mm J. P. COEN CENSIO Themanummer Indische Middenstand Dagen en daden in dienst van de V.O.C. CENSIO, Koninginnegracht 103, 2514 AL Den Haag .tel. 070 - 54 86 01 b.g.g. 070 - 63 89 94. '1. De vereniging heeft, in de meest uitgebreide zin, ten doel: a. het behartigen van de belangen van de tot de "Indische Gemeen schap" zowel in als buiten Neder land behorende personen; zoals: - het instellen van een Nederlands- Indische leerstoel; - het verwezenlijken van een Nederlands-Indisch monument en een Nederlands—Indisch museum; - het verwezenlijken en bewaken van de geschiedschrijving en jeugdvoorlichting aangaande de Nederlands-Indische periode; - het behartigen van de belangen van de oorlogs- en vervolgings slachtoffers 1940-1945 en de daaropvolgende bersiapperiode; - en alle mogelijke andere onder werpen waarbij belangen van Indische Nederlanders, oud Indië-gangers en hun nazaten gemoeid kunnen zijn, hetgeen impliceert dat de vereniging in en buiten rechte kan optreden namens haar leden ter verweze- lijking van vorenvermelde be langen. Onder "Indische Gemeenschap" wordt hier begrepen het algemeen personen, die in het voormalig Nederlands-lndië en/of Indonesië gewoond, geleefd en/of gewerkt hebben, er zijn geboren en op gegroeid dan wel afstammen van personen die tot vermelde groe pen behoorden en voorts allen, die zich beschouwen als tot deze gemeenschap te behoren. b. het bundelen van de krachten van de leden met behoud van ieders eigen zelfstandigheid. c. het ondersteunen, adviseren en informeren van de bij Censio aan gesloten organisaties. d. het op verzoek en met mandaat van de leden, gevraagd en onge vraagd, adviseren van de Overheid en Organisaties met betrekking tot zaken, waarbij een of meer leden zijn betrokken." Niet niks zo'n doelstelling en het zal wel de nieuwigheid zijn dat je niet meteen weet hoe te reageren. Maar dat Censio meer dan waard is om met kracht gesteund te worden, staat vast: al te lang hebben we moeten wachten op een Indische overkoepeling. ALLEEN: juist in dit prille begin van Censio moet het Censio-bestuur geen geintjes uithalen, zoals het op eigen houtje wijzigen van de statuten zoals die bij de oprichtingsvergadering zijn vastgesteld. Het hiervoren geciteerde artikel 4 bijvoorbeeld luidt bepaald anders dan het artikel dat werd goed gekeurd. Nog is Censio waard om gesteund te worden, maar haar eerste daad zal moeten zijn een verantwoording naar haar leden. En dat is jammer, dat kost tijd en het risico van scheuringen wordt er niet kleiner op. RALPH BOEKHOLT Het Censio-bestuur v.l.n.r.: nauwelijks zichtbaar drs. J. G. Th. Linssen en drs. G. L. Cleintuar en vervolgens W. O. Th. Kervel, Ruud Boekholt. mw. C. M. Meek-Eysma (voorzitter), J. G. Bilderbeek, J.Th. G. Vaessen, R. Ungerer, E. H. J. M. Melis en P. S. J. van de Ven. Met een in het Haagse Perscentrum Nieuwspoort gehouden persconferentie heeft Censio zich op 18 januari jl. officieel gepresenteerd. Censio is de afkorting van Centrale van Samenwerkende Indische Organisaties. Deze vereniging wil jeen bundeling van krachten zijn om in voorkomende gevallen als krachtige stem op te treden namens de aangesloten organisaties. Wanneer je echter de statuten van Censio erop na leest, dan blijkt Censio niet alleen een coördinerende maar ook zelfstandige taak te hebben. Artikel 4 van de statuten luidt namelijk als volgt: door Ruud Spruit Bewonderd en verguisd maar nog altijd de belangrijkste man uit de dagen van de V.O.C. en de stichter van Batavia. Een boeiend overzicht van het leven van Jan Pieterz. Coen. f 32,50, porto f 4,50 BOEKHANDEL MOESSON Moesson van 15 maart a.s. wordt een themanummer gewijd aan de Indische middenstand, als die bestaat tenminste en daar willen we met u achter komen. Zijn er Indische mensen die een eigen zaak zijn begonnen? Wat voor zaak, waar, wanneer en waarom begonnen en wat zijn de ervaringen. Welke moeilijk heden heeft men gekend en wat is de sleutel van/voor succes geweest? Wat zou men anderen die een eigen bedrijf willen beginnen, aanraden en beslist afraden? Zijn er Indische mensen die een eigen bedrijf zijn begonnen maar dat beëindigd hebben? Wat waren daarvan de oorzaken en welke les heeft men er van overgehouden? Wij hopen dat alle middenstanders onder onze lezers hun ervaringen op papier willen zetten. Inzendingen, zo mogelijk vergezeld van foto's, zien wij met belangstelling tot uiterlijk 29 februari a.s. tege moet. (Vervolg: "Bij de Voorplaat") heeft, zijn overgrootmoeder stond er ook nog op, en zijn oma wist te vertellen dat haar moeder op handen werd gedragen door de bevolking. Dat ze op eigen initiatief een kraamkliniek had ingericht in de bijgebouwen. "Wat kijk je beteuterd jongen," zegt zijn vrouw, "zit je te denken aan iets naars uit de krant? Kom eens gezellig een kopje koffie met me drinken". En toen was er koffie. L.D. 3

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 3