Nederlandse regerin
geen goede wil
D
Afgedwong
en
Maande
e Nederlandse regering moet zich op het standpunt stellen,
14 October 1946 gesloten bestand èn de op 25 Maart 1947 get
eenkomst van Linggadjati door de Republikeinse regering en 1
zodanig zijn overtreden en geschonden, dat de Nederlandse rei
goede wil niet meer aanwezig kan achtenden dus haar vrijheid -
overeenkomstig hetgeen by het aangaan dér overeenkomst van
harerzijds is uitgestippeld, moet hernemen. De Nederlandse re
dit gedaan.
Dat was de kern van de rede, die de mini;
dr. L. J. M. Beel, Zondagavond over de beide
heeft gehouden. Hij liet op deze passage vo
Hoofdkantoor:
Witte de Withstr. 73, Rotterdam
Telefoon 29045 (4 lijnen);
van 17.30 tot 8.30,
29048 Redactie; 27016 Stenografen;
van 20.— tot 23.30: 27444 Adver-
tentie-afd. Giro Nr. 284800
Algemeei
Hoofdredacteur: G. N. LEENDERS
Minister-President ko
met de wapens in I
Maandenlang hebben wij ge
hoopt, dat tooh nog het verlossen
de woord voor de Indonesische kwestie
zou worden gevonden. Die hoop blijkt
niet vervuld te zijn. In een waardige
rede heeft minister Beel het Neder
landse volk uitleg van zaken gegeven
en medegedeeld dr. van Mook gemach
tigd hebben tot een politieel op
treden met de hem ter beschikking
staande strijdmacht. Dus ook nu nog
geeft de regering blijk niet het uiterste
te willen zoeken. Wel zullen de wa
pens worden gebruikt, maar er is een
zeer wel omschreven doel en een
nauwkeurig getrokken grens aangege
ven.
Het is te hopen dat deze actie slechts
zeer kort zal behoeven te duren en
dat de feiten en omstandigheden zul
len meewerken tot het bereiken van
het aangewezen eindpunt.
Hoezeer wij ook betreuren, dat het
thans zover is gekomen en hoe gaarne
wij ook zotuden hebben gezien, dat
zelfs dit politieel gebruik van het le
ger niet nodig zou zijn geweest, kun-
ïmmm
(Vervolg: "De eerste politiële actie")
van de deelstaten Oost-lndonesië en
West-Borneo te ontvangen en uitslui
tend Republikeinse vertegenwoor
digers hoorde.
Door deze gebeurtenissen werd de
Indonesische kwestie duidelijk ge
ïnternationaliseerd. Een Commissie
van Goede Diensten van de VN zou in
het conflict bemiddelen. Zij bestond
uit drie leden: een Amerikaan (Graham),
een Australiër (Kirby) en een Belg (Van
Zeeland).
Gevolgen van de actie
Een ander gevolg van de eerste politiële
actie was, dat in de onder Nederlandse
controle gekomen gebieden bij ver
schillende bevolkingsgroepen een
streven tot uiting kwam om te komen
tot de vorming van een eigen staat
kundige organisatie, binnen de toe
komstige Verenigde Staten van Indo
nesië. Zo ontstonden de nieuwe deel
staten Oost-Sumatra met als Wali
Negara (staatshoofd) Dr. Tengku
Mansoer (jan. 1948), Madura met als
Wali Negara R.A.A. Tjakraningrat
(febr. 1948), Pasundan met als Wali
Negara R.A.A. Wiranata Kusuma (april
1948), Zuid-Sumatra met als Wali
Negara Abdoel Malik (aug. 1948) en
Oost-Java met als Wali Negara R.A.
Ahmad Koesoemonegoro (nov. 1948).
Het gebied van de Republiek daaren-
18
