De Japanse landing in de Bantam-baai
ORIENT TRAVEL BV
Een ex-2de Werktuigkundige Gouvernements-Marine vertelt.
28 Februari 1942 - Hr. Ms. Reiger had, gelijk Hr. Ms. Sirius, een nacht van
patrouilleren bij St. Nicolaaspunt en de noordelijke toegang van Straat Soenda
achter de rug. Tegen daglicht voer de Commandant van de Reiger, E. K. van
Melle, de Bantambaai binnen.
De Bantambaai waar eeuwen geleden de eerste Nederlanders voet aan wal
hadden gezet op Java.
Singapore was reeds gevallen - en het was de etat-major en de telegrafist
bekend, dat er een vijandelijke vloot bestaande uit ca. 50 transportschepen 2
zware kruisers, een vliegkampschip en enkele fregatten, naar Java opstoomden.
De etat-major van Hr. Ms. Reiger be
stond uit de dekofficieren, de 1 e Offi
cier H. K. J. Lehmann - de 2de Off. W.
H. v.d. Jagt en de 3e Off. R. F. Halkema
- en de machinekamerofficieren waren
de Hoofd Werktuigkundige G. J. Muller
- de 2de Wtk. W. v. Kriegenbergh - de
2de Wtk. G. Coert en de 3de Wtk. W.
R. Flissinger. Dan hadden wij aan
boord nog de Kon.-Marine telegrafist
Paul, de rest van de bemanning be
stond uit trouwe en onverschrokken
Indonesiërs. Desertie onder hen was
er niet bij, alhoewel wij reeds enkele
malen gevaarlijk-riskante opdrachten
hadden moeten uitvoeren.
Intussen was ook Palembang gevallen
en de Jappen hadden toen het vlieg
veld daarvan in gebruik genomen. Om
de 3 kwartier werden wij, in de Ban
tambaai, door 2 a 3 duikbommen
werpers onderhanden genomen. Wij
konden onze klok daarop vastzetten I
leder vliegtuig wierp iedere keer
slechts twee bommen af, maakte
daarna een draai en begon ons te
mitrailleren om vervolgens te ver
dwijnen. Bij de volgende luchtaanvallen
gebeurde precies hetzelfde. We kregen
geen treffers. Wellicht doordat wij
tegenvuur gaven uit onze (voor een
Gouv.-Marine schip iets uitzonderlijks)
twee 1 2,7 mm mitrailleurs en zodoende
de vliegtuigen op behoorlijke hoogten
van ons afhielden. Het voorschip
mitrailleur werd bediend door de 2de
Off. v.d. Jagt en die op het achterschip
door mij. Naast het schip dreef na elke
bomaanval veel dode vis. Ik heb nog
nooit zoveel vis gegeten in korte tijd I
Onderwijl ontvingen wij het bericht
dat de Japanse vloot, die oorspronkelijk
koers zette naar Batavia, zijn koers had
veranderd en nu de richting van de
Bantambaai opstoomde. Dit bericht
werd verzonden door een Dornier-
verkenner vliegboot van de Kon. Mari
ne, die kort daarop werd neergehaald.
De Commandant daarvan was de LtZ2
Willem Ditmar, met wie ik in krijgs
gevangenschap dikwijls het 'liefelijk''
bagero heb moeten aanhoren I
De dekofficieren berekenden dat om
streeks 22.00 u. de vijandelijke vloot
binnen schootsafstand van ons zou
zijn. In onze longroom (salon v.d.
officieren) vernam ik dat onze Com
mandant een (code) telegram had ver
zonden aan het Hoofd Maritieme Zaken
van de Kon.-Marine te Batavia met het
Hr. Ms. Reiger
verzoek om, in verband met de situatie,
te mogen uitwijken naar Colombo of
Perth. Wij hadden in onze bunkers
voldoende brandstof en zoetwater om
zulks te doen. Antwoord daarop (vol
gens de longroom-verhalen) was: (in
code) Michiel de Ruyter vroeg ook niet
tegenover welke vijand hij stond en
een "striking force" was onderweg om
de vijand te onderscheppen. Natuurlijk
voelden wij ons "zeer vereerd" om
vergeleken te worden met Michiel de
Ruyter, doch wisten meteen dat in
deze nacht wij bij Toean Allah zouden
zijn - öf in zee zouden rondspartelen.
Want tegen de moderne zware kruisers
en fregatten van de vijand hadden wij
met onze 7,5 cm kanonnetje van 1 890
van zelfsprekend geen schijn van kans
om een gevecht te overleven.
Om 22.00 u. liep mijn wacht in de
machinekamer af. Ik werd afgelost
door de 3de Wtk. W. R. Flissinger.
Door de gebeurtenissen van die dag
was ik zö vermoeid, dat ik in mijn
ondergoed in mijn kooi dook. Om
streeks 22.30 u. werd ik wakker door
dat ik de voortstuwer "volle kracht"
hoorde draaien en voelde dat het schip
laveerde van stuurboord naar bakboord
en vlak daarop in omgekeerde richting.
Ook hoorde ik meerdere malen het
afschieten van het kanon. Hevig ver
schrikt ging ik in mijn ondergoed naar
dek en zag dat wij gevangen zaten in 2
verblindende lichtbundels, terwijl ik
het gezoem van voorbij vliegende gra
naten hoorde, die verderop uiteen
spatten. Een ogenblik daarna: een
zware schok die mij liet tuimelen - de
hoofdmotor viel uit - en het schip
maakte een gevaarlijke slagzij. Het
schip was op een rif gelopen wat mijns
inziens niet verwonderlijk was doordat
door de twee oogverblindende licht
bundels je onmogelijk kon zien waar
heen je voer. Intussen ging het vuren
van de vijand nog een tijdje door,
zodat de granaten om ons heen ont
ploften. Wij kregen echter geen vol
treffer. Plotseling werd het vijandelijke
vuren gestaakt. Na het vernietigen van
het codesysteem en de belangrijkste
onderdelen van het schip werd het
verlaten.
Met de 2de Off. van der Jagt zwom ik
naar de Java-wal. Door de gunstige
stroom duurde dit ca. 2 uren, en kon ik
met eigen ogen de zeeslag tussen de
Japanse landingsvloot en de "striking
force" zien. Die bestond uit de zware
Amerikaanse kruiser Houston, de lichte
Australische kruiser Perth en de
Nederlandse jager Evertsen. Achter
deze oorlogsschepen hobbelde een
K.P.M. vrachtschip die zich veilig
waande achter de "grote broers". Dit
schip werd echter, tegelijk met de
geallieerde oorlogsschepen tot zinken
gebracht. De enige overlevenden wa
ren Kapitein Belger en de 3de Wtk.
G. Loth.
Het was een heldere vollemaan nacht.
Bovendien schoten de oorlogsschepen
lichtkogels af. De rode en groenwitte
gloed van inslaande granaten verlicht
ten de hemelkoepel, terwijl een don
derend gebulder de lucht vulde. Ik zag
enkele Japanse transportschepen uit-
(lees verder volgende pagina)
RETOUR BANGKOK VOOR SLECHTS f 1.550-
RETOUR JAKARTA f 1.795-
31 -daagse verzorgde reis JAVA en BALI v.a. f 3.670,-
RETOUR BALI v.a.
RETOUR AUSTRALIË
Rokin 52 - AMTERDAM
Laan van Meerdervoort 291
Tel. 070 - 63 83 67
(ANVR)
GARANTIEFONDS
REISGELDEN
f 2.085,-
f 2.600,-
Tel. 020 -24 25 38
DEN HAAG
Singel 486 - 1017 AW AMSTERDAM
Tel. 020 - 23 74 84
6