Mangga's en sawohs in Miami.
en klengkengs in Jakarta.
Mevr. S. E. Joon in Miami plukt sawohs uit eigen tuin.
"Nog geen vruchtentijd," zeiden ze
toen we in juli-augustus in Indonesië
waren. Geen vruchten op nangka,
sawoh, papaya, pisang (vele soorten),
mangga na dan! En appels bij hopen
(uit Batu) en blauwe druiven (uit Bali).
PasarTjikini regelt zijn eigen vruchten-
tijd, daar konden we alles krijgen:
djamboe aer, salak, manggistan, srikaja,
semangka, blewak noem maar op. We
kochten van alles wat en de kinderen
aten van alles en vonden alles lekker
vooral de djamboe aer.
In alle guesthouses lieten we een
spoor van pitten en schillen achter. In
Yogya at ik de laatste salak, maar
daarna was het "geen vruchtentijd"
meer. In Jakarta is blijkbaar doorlopend
import uit gebieden waar de regentijd
wat anders ligt. In Singapore (stikkend
en stinkend van de doerian die daartot
nationale vrucht verheven is) de heer
lijkste ramboetans te krijgen. Op Java
nog niets.
Tropische vruchten veroveren de
wereld, als er maar mensen zijn die ze
kennen, ernaar verlangen en dus gaan
planten. Laat die Indische mensen
maar hun gang gaan! Ed Samethini
(ouwe kontjo van Malang) bracht ons
bovenstaande foto's van zijn zuster
mevr. Joon. Zo n bloeiende mangga-
boom is een reusachtige witte bloe
mentuil, heeft u daar in Indië ooit op
gelet? En heeft u ooit zulke reusachtige
ronde sawohs gezien? En razend zoet,
ook in Miami. Onze abonnees in
Queensland, Australië sturen ons de
meest kepingin-makende berichten
over wat daar al niet groeit.
L.D.
Bloeiende manggaboom.
Tijdens de vakantie, die ik samen met
mijn vrouw, in januari 1987 in Indo
nesië doorbracht, passeerden wij in de
omgeving van Ambarawa een aantal
vruchtenstalletjes langs de weg.
Onze aandacht werd o.a. getrokken
door de vele trossen klengkeng die
daar te koop hingen. Aangezien we
nog een lange weg - naar Jakarta - te
gaan hadden, kochten we een voor
raadje vruchten "voor onderweg".
Achter de langs de weg gelegen
warunkjes was de kampong waar op
de erven verscheidene vruchtdragende
klengkengbomen stonden.
De trossen rijpende klengkeng waren
keurig "gebronkost" (afgeschermd)
tegen de vraatzucht van vogels of
kamprets. Bij nadere beschouwing
vroeg ik mij af hoe de bronkossans
aangebracht zijn. Ik vond het in ieder
geval heel kunstig en maakte er een
foto van.
W. R. ABELS
19