, maar niet veel en de meeste daarvan hielden
een kort en krachtig oordeel in over hetgeen Verkuylen geschreven had. Hoe
zeer wij zulke reacties ook kunnen begrijpen, aanvoelen in ieder geval, ze kun
nen niet beschouwd worden als een degelijk weerwoord. Nu is het altijd moeilijk
even te reageren op een doorwrochte studie, want dat het werk van Verkuylen
die kwalificatie verdient is zeker, maar het is jammer wanneer er op basis van
een studie geen normale gedachtenwisseling en discussie mogelijk is over een
belangrijk stuk Indisch verleden. Je zou kunnen zeggen dat trots en zelfrespect
je weerhoudt van het geven van reactie, daartegenover staat dat trots en zelf
respect juist in dit geval wellicht dwingen tot spreken. Je kunt en mag
niet altijd zwijgen. Bovendien heeft spreken soms de aardigheid dat je jezelf
weer eens hardop hoort zeggen waarop je trots bent en waarom. De duidelijk
heid die dan geschapen wordt, ook voor derden, ontkracht dan bij voorbaat de
regelmatige verwijten dat Indische mensen doen aan mythevorming, verheer
lijking en idealisering van het Indische verleden.
Nu is het ook zo dat, wil je reageren, je moet weten waar het over gaat. Voorals
nog moeten we concluderen dat velen (uiteraard) weten van het I.E.V., maar
er geen lid van zijn geweest omdat ze toen te jong waren. De positieve mening
over het I.E.V. is dan meestal gebaseerd op verhalen. Zij die wel lid zijn ge
weest, bewaren vooral herinneringen aan hun studietijd aan een van de I.E.V.-
scholen en aan culturele activiteiten. Tenslotte zij, die in de top van het I.E.V.
hebben gezeten en die in staat zouden zijn inhoudelijk te reageren op het werk
van Verkuylen, zij zijn er niet meer, zij zijn dood.
En zo ontstaat dus een op zich merkwaardige situatie: een jonge Nederlandse
student die ploetert door boeken, bladen, archieven, brieven en rapporten en
vervolgens een indrukwekkende verhandeling schrijft over het I.E.V. en daar
tegenover toch een vrij grote groep Indo-Europeanen die zijn geschiedenis
beschreven ziet en daarover niet kan of wil oordelen, gedegen oordelen en
dat is wat anders dan alleen maar zeggen "uitstekend" of "onzin". Dit nu
naar ik hoop, zal ons allen aan het denken zetten
RALPH BOEKHOLT
laten wapens op te nemen. Ik besefte
dat zulks rampzalige gevolgen zou
hebben. Ik moest het initiatief nemen
om dat te voorkomen, want mijn su
perieuren waren op dat tijdstip in geen
velden of wegen te bekennen. Ik stap
te vlug naar de op straat geworpen
wapens toe en brulde tegen de me
nigte om door te lopen. Hierdoor
waarschijnlijk geïntimideerd en verbluft
kreeg ik de kans een weggeworpen
revolver op te rapen en mijn personeel
waaronder zich de hoofdagent Harris
bevond, toe te roepen om mij te ko
men helpen. Dat deden zij dan ook
terstond en alle wapens werden op
genomen en naar het bureau gebracht.
Het gevaar was voorlopig geweken.
Enige uren later werd ik door de as
sistent-resident Remmert op zijn kan
toor ontboden. Op zeer boze toon
vroeg hij mij waarom ik had toege
staan dat de Jappen de Politie hadden
ontwapend. Mijn chef de HivP Dieze-
raad was bij dit onderhoud aanwezig.
Ik deelde de heren de juiste toedracht
van het gebeuren mede en zei dat aan
deze vorm van overmacht weinig te
doen was. Als antwoord kreeg ik te
horen dat deze zaak nog nader zou
worden bezien en ik kon inrukken I
(wordt vervolgd)
HHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIllllllllllllllllliiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiuiiniiiijiiiiiiijjji
J Gespecialiseerd in het groeibriljant
systeem. Eigen atelier voor het ver-
vaardigen van briljanten sieraden. I
I 22 krt. en 24 krt. gouden schakel- I
I armbanden, slangarmbanden, colliers, 1
trouwringen, hangers, haarspelden,
I oorknopjes en vele andere sieraden. 1
GEOPEND VAN:
9.30 UUR TOT 17.00 UUR
ZATERDAGS GEOPEND
TOT 16.30 UUR
's WOENSDAGS de gehele dag -
GESLOTEN
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll