ORIENT TRAVEL BV RETOUR BANGKOK VOOR SLECHTS f 1.395,— RETOUR JAKARTA f 1.795,— vV^/-/ 31-daagse verzorgde reis JAVA en BALI v.a. f 3.670,garantiefonds g^LI - REISGELDEN plus BANGKOK, SINGAPORE, SUMATRA, JAVA retour f 2.445,— I AUSTRALIË met stop JAKARTA retour 2.800, Rokin 52 - AMSTERDAM - Tel. 020-24 25 38 Laan van Meerdervoort 291 - DEN HAAG Tel. 070 - 63 83 67 Singel 486 - 1017 AW AMSTERDAM Tel. 020 - 23 74 84 bruidegom werd de lange stoet opge steld, welke hem zou geleiden op zijn eerste tocht naar zijn bruid. "De" Bandase kleermaker had voor vijftig gulden een houten olifant ge maakt ter grootte van een Indisch paardje en op dit "chef d'oevre" zou de prins plaats nemen gedurende zijn ommegang door Neira. Een baldakijn- tje van geel satinet met afhangende franjes was op kunstige wijze beves tigd op het grijs geschilderde beest, dat op een voetstuk met 'houten wiele tjes stond. Voor het huis had zich een hele menigte nieuwsgierigen verza meld, wachtend op het grote ogenblik dat de prins naar buiten zou komen. Arabieren in lange witte gewaden pre velden gebeden en enkele Indonesiërs in prachtige rode jassen stelden zich voor en achter de olifant op met aan stokken gedragen vergulde kaars lantarentjes. Eindelijk schreed de bruidegom door de erewacht van gelovigen naar bui ten. Het was een knappe jonge man in groen gewaad met gouden halskraag en een witte tulband, waarop een sier lijke aigrette. Geduldig stond het olifantje te wachten totdat na enkele plechtige ceremoniën de prins op zijn troon klom en het beest door kleurig geklede mannen op zijn houten wieltjes werd voortge duwd en getrokken. Maar het ging heel langzaam, want elke tien meter hield de stoet stil en dan bewogen de tal rijke biddende bruiloftsgasten met rit mische cadans hun lichamen heen en weer, terwijl ze met een doekje dat ze in de hand hielden de armbeweging markeerden. Om de andere deinden de rijen naar links en rechts, fanatiek klonken de gebeden, hun ogen gloei den ze leken haast dronken te worden van het opwindende ritme. Roerloos bleef de prins al die tijd op m mm zijn olifant zitten, terwijl men hem met enkele waaiers koelte toewuifde. Toverachtig werd het toen de avond viel en de stoet door het gouden sohijnsel van talrijke lampions en gro te papieren kaarslantaarns, die de gasten meedroegen, verlicht werd. Het geduldige olifantje met de zwijgende bruidegom op zijn houten rug was na een uur nog niet veel meer dan 300 meter gevorderd. Tijd om te wachten op de ontmoeting van de bruid en haar mooie prins was er niet; de gehele tocht kon wel vijf uren duren. Thuis zat de bruid reeds uren lang te wachten op de komst van de bruide gom, die ze nog nooit gezien had. Het was een onaanzienlijk huisje, in de voorkamer waarvan tal van vrouwelijke gasten op het grootse moment zaten te wachten. Op een lange tafel ston den wel vijftig stopflessen en schotels met koekjes en andere kleurige lek kernijen. In een zijkamertje zat de bruid als een roerloze pop met witgemaakt gezicht je waaruit een paar gedweeë, kool zwarte ogen bedeesd keken. Ze was behangen met alle juwelen, die de familie bij elkaar had kunnen vinden en zij voelde zich heel mooi in haar hardroze satinetten bruidsjapon. Daar zat ze in de benauwde hitte van het kleine kamertje, bewaakt door haar moeder, die haar koelte toewuifde op dat zij maar niet flauw zou vallen. Zes uur moest zij daar onafgebroken zitten om dan, als eindelijk de bruidegom zou komen, plaats te nemen op een soort troontje. Men vertelde dat dan het uithoudingsvermogen van de bruid ook meestal uitgeput zou zijn en dan zou ze, zodra het grote moment voor bij zou zijn wel in elkaar zakken. In een hoek van de kamer stond het reusachtige met kant versierde bruids bed, waarboven een geel zijden balda kijn was gehangen. Het feest zou drie dagen duren Kinderen stonden met tintelende ogen al die wonderen gade te slaan; zij be leefden in werkelijkheid een sprookje. Elk kind had een klein lantarentje bij zich en enkele papieren bloemen. Daar zagen ze de echte prins onder het baldakijntje. Ach, ach, het was alle maal zo mooi als men zich kan inden ken. De andere kant op kijkend zag je het lichtende water van de baai, waar een "orembaai" met acht roeiers als een sierlijke vogel over het stille water met de prachtige zeetuinen gleed naar de overkant om daar opgenomen te wor den in de zwartheid van de nacht. F. C. BACKER DIRKS Informatiebronnen: Weber - A. van Bosse; "Een jaar aan boord van Hr. Ms. "Siboga", uitgeverij E. J. Brill - Leiden, 1903. F. C. Backer Dirks: "De Gouverne- ments marine in het voormalige Ne- derlands-lndië", De Boer Maritiem (Unieboek bv), Weesp, 1985. De Makassaarsche Courant van 17 januari 1929. Tijdschrift "Eigen Haard" jrg. 1898/99. Gastvrijheid was een kenmerk van de inwoners van Banda. Toen één van de schepen van de Gouvernements Marine op 28 maart 1925 Banda aandeed trakteerde de familie Kampschuur (hij was gezaghebber aan boord van het schip) vrienden en kennissen op een dagje uit op Banda met nachtlogies in hotel Brantz. (Foto - archief mevr. P. Lotichius) 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 13