I De Canna's Net als de andere huizen in onze straat had ook het onze een ruim voorerf, maar niét zo als bij de andere voorerven groeiden er keurig dahlia's en rozen (in witte potten), maar was er een slordig ogend perk van canna's. Ze stonden er verwilderd en onverzorgd bij. Nu is er weinig voor nodig om canna's te doen verwilderen, want ze spuiten anakans dat het een lieve lust is. Toch was het een vrolijk gezicht, die felgele canna's, en Ma liet ze daar ook maar, hoewel ze aan weerszijden van het erf misschien beter hadden gestaan. Daar kwamen toen maar de dahlia's, rozen, lelies, Afrikaantjes en andere gebruikelijke tuinbloemen. Ma gaf de kebon opdracht de canna's in toom te houden door een ring van omgekeerde flessen in de grond te slaan. U kent dat wel, flessen met de halzen in de aarde, de "zieltjes" omhoog. In die holletjes bleef het regenwater liggen. Ik had de gewoonte met mijn hielen in de kommetjes te balanceren, proberen het hele perk rond te lopen. Aangezien mijn vader helemaal niet dronk, kwamen de bierflessen van elders en verder waren er carbol-ketjap-spiritus e.a. flessen, die verzameld werden. onze voorplaat kijk voel ik het weer, en ook een zekere verbondenheid met canna's. Indische mensen zijn net canna's,de hele zwik weggehaald en overal elders in de grond gezet, bij plukjes. In Nederland, Amerika, Austra lië, Canada, noem een plek op de wereld waar geen Indo zit. En hij gedijt en krijgt anaks. Als de jongelui het heel ingewikkeld hebben over hun "roots" dan denk ik altijd "Wortel stokken bedoel je lui, en die krijg je nooit helemaal uit de grond. Er blijft altijd wel een stukje zitten. Een canna kruipt waar hij niet gaan kan, reken maar!" L.D. De canna's in onze voortuin in Gang Boldy in Malang zal ik mijn leven nooit vergeten. Plukken deden we de bloe men nooit. De nog groene zaden in de harige doosvruchten waren moeilijk te plukken zonderde steel te beschadigen, ik rukte ze meedogenloos af om "ko kentje" mee te spelen. Het canna-perk werd alsmaar dichter, voller. De wortelstokken deden fantas tisch werk, het enige dat de uitstoelin- gen tegenhield waren de flessen. Overal waar planten dicht op elkaar groeien, zijn slangen, zei mijn moeder. Wat de canna's betrof gaf ik de slan gen groot gelijk. Als ik een slang was zou ik graag tussen die grote, koele bladeren wonen tussen de altijd voch tige stelen verkoeling zoeken. Hoger en voller werden de canna's en mijn moeder kreeg hoe langer hoe meer spijt dat ze ze had laten staan. Op een dag moest het gebeuren: ze moesten weg. Allemaal. Je kon er geen één laten staan, want dan had je binnen een paar weken weer nieuwe loten. Zittende op de stoep van de voorgalerij volgde ik de veldslag. Onze kebon kreeg assistentie van de tuin jongen van de buren. Veel bloemen liet mijn moeder afsnijden en in emmers water zetten, een laatste glorie die zonlicht bracht in de don kere voorgalerij. Er waren legio slak ken, geen slangen, misschien waren die op voorgevoel weggekropen naar andere plekjes in de tuin. De totale operatie duurde twee dagen. Wortelstokken werden diep uitge graven, de flessen-kring was weg, een toekang botol haalde de hele exem plaren weg, de stukken werden in een mand verzameld om straks op de achtermuur gemetseld te worden want daar hadden we nog beveiliging tegen insluipers nodig. Na drie dagen hadden we een opge ruimd voorerf en zette Ma potten met rozen neer omzoomd door kroonlelies. Je kon van de straat af ons huis weer zien. Een aantal canna stronken wer den opzij van het erf ingezet. "Dan hebben we ze toch nog", zei Ma. Er klonk toch iets van wroeging door. Een jaar later gingen we naar Europa en terug in Malang kwamen we elders te wonen. Ons oude huis in Gang Boldy zag ik pas na 20 jaar terug. Hoe kunnen jaren de verhoudingen in onze herinnering totaal wijzigen! Hadden we werkelijk in een groot huis ge woond, was er echt zo'n groot voorerf geweest? Het open Indische huis was trouwens gerenoveerd tot modern Hollands huisje met gesloten voor galerij. Een keurig gesnoeide bougain ville, een Soka en een Alamanda waren de enige planten in het kille dichtgetegelde erf. Schoon, efficient net als het hoge ijzeren hek. Links van het huis een garage, alle planten waren weg. Het huis uit mijn jeugd was weg. Mijn jeugd was weg. Het huis van de buren links was nog wel hetzelfde. Verwaarloosd wel, ook de tuin. Daar stond zelfs nog de djam- boe kloetoek boom waar mijn buur- vriendje Eddy de godganselijke dag in zat, zijn djamboes te bewaken. Hij klom er alleen maar uit om met mij te knikkeren of biktor te spelen. Met knikkeren won hij altijd, biktor won ik en dan smeet hij uit nijd een steen mijn richting uit, die ik altijd wist te ontwijken. Toen ontdekte ik rechts in de hoek, vlak tegen de garage van "ons" huis, een enorme wildgroei van canna's. Gele. Rechts van het huis van de buren, dat was dus, grenzend aan de linkerzijde van ons huis. Aan die lin kerzijde van het erf had Ma destijds toch wat van de gerooide canna's laten planten? Ze waren dus, voor de garage gebouwd werd, onder de pag- ger doorgewoekerd naar buurmans erf. De "voorouders" waren vernietigd, het nageslacht leefde verder, onze canna's leefden voort. Ik kreeg toen een warm gevoel van dankbaarheid en triomf. Als ik naar Ons reserve fonds voor moeilijke dagen Moesson wil geen subsidie. Het wil voort bestaan alleen als U dat wilt. Met uw steun poekoelen wij teroes Hieronder laten wij, onder hartelijke dank zegging aan alle schenkers, de ver antwoording volgen van de giften die zijn binnengekomen voor het reservefonds voor Moesson over juni 1987. E. C. v. Ahee f 25,-; H. J. E. G. F. N. v Beusekom f 27,50; W. Boverhof 50,--; A Burg f 10,--; A. M. H. de la Croix f 10,-- R. B. v. Duuren f 5,--; Paul Filon f 20,— L. C. F. de Graaff f 25,—; T. Heijman f 10,— G. B. W. Horsley f 2,50; H. Holthausen f 18,50; V. Huitink f 6,~; J. C. L. Jansz f 10,--; Th. G. Lemmens-Finger f 25,—; R. Mariouw f 40,—; N.N. f 50,—; B. M. Naberman f 10,—; E. H. v.d. Paardt-Young f 27,50; J. A. Phefferkorn f 25,—; J. A. Pieters f 100,--; H. de Quant f 10,—; L. M. Robilotti f 10,—; L. E. V. Simao f 10,—; W. Stout f 25,-; A. v.d. Star-Valburg f 10,— L. Susan-Mathey f 100,--; A. M. Swart f 10,—; G. Vroomen f 3,--; A. H. Verkuyl f 80,80; N. H. Wichers-Bleckmann f 10,—; J. Willemsen-Sterckx f 10,--. Totaal ontvangen voor Poekoel Teroes Pot in juni 1987 f 775,80 Ontvangen voor KNIL J. Jacobse f 15,- 27

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1987 | | pagina 27