Herinneringen aan Premyslav MUZIEK IN INDIE BELLONI EN KOOIJMAN Het was 1920/1 921We woonden op Serang (Bantam). Resident was de Haan Regent Djajadiningrat. In Indië woonde men, naar ik me herinner, nooit "in" maar "op", van daar. Mijn vader was Algemeen Ontvanger bij 's-Lands kas, als ik het goed begrepen heb was dit een algemeen ontvang- en betaalkantoor voor belas tingen, pensioenen, salarissen, etc. Ik was 9 of 10 jaar. Serang had muzikaal weinig te bieden in die tijd. Met oudejaarsavond een Inlandse ronzebons die de Europese wijk rondtrok en met een enorm vals geschetter, allerlei melodieën produ ceerde die voor Hollandse liedjes doorgingen, onherkenbaar verminkt, op trompet en (grote) trom en soeling. Soms ook een krontjong-groepje van Indische jongens, Boetje Paul (achter naam) en zijn broers en vrienden die de avond onveilig maakten met hun liedjes. Een ervan: - En we hebben geen centen meer (2x) - we hebben de hele boel ver zopen enz. De rest ben ik vergeten, ik geloof eigenlijk dat de tekst hiermee ophield, maar eindeloos werd herhaald. Dit gebrek aan cultuur bracht iemand blijkbaar op het idee om uit Batavia het muziek- en cabaretgezelschap van de bekende violist en componist Belloni naar Serang te halen. Herinnert U zich nog "Lief Java", "Langs Java's stranden" e.d., door Belloni gecomponeerd en uitgegeven? Met de Bantam-expres kwamen ze aan. Logies was geregeld, een deel van het gezelschap logeerde bij ons. In Indië kon immers altijd alles De uitvoering had plaats in de kerk. Zoals in die tijd gebruikelijk op kleinere plaatsen, was die kerk zowel voor de dominee als pastoor bedoeld, die pe riodiek uit de meer beschaafde wereld op ons neerdaalden om onze bescha digde ziel te repareren met preek, H. Mis en Biecht, soms met een Kerst viering. Hoe gek het ook klinkt, ik geloof dat er op Serang geen Soos was, anders was e.e.a. wel daar gebeurd. Van de muziek- en cabaretuitvoering herinner ik mij één detail: ik hoorde toen voor het eerst: - Ik zal vertel van avontuur, betoel mij is geschied.... (dat later op het reper toire van Ben Snijders stond). Verder was er mooie muziek, veel licht, en aardige dames. Enkele leden van het orkest: natuurlijk Belloni, een zekere Voll (Tock of Toek in mijn herinnering) en Kooijman. Kooijman was een blanke sinjo met een ge amputeerd rechterbeen en in plaats daarvan een stevige houten kruk. Na Toen onze lieve Premyslav in 1907 speelde, was mijn zus Annie 11 jaar en ik 7. Nu onthoud ik alle daagse kleine dingen, maar An heeft een goed geheugen en weet nog veel meer. En daar gaan we dan, de twee zusjes Prange. Mijn vader en twee zusters liepen het conservatorium in Utrecht af, maar mijn vader was ook een getallen genie, dus toen de zaken van grootvader in Indië opeens slecht gingen, haalde hij zijn doctoraal wis- en scheikunde en werd leraar in Amersfoort. Mijn moeder behoorde tot de Tollenaars in Amsterdam, en het was ook aarzelend, dat ze een aanbieding aanvaardde om leraar te worden aan de Soerabaiasche H.B.S. Wat zou hen te wachten staan in dit apenland? Groot was de vreugde toen bleek, dat Soerabaia een mooie schouwburg had en een goed Cecilia zangkoor. Niet ver van ons af was op Genteng de Deut sche Verein en konden ze daar naar hartelust musiceren en repeteren. De musici die op tournee kwamen logeerden meestal in het Simpang hotel. De achteruitgang van het hotel kwam uit naast ons huis op Simpang Doekoe. Ons huis had een lange open voorgalerij, maar de binnengalerij kon afgesloten worden. Daar stond Pa's vleugel - taboe voor ons kinderen, wij hadden achter een studeerpiano. Als er visite kwam, mochten we komen groeten, even praten, en dan ging de gangdeur dicht. We lagen in onze bedden te genieten maar ik was niet musicaal en speelde met broertje Koosje. Ik zie op 't programma Mozart en Beethoven, romantische muziek die ik pas veel later heb gewaardeerd. Premyslav bood Ma een doos bonbons aan, van een formaat dat ik nooit meer heb gezien. Maar de linten, die linten, jaren lang zijn mijn poppen er mee gekapt. Ook de violist Max Mossel kwam bij ons repeteren. In die tijd was Makassar nog te klein, en was Soera baia het eind van de reis. Ook van Mossel kreeg Ma een doos bonbons. Elk chocolaadje was een paars viool tje, we vonden het bijna te mooi om op te eten. An weet ook nog, dat er een cellist Mossel is geweest. Jaartallen weet ik niet, maar de be roemde Italiaanse zanger Caruso moet in die tijd gezongen hebben. Aan tafel vertelde Pa, dat bij het trillen van een machtige stem ook een glas kon springen. "Ook de ruiten boven onze deuren?" vroeg broer Jan. En hij lag nog lang met Annie wakker om dat te kunnen meemaken, maar ofschoon het hele huis trilde, gebeurde er niets Koosje en ik konden niet slapen, en de driejarige zei knorrig: 't is een brulaap." Ook moet er een programma zijn van een recital van Mw. Fine de Lignac, een zee-officiersvrouw met een bij zonder goede stem. Premyslav is nog een keer gekomen, jaren later. Hij gaf als toegift van zijn concert een mooi lied, Colnidrei. Het laatste is hij in Indië geweest in 1922, wij waren net in Medan geplaatst en mijn babyzoon was 2 dagen oud. Dus liet ik een kennis, die naar het concert zou gaan, een brief afgeven. Want hij was op weg naar Pa, en wist niet, dat die in 1916 aan typhus was overleden. Ik kreeg de hartelijke groeten terug. Ja, als een meisje 14 jaar was, mocht ze een kijkje nemen in de uitgaande wereld. Maar onze Annie was nog geen 14 jaar, toen ze naar een concert ging van Catarina van Rennes. Die zangeres en componiste was be roemd, ook in Indië. Wij zongen op de Genteng school uit haar kinderbun dels, en op de meisjes-HBS waren goede stemmen, die haar cantates zongen. Want ze heeft ook veel voor volwassenen geschreven. Als Pa 's avonds speelde, slopen de dames Kloesmeijer en andere buren ons grote erf op, en genoten op ons tuinzitje van de mooie muziek. Ook nontonners luisterden op het hek langs de Brantas naar de acoustiek over het water. Bij 't vertrek van de musici kreeg vader voor zijn muziekkamer een mooi cadeau. Van Premyslav een petro leum schemerlamp van Italiaans marmer, met een rand van kralen langs de kap. Naderhand nog één met koperen voetstuk, die de djongos alleen met de boeloe ajam mocht afstoffen. Vader stierf in 1916 aan typhus. Hij heeft een bezig leven gehad, zijn H.B.S. en Burgeravondschool gingen vóór alles, maar hij heeft kunnen genieten van zijn muziek, zonder van huis weg te zijn en niet in hotels te verblijven, die hij verafschuwde. ANNIE EN DIENTJE PRANGE afloop van de voorstelling werd er na- gefeest bij ons thuis. Dat was de eerste keer in mijn leven, dat ik de hele nacht mocht (moest) opblijven, een herrie van jewelste. De middag na het feest werd er ge voetbald op de aloon-aloon vóór de kerk. Het gezelschap had een eigen elftal en speelde tegen een plaatselijk samenraapsel. U zult het niet geloven, maar Kooijman deed mee, zelf gezien en gesouaktHij was de keeper en de i wonderen die hij met zijn kruk uithaal de zijn niet te beschrijven. Zo'n kruk heef nl. ook voordelen, een onbereik bare bal werd met dat lange houten been vakkundig uit het doel gemept De uitslag weet ik niet meer, maar het beeld van Kooijman die in zijn doel rondsprong is mij altijd bijgebleven. Een verre herinnering maar ik zal Belloni en Kooijman op Serang nooit vergeten FRED W. DRACHT 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 17