Terugblik naar 40 Kerstfeesten DE MOOISTE KERST BEGON IN 1945 Met de Kerst van 1946 was ik pas enkele maanden getrouwd en dat nog wel in het toen heel onrustige Bandoeng. De vrede met Japan was wel een feit, maar de strijd met de extremisten was nog maar net aan de gang. Ik en vele andere pas getrouwde meisjes, beschouwden onszelf dan ook ais "oorlogsbruidjes". Jan, mijn man, was beroepssergeant, een fanatieke dienstklopper. Hij behoor de in zijn compagnie tot de groep jonge kader, dat voornamelijk dienst moest doen op de buitenposten, zoals Tjisaroea en vele andere berggehuchtjes aan het "front". De eerste drie kerstfeesten in ons huwelijk kenmerkten zich door eenzaamheid en vooral door angst. Eenzaamheid, omdat wij door de dienst meer gescheiden dan samen waren, Kerst of geen Kerst. En angst, omdat Magere Hein in die tijd erg aktief was, vooral aan het front. Telkens als je door de radio hoorde, dat er ergens schermutselingen waren, een militair convooi zwaar werd beschoten of een militaire truck op een landmijn of trekbom gereden was, kromp je hart ineen van angst. Ook het bericht dat er Jappen waren gesignaleerd bij de vijand, maakten de achterblijvende vrouwen nog angstiger. En alsof al dat geweld niet genoeg was, kwamen de politionele acties van 21 juli 1947 en december 1 948. Wat een angsten moesten we toen doorstaan. Wat was ik blij, toen de legerleiding bekend maakte, dat de vrouwen, als de situatie dat enigszins toeliet, hun mannen mochten bezoeken. Natuurlijk had ik daar gebruik van gemaakt en zodoende nogal veel aktie-plaatsen bezocht, zoals Sidaredja, Banjoemas, Gombong, Kroja en Poerworedjo vlak na de eerste pol.aktie en na de tweede aktie een driedaagse tocht van Bandoeng (mijn vaste domicilie), via Cheribon, Semarang, Ambarawa naar Malang, waar we tot de souve- reiniteitsoverdracht woonden. Ook Kerst 1948 was een eenzame en angstige bedoening. Een geluk bij een ongeluk was, dat gezinsuitbreiding uitbleef, want dat zou on herroepelijk een andere wending aan ons leven hebben gegeven. Bovendien zou dat ambulante leventje dat ik had onmogelijk zijn Met Kerst 1 949 waren wij wel samen, maar niet in een feeststemming. De op til zijnde souvereiniteits- overdracht maakte van onze Kerst een tijd van spanning en vooral van zelfbeheersing. De periode tot ons vertrek naar Holland begin 1958 kenmerkte zich in het bijzonder door bestaansonzekerheid en een uitzichtloze toekomst voor de Nederlandse burger, waartoe Jan sinds medio 1950 behoorde. En die onzeker heid en uitzichtloosheid beheersten ook de Kerst, waarbij oprechte vrolijkheid ver te zoeken was. De innerlijke rust en de stabiele redelijke welvaart sedert Het Bruidspaar Notté-Timmer onze vestiging in het vaderland, bleven niet zonder resul taat. Na een huwelijk van bijna 20 jaardeed de ooievaardan eindelijk ons nestje aan en bezorgde ons als lentegeschenk 1966, een wolk van zoon, die wij Martin noemen. Ons huwelijk kreeg een zinvoller inhoud, iets om voor te leven en te werken. En nu Kerst 1986, de 40ste in ons huwelijk, geeft ons een gevoel van dankbaarheid jegens de Schepper het te mogen beleven en wij zijn ervan overtuigd, dat de basis van dit jubileum, juist lag in die eenzame en vooral angstige kerstfeesten in de eerste jaren van ons huwelijk, een periode waarin we elkaar zo misten. LIEKE NOTTÉ-TIMMER Toen haar man er nog was, kochten zij een echte boom, ongeveer 1 5 decem ber al. Zij zocht de boom uit, hij droeg die naar huis. Het grote blik met kerstartikelen werd weer uitgepakt, nieuwe aangekocht, alles moest mooier zijn dan alle vorige jaren en ieder jaar opnieuw leek de boom ook mooier. Nu heeft zii een kunstboom, die zii optuigt met alle kerstartikelen die zij samen eens hebben gekozen, en zelfs de verlichting doet het nog heel goed. Onder de boom liggen de kerstge schenken voor kinderen plus aanhang en kleinkinderen. Voor ieder heeft ze een toepasselijk rijmpje gemaakt. Vér voor Kerst probeerde zij de lichtjes uit en zocht een plaatsje voor de boom. Gedachten dwarrelden terug naar zo vér geleden, hun eerste Kerst samen in Kediri. Vreemd, het was toen óók een kunst boom, maar met echte kleine kaarsjes, die je in de gaten moest houden plus een emmer met water in de buurt. Zij verwachtte haar eerste baby, die op 21 juli 1942 geboren zou worden. "Volgend jaar zitten wij met z'n drie tjes onder de boom" zei hij. "Ja, misschien" zei ze, teder het kind in wording strelend. Het had inderdaad niet zo mogen zijn. De Jappen kwa men op 5 maart 1 942 Kediri binnen en 8 maart daaropvolgend werden de mannen krijgsgevangen gemaakt. Eerst in Bandoeng, eind 1945 vierden zij tezamen onder een echte tjemara hun eerste Kerst na de oorlog, in de herinnering de mooiste Kerst. Uit deze gezinshereniging begin sep tember 1945 werden nog drie kinde ren geboren. Als de 4 kinderen en 4 kleinkinderen na het vieren "thuis" - ook haar man leek aanwezig te zijn, omdat "The Lonely Shepherd", het afscheidsmuziekje bij zijn crematie werd gedraaid - afscheid nemen, klinkt als altijd "het was weer de mooiste Kerst"! OLGA BOR 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1986 | | pagina 7