"Fantastisch"
DIT NÜMMER
BU DE VOORPLAAT (Foto: J. F. Berkhoudt)
Dit nummer van Moesson is iets
dikker dan gewoonlijk: 28 i.p.v.
24 pagina's. Dat komt vanwege
een veelheid aan kopij. Bij het
lezen van dit nummer zal het u
opvallen dat er vrij veel over
voetbal in staat. Dat is echter
puur toeval. Niet voor niets lijken
deze twee woorden erg veel op
elkaar. REDACTIE
Wellicht zegt u dat direkt bij het zien
van onze voorplaat. Fantastische voor
plaat. Waar? Bali. Fantastisch eiland,
fantastisch strand, fantastisch guest
house. Ik geloof dat er geen woord is
dat zo vaak gebruikt wordt en zo
verkeerd ook wel. Uit gemakzucht,
misschien ook een uiting van verlangen
naar iets onwerkelijks in deze realis-
tisch-materialistische wereld. Als het
maar een béétje leuk, een beetje mooi
is dan noemt men het fantastisch.
Is dit een fantastische voorplaat? Neen,
het is een prachtige weergave van de
werkelijkheid. In januari van elk jaar
(de datum wordt door priesters be
paald) vertrekken duizenden Baliërs
(en de laatste tijd ook veel buiten
landse toeristen) vanuit Pesanggaran,
een plaatsje ten zuiden van Denpasar
naar het eiland Pulau Serangan. In
Sakenan gaat men aan wal voor het
vieren van een offerfeest. Nu zijn er
geloof ik maar weinig dagen in het jaar
dat een Baliër geen offers brengt, maar
een massaal feest zoals in Sakenan is
wel iets dat opvalt.
"Wat doen ze dan?"
"Men gaat feestelijk uitgedost in
prauwen naar het eiland en daar wordt
gegeten, gedronken en gewinkeld"
aldus de heer Berkhoudt die de foto
maakte.
"Ja. En hoe hebt u het in Indonesië
gehad?"
Bijna had ik "fantastisch" gezegd, uit
gewoonte of gemakzucht maar eigen
lijk omdat ik niet zo een-twee-drie-
kon vertellen hoe ik het gehad heb.
Hoe en wat heb ik dan in Indonesië
gehad? Met de auto van Jakarta door
tot Banyuwangi, alles gezien, gevoeld,
geproefd, gehoord dat wat ik altijd
gekend heb en nooit vergeten was.
Gezien en gevoeld hoe vreselijk kapot
en vervuild de trottoirs en de slokans
in Jakarta zijn. Hoe gezellig het nog
altijd is om 's avonds Glodok in te
duiken en te ontdekken dat alles er
nog is: de vruchtenverkopers, de koek
jes, de ontzaglijke hoeveelheden
(goedkope) kleren, schoenen en andere
nodige en onnodige artikelen. Datje er
djagoeng bakar kan krijgen die ze niet
alleen in zout water hebben gedompeld,
maar dat er ook tjabe rawit bij gedaan
is. Daar is ook Pantjoran waar je nog
altijd het heerlijkste Chinese eten in
de eetkraampjes aan de straat kunt
eten. Dat je aan twee glazen kelapa
muda (u ziet dat ik af en toe concessies
doe aan de nieuwe spelling) met veel
ijs nauwelijks genoeg hebt. Dat ik
geen diarree heb gehad zonder injec
ties vooraf, maar wel van alles van de
straat heb gegeten. Net als vroeger. Is
dat fantastisch, neen toch? Dat is
gewoon.
Wat ik ongewoon vond was het krankio-
reme, dure Batu Plaza. Shopping center
van de rijken. Voor de buitenlanders
dus. Waar ze geen guldens of dollars
accepteren alleen rupiahs en credit
cards. Americard liefst. Een glazen en
stalen kast met marmeren vloeren,
fonteinen en gigantische lichtkronen
afhangend van de derde étage (of was
het de vierde?). Het is er druk, kijken
mag iedereen gratis. Een van de visite
kaartjes van de grote, moderne hoofd
stad van Indonesië. Toch wel iets om
U tegen te zeggen.
Lichtreclames die geloof ik nergens ter
wereld zo feestelijk, zo vrolijk zijn als
in Jakarta. De avond valt, miljoenen
lichten en neonreclames floepen aan.
Al het vuil van de straten is verdwenen.
Ja,het ligt er nog wel, maar niemand
ziet het meer. Zo stil als het in Neder
land na 6 uur wordt, zo druk, zo levend
wordt Jakarta.
Terwijl ik in Glodok een van mijn
slippers kwijtraak tussen loszittende
trottoirstenen moet ik met plezier
denken aan die bespottelijke chique
van Ratu Plaza met de verkeerd ge
plaatste roltrappen. Daar rol je voor de
tweede étage naar boven en als je
het idee hebt naar de derde te gaan en
je zwenkt automatisch linksom voor
de volgende stijging dan maak je toch
een smak! Want die trap gaat mooi
naar beneden en je zit beduusd weer
tussen de lingerie terwijl je naar de
boeken had gewild.
En dat lieve mensen vind ik nou
fantastisch! q
Meer over het gewone Indonesië de
volgende keer.
RECTIFICATIES
I. In de in Moesson van 1 5 aug. j.l. af
gedrukte herdenkingstoespraak van
Dr. Jacquet is op pag. 5, 1e kolom
bovenaan, de 4e regel weggevallen.
Men moet het aldus lezen: "Nederland
en Ned.-lndie kwamen beide volko
men berooid uit de 2e Wereldoorlog."
De beide hierna volgende zinnen die
nen te vervallen, daar ze dubbel
gedrukt zijn, zoals men verder lezend
ziet.
II. In hetartikel over de overdracht van
Nieuw-Guinea (pag. 22-23) is een ver
gissing geslopen. Zoals een attente
lezeres ons meedeelde, werd op 15
aug. 1962 de overeenkomst gesloten
(waarbij de Amerikaanse bemiddelaar
Bunker een rol speelde) waarbij Neder
land toestemde in een overdracht van
Nieuw-Guinea.
Vervolgens werd op 1 okt. 1962
Nieuw-Guinea door Nederland aan de
V.N. overgedragen, waarop op 1 mei
1963 het gebied door de V.N. aan
Indonesië werd overgedragen.
De hoogst gelegen bestuurspost op
N.G. (zie onderschrift bij de foto op
pag. 23) was niet bij Enarotali, maar
Waghete.
Tenslotte: het is sgt. Kokkelink en niet
Kockelink.
Het vertrek van de bootjes bij Pesanggaran
2