Oudejaarsdag Palembang 1945
9
Door vele Indische orkesten, zangers en zangeressen zijn en worden de liedjes
"Bengawan Solo", "Waktu Potong padi" en nog vele andere ten gehore
gebracht, maar nooit meer heb ik deze liedjes zo mooi, zo lief, zo fantastisch
horen zingen als toen in Palembang door Grace Andreas.
28 oktober 1945 werden wij Giestin-
gers, i.v.m. de zeer gespannen situatie
naar Palembang geëvacueerd en wer
den daar voor enkele weken in de
Benteng ondergebracht, waarna velen
van ons aan de Boekit Ketjil een
woning werd toegewezen. Palembang
diende toen als centraal punt, waar
velen uit de verschillende kampen van
Zuid- en Midden-Sumatra bijeen wer
den gebracht en waar men weer een
normaal dak boven het hoofd kreeg.
Gelet op de politieke situatie met
mogelijke schermutselingen die plaats
konden vinden, werd de voor ons
"bewoonde wereld" al gauw met prik
keldraad omrasterd. Hierdoor kreeg
deze bewoonde wereld al gauw de
naam "Palembangs concessie". Een
en ander onder Brits militair gezag. Zo
werden ook Pladjoe en Soengai-Ge-
rong "bevrijd" en de oliewerkzaam
heden werden weer zoveel mogelijk
hervat.
In Pladjoe bevond zich een geweldig
mooi zwembad en daar vlakbij een
bioscoop - allemaal behorend tot een
recreatiecomplex voor het Europese
oliepersoneel. Dit recreatiecomplex
werd, toen alles veilig was, opengesteld
voor de bevolking van de concessie.
Maar hoe er te komen? Immers, Pa
lembang ligt aan de ene en Pladjoe
aan de andere oever van de Moesi.
Geen nood. De Britse Marine, met o.a.
landingsvaartuigen van het type L.T.
en L.C.T. op de Moesi tegenwoordig,
werd ingeschakeld en al gauw werd
door deze Marine een geregelde over
vaart verzorgd. De eerste overvaart
vond plaats op oudejaarsdag en daar
was zoveel animo voor, vooral onder
de jeugd waaronder ikzelf, dat daar 3
LT.'s voor nodig waren. We vertrokken
om 10.00 u. vanuit de RAPWI-club
met legertrucks naar de aanlegsteiger,
gelegen nabij de Benteng tegenover
de MULO-school en scheepten ons
daar, dringend, duwend en wringend
in om maar de mooiste plaats te
kunnen bezetten. De gehele overvaart
duurde als ik me niet vergis een klein
uurtje.
In Pladjoe konden we tot drie uur naar
hartelust zwemmen of op het complex
ronddolen. Op die eerste dag ook werd
voor de nodige broodmaaltijden, an
dere consumpties en frisdranken ge
zorgd. Na die eerste overvaart moest je
zelf voor de inwendige mens zorgen.
Om drie uur konden we naar de film.
De film die vertoond werd mocht er
wezen en iedereen genoot ervan,
trouwens van het hele uitstapje. En
ondanks het gemis van mertjon op
deze eerste "vrije" oudejaarsdag, werd
het een fantastische dag.
Om 17.00 u. scheepten we ons weer
voor de terugvaart in en na circa 10
minuten zagen we Grace Andreas op
de brug met de Cdt. praten, waarna we
zagen dat ze een microfoon in de hand
kreeg. De Cdt. vroeg om aandacht en
Grace begon te zingen: Bengawan
Solo. Zoals ze het daar zong, vol
overgave en met hart en ziel, zo heb ik
het daarna nooit nog gehoord. Zoals
het daar over de Moesi klonk, het was
geweldig en ondanks dat we met zo'n
2 a 300 man aan boord zaten, was het
doodstil, behoudens het gestamp van
de scheepsmachines, iedereen luister
de aandachtig naar Grace. Dat ze na
het zingen een overweldigend applaus
kreeg, spreekt voor zichzelf. Na het
Bengawan Solo kwamen de twee an
dere L.T.'s, die eerst in colonne voeren,
aan bakboord en stuurboord naast ons
varen en het "bis-bis" was niet van de
lucht. Tot de aanlegsteiger in Palem
bang zong Grace nog verschillende
liedjes. Bij aankomst in Palembang
mocht ze van de oDvarenden van
de drie L.T.'s een overweldigende
ovatie in ontvangst nemen.
Oudejaaravond verliep rustig zonder
noemenswaardige gebeurtenissen. De
jaarwisseling werd afgesloten en in
geluid door diverse geweervuur salvo's
van de KNIL militairen en ook de Britse
Marine op de Moesi loste verschillende
salvo's met haar zwaardere geschut.
Grace Andreas werd daarna lid van de
Cabaretgroep, die ons o.l.v. mevr. Van
Offiessen iedere dinsdagavond bezig
hield. Ondanks de tijd waarin we leef
den en de omstandigheden was het
klasse wat ze vertoonden en ten ge
hore brachten. Bekende figuren zoals
Harry Brown, Hr. Brinkman, Benno de
Jong en nog vele anderen behoorden
ook tot het gezelschap, evenals 3
KNIL-militairen, o.a. Penky van Lingen,
die Snip en Snap opvoerden. Ook
zongen deze 3 militairen het door
henzelf geschreven en gecomponeerd
liedje "Palembang Concessie". Het
eerste couplet luidde als volgt:
We vlogen van Pakan Baroe
Zo naar de Kota Moesi
En reden toen met 40 mijl
Naar Palembang's-concessie
We gingen toen met kawat vlug
De hele boel omringen
En staan nu in dit kawatland
Ons vrijheidslied te zingen
Ook een ander liedje, gezongen door
Grace Andreas, Willy Brinkman en
Miep van Offeisen, werd toentertijd in
onze Palembangse tijd een topper,
n.L: Holland-lndië. Miep van Offeisen
was een blondje en de dochter van mevr.
Van Offeisen. Zij vertegenwoordigde
in dat liedje Holland en de 2 anderen
waren getint en vertegenwoordigden
Indië. Miep begon met het eerste
couplet:
Ik ben geboren en getogen
In een heel klein landje maar
Waarvoor ik een grote liefde
In mijn kinderhart bewaar
Dan volgen Grace en Willy met het 2e
couplet:
Land van zon en blauwe bergen
Is ons gordel van smaragd
Land van 's-sawahs,
oerwoud schoonheid
Ons Indië vol van natuurlijke pracht
enz.
Het liedje bestond uit zes of zeven
coupletten, waarvan het laatste cou
plet door het trio gezamelijk werd
gezongen en de laatste regel van het
liedje luidt: Holland - Indië blijft één.
Ongetwijfeld zitten er in de hiervoor
vermelde liedjes fouten, maar ja het is
ook zo lang geleden.
H. E. VREEDE
r
*r
De Moesi in Palembang.