EEN WOORD "Misschien komt het omdat je Indisch bent"zei hij en nam een trek van zijn sigaret. Even was Ronald stil en toen antwoordde hij vol overtuiging "dat zou best kunnen. Sommige dingen zie ik heel anders, maar ik geloof niet dat dat problemen geeft." "Er zijn ook geen problemen" her nam zijn chef, "maar ik vraag me af of je wel altijd begrepen wordt. Ik moet je eerlijk zeggen dat ik soms stom verbaasd sta te kij ken hoe je bepaalde dingen doet. Neem nou vanmiddag toen je zei dat je zin had om languit te gaan liggen luisteren naar muziek. Wat moeten anderen daarvan denken?" "Ik geloof niks" zei Ronald, "het was zomaar een gedachte". "Maar toch" schud de de chef en zijn schouders die werden opgehaald duidden op een "ik weet het niet". Thuisgekomen speelde het ge sprek Ronald nog steeds door het hoofd. Hij wist niet zeker of het hem hinderde, maar hij voel de dat er iets niet klopte. Hij kwam er niet achter en de tele visie deed hem aanvankelijk alles vergeten. Maar in bed zei hij opeens een onnet woord toen hem glashelder werd wat hem had geraakt. "Wat is er" vroeg zijn vrouw. "Niets, ga maar sla pen. Ik ga nog even beneden een sigaret roken. "Wat bedoelde hij eigenlijk" was de vraag die hem steeds kwader maakte. "Misschien komt het omdat je Indisch bent. Wat bedoelde hij daarmeeDe ene na de andere sigaret rookte hij en nog steeds wist hij niet zeker of hij zijn chef morgen zou vragen wat hij had bedoeld. Alles had hij de revue laten passeren, zijn werk en zijn functioneren, maar niets bijzonders had hij kunnen ontdekken. Ook de aan leiding voor het gesprek die middag was heel toevallig. Moeilijkheden op een andere afdeling en de aanpak van de problemen daar. "Misschien heeft hij problemen thuis. Ik zou eerst geprobeerd hebben daar achter te komen was wat Ronald had gezegd. Toen hij zijn vierde sigaret uitdrukte, had hij zich definitief voorgenomen er niet verder met zijn chef over te praten. Dat besluit had de druk weggenomen, maar het gevoel dat hij blijkbaar toch als apart werd beschouwd, knaagde aan hem. "Moet ik het uitleggen? Wat moet ik uitleggen? Waarom moet ik uitleggen?" ging het door hem heen en hij begon zich opstandig te voelen. Of was het eenzaam, verraden? "Eigenlijk is het beledigend"zei hij hardop. "Wat is beledigend" vroeg zijn vrouw die stil was binnenge komen. "Niets" zei hij, want hij vond het te, te dinges om er over te praten. Hij kon niet zo gauw op het woord komen. Tot op de dag van vandaag heeft hij dat woord nog niet gevonden en maar heel weinigen die zien dat hij ernaar op zoek is. RALPH (Vervolg: "Gelezen") ALET SCHOUTEN: ZOETE MEISJES EN EEN TIJGER Misschien raar om een recensie van een boek te beginnen met een kreet van enthousiasme, maar ik doe het dit keer toch maar: in geen jaren heb ik zo intens en ongeremd genoten als van dit boek. Op het eerste gezicht lijkend op een kinderboek, maar het is het helemaal niet. Het leven in Indië ge zien, beleefd, gevoeld, geroken door een kind, maar weergaloos herinnerd en verwoord door Alet Schouten. Het zal wel een autobiografie zijn. Netje 9 jaar, woont met haar ouders en zusjes in een "oliedorp" aan de Oostkust van Sumatra (mag u zelf de naam invullen) en hun leventjes zijn gevuld met letter lijk alles wat u zich uit uw eigen jeugd kunt herinneren. Wat Alet Schouten eraan toevoegt is haar geestige en kritische kijk op kleinigheden waar wij vroeger over heen gekeken hebben. Al heel jong verweert ze zich tegen domme op merkingen of het onbegrip van som mige totoks die niets begrijpen of willen begrijpen van wat voor Indische mensen gewoon heet. Als Netje naar Holland gaat is het natuurlijk helemaal mis.Ze vindt Hol land helemaal niet leuk, de kinderen ook niet. Maar de manier waarop zij haar gedrag en dat van haar zusjes Gieneke, Nans en Kriek beschrijft is zo raak, zo kostelijk, dat hoe duidelijk ze ook voor haar aversie uitkomt, het nergens grieft. Humor kan een dek mantel zijn voor het scherpste wapen. Daar is die tragische pokken-epidemie (we hebben het over de 20-er jaren) en een Chinese begrafenis, Netjes on zichtbare vriendin Mimi, en dan de reeks kameraadjes met hun hebbelijk- maar vooral onhebbelijkheden, Karel- tje, Berrie, Keesie en tenslotte Onno, de held en antiheld tegelijk. Alet Schouten is geestig, beschou wend, eerlijk maar bovenal zo heerlijk door en door Indisch. Bij sommige passages dacht ik: zo zou Tjalie het geschreven kunnen hebben. Zo had ik het willen schrijven. Is het niet zalig om niet te hoeven schrijven om eruit te gooien wat in je zit, maar het gewoon te kunnen lezen? Alet Schouten deed het voor u en mij. Ik ben haar er eeuwig dankbaar voor. Een boek dat in iedere Indische boe kenkast hoort. Ook voor kinderen, wie weet begrijpen ze het toch wel. L.D. Zoete meisjes en een tijger - Alet Schouten - f 23,25, porto f 4,50. D. N. KANDOU: BUCEPHALES WONDERPAARD Kandou kan goed vertellen en goed schrijven. Vorig jaar verscheen van hem de bundel "Goena goena", vertel lingen die weinig of niets met zwarte kunst te maken hadden, maar speelse science fiction fantasieën waren. Sommige zelfs heel knap en origineel. Dit keer een novelle, ook alweer een fantasie over een mens geworden paard of een paard geworden mens. Een symbolische biechtvader misschien van de "ik" in dit 40 pagina's tellende boekje. Dat helaas zeer slecht ge bonden is en bij het minste paarden gehinnik uit elkaar valt. Met "Bus" zoals hij in de wandeling genoemd wordt, komen de herinneringen terug aan romantiek en nostalgie uit de 20- er jaren. Een schimmige praatpaal op4 benen, toch door de vaak heel mooie stijl die Kandou hanteert, geloofwaar dig overkomend. Ernstiger dan "Mr. Ed" uit de TV-serie want dat was ronduit een rotbeest. L.D. Bucephales wonderpaard - D. E. N. Kandou - Prijs f 17,50, porto f 2,30. 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1987 | | pagina 19