Planten uit de Tropen
Kastoeba of Kedünog
Kerstster - Poinsettia - Pulcherrima
Familie: Wolfsmelkachtigen of Euphorbiaceae
In Indonesië groeit de Kastoeba of Kerstster langs de weg,
in tuinen en in de kampongs. Half verwilderd of aangeplant
maar altijd getooid met bloemen. In de droge tijd laat ze
vele bladeren vallen. Op vochtige en schaduwrijke plaatsen
is een vier meter hoge struik geen uitzondering. In haar
vaderland Mexico en in de tropische en subtropische
gebieden, in het bijzonder de Canarische eilanden, is ze
een lust voor het oog. De naam Pulcherrima betekent dan
ook "zeer fraai".
Deze kruidachtige plant met zijn sterke wortels heeft
rechtopgaande stengels, meestal vertakt en enigszins
houtig. De lang gesteelde bladeren, 7 tot 15 cm lang, zijn
verschillend van vorm, langwerpig met spitse punt, eirond
met drie punten of gelobd als een eikenblad. De helder
groene bladeren zijn vrij dun, hebben lichte nerven en staan
aan de rode steeltjes. De bladeren scheuren gemakkelijk,
waardoor het giftige melksap (getah) vrij komt. Aan het eind
van de takken komen in een stervormig rozet de lancet-
vormige bladeren, z.g. bracteeën of schutblaadjes. Deze
zijn meestal rood maar ook rose, crèmekleurig, wit of groen.
Deze gekleurde bladeren, waaraan de plant haar grote
sierwaarde ontleent, lijken op bloemen, maar de echte
bloemen zitten in het midden van het bladrozet. Bij de
dubbele soorten treft men wel eikvormige schutbladeren
aan. De kleine gele bloempjes bestaan uit mannelijke
bloemen en één vrouwelijke bloem. De mannelijke bloemen
bestaan uit één rose met gele meeldraad; de vrouwelijke
bloem heeft een steeltje dat er zijdelings uitsteekt en
bestaat uit een drievoudig vruchtbeginsel met drie gespleten
stempels. Verder zijn de bloempjes omgeven door een
vijfbladig groen omhulsel aan de rand waarvan de honing-
klieren zitten. Bij een van de nieuwe rose soorten waarvan
de schutbladen rose met geel gekleurd zijn en groene
nerven hebben, heel apart overigens, zitten wel eens twee
vrouwelijke bloempjes bij elkaar. Deze hebben korte steel
tjes en zijn urnvormig; ze hebben een tweevoudig vrucht
beginsel en twee gespleten stempels. Ze zijn glimmend
geel en de twee deeltjes lijken op miniatuur maiskorreltjes.
Uit het vruchtbeginsel groeit een drie- of tweehoekig
zaaddoosje. De echte wilde Kerstster met zijn moeilijke
Latijnse naam "Warsece wiezia coccinea" draagt aar-
Bloeiende Poinsettia.
vormige bloemen. Tegen de takken zitten de kleine gele
bloemen en daartussen de lange rode bladeren. Coccinea
betekent scharlaken rood. Op Sri Lanka noemen ze de wilde
Kerstster "Chaconia".
Met Kerstmis is ze hier een van de populairste planten. Om
de bloei in die tijd te kunnen verwezenlijken passen
kwekers de z.g. korte-dag behandeling toe. Het is een
behandeling die zes weken duurt. De planten worden om
zes uur 's avonds volledig in het donker gezet tot 's
morgens zeven uur. Geen sprankje licht, zelfs van een
lantaarn mag niet, om deze kuur te doen slagen. Op deze
manier dwingt men de plant te gaan bloeien. Nu begrijpt
men zeker wel waarom in Indonesia de Kerstster praktisch
het hele jaar door bloemen draagt. De nachten komen
ongeveer overeen met de hiervoor genoemde behandeling.
De planten uit de kwekerijen hebben een compacte vorm
die men verkrijgt door de Kerstster met groeiremstof (c.c.c.)
te behandelen.
De Kerstster kan maandenlang bloeien bij een juiste
verzorging. Zet de plant op de vensterbank in het volle licht
bij een temperatuur van 18° C. Iedere dag water geven. De
wortelkluit mag niet uitdrogen. Een keer in de week mest
geven. Is de plant uitgebloeid dan kan ze met minder licht,
minder warmte en water volstaan. Knip de uitgebloeide
bloemstengels af. De wonden, veroorzaakt door het afknip
pen, worden gedept met sigarettenas of houtskoolpoeder
of met wit zand. Het giftige melksap (getah) wordt zo
afgesloten. In maart kan men de plant 10 cm snoeien;
geleidelijk meer water geven. Zijn de jonge scheutjes
ongeveer 8 cm gegroeid; verpot de plant in voedzame aarde
(potgrond), zet haar weer voor het raam en besproei iedere
dag de bladeren.
Van half mei tot begin oktober kan ze met pot en al in de
tuin gezet worden op een beschut en half beschaduwd
plekje. Niet vergeten water te geven. Men zal merken dat
een Kerstster die de zomermaanden buiten heeft door
gebracht veel steviger bladeren heeft gekregen en meer
gedrongen van vorm is dan een plant die de hele zomer
binnen is gehouden. Is de plant begin oktober binnen
gehaald dan weer iedere dag besproeien en voor het raam
zetten. Probeerde Kerstster in bloei te krijgen doorde korte
dagbehandeling. Zet haar bijv. iedere avond in een donkere
kast. Bloeiende planten iedere week bemesten.
Stekken kan ook, het gehele jaar door. Zet het stekje in een
klein potje met bladaarde en scherp zand. Op een warme
ondergrond maar uit de zon. Na drie weken zijn de stekjes
geworteld. Toppen is nodig om een bossig plantje te
verkrijgen.
Een Kerstster afplukken om in de vaas te zetten gaat ook.
Zet de stengel 15 cm in heet water gedurende 50
seconden, daarna een stukje afsnijden en dan in een vaas
met lauw water zetten met chrysal.
leder jaar komen er nieuwe soorten op de markt.
NETTY SELDER
Links:
Wilde kerstster.
In het midden de
bloemaar (gul). De
grote rode bladeren
zijn gereduceerde bla
deren.
Boven:
Bloemen van de kerstster.
Mannelijke bloemen boven
op bestaan alleen uit meel
draden. Eén vrouwelijke bloem
links met steeltje.
19