POIRRIÉ Wie was F rede rik Ka send a hem een muilpeer verkocht. Oom Wim, nog niet zo goed bekend met de sportiviteit van de nieuwe heren - het was de eerste keer, nietwaar - had zijn boven zijn hoofd geheven handen laten zakken en de man een onvervalste dreun terug verkocht. Zó recht uit de schouder. Het mannetje was schoon over zijn eigen bureau gedonderd en had zich lelijk bezeerd. Overigens heeft oom Wim dat maar één keer gedaan, want meteen daarna hebben ze hem alle hoeken van de kamer laten zien. Boven zitten ook hoeken, zei hij droog. Toen schijnt in combinatie met onder voeding iets met zijn ogen gebeurd te zijn. In het begin had hij het niet door, want ze waren gewoon dichtgeslagen, maar later ging zijn zichtvermogen goed achteruit. Over dat terugslaan is nog veel te doen geweest. Japanners kunnen snel leren. Voortaan werd hij nog wel eigenhandig door ze aan zijn polsen opgehangen of op zijn voetzolen gemept, maar slaan moest je voortaan zelf doen. Gevan genen in twee rijen tegenover elkaar en dan op commando elkaar slaan. Wie verdacht werd van "aaien" kreeg een portie na met de bamboestok. "Ik heb altijd ontkend", zei oom Wim en aan de volharding van het ontkennen dankt hij zijn leven. Na de oorlog ging het leven weer verder en koppig hield oom Wim vol, dat de Jap hem niet klein gekregen had. Wij gingen terug naar Holland. Oom Wim bleef nog zolang het kon. Toen het echt niet meer kon en niet meer mocht kwam hij ook, maar toen was ik al vele jaren in het buitenland. Bij de begrafenis van mijn moederwas er een krans. "Een laatste groet" van oom Wim. En zo vond ik hem weer. Een klein Haags huurflatje. AOW en half invalide. Verder leeft hij in het verleden. Hij vertelt nu en dan details uit de Jappen- tijd. Een uitkering als oud-verzetsman heeft hij geweigerd. Hij moest verklaren dat hij fysiek of psychisch na de oorlog last had gekre gen door de Jap. De psychiatrisch expert rapporteerde dat meneer met een luid en krachtig "neen" de vraag had beantwoord. Hij had geen last gehad, hij hoopte alleen maar dat de Jap last van hem had gehad. Onlangs kreeg hij zijn eerste beroerte. Vandaar die verlammingsverschijnse len. Oom Wim is nu erg oud aan het worden. Nog even, denk ik. Die ver lamming zit hem dwars. Hetzijn duize lingen, zegt hij, die hem om doen vallen. Maar zo mooi als die kleine Japanner viel, zegt hij nog grinnikend, zo mooi heeft hij er nooit meer zien vallen, en hij heeft er heel wat zien vallen in zijn leven. Een paar daarvan heb ik meegemaakt, dus ik kan dat beamen. Hormat, oom Wim, hormat. ERIC HERBERTSZ Tijdens een korte vakantie in de Oost hoek mocht ik o.a. ook de gastvrijheid genieten van de zusters in Probo- linggo. In hun spreekkamer waar ik 's ochtends na het opdragen van de Heilige Mis het ontbijt gebruikte, viel mijn aan dacht op een groot schilderij met een berglandschap. Qua stijl deed het me aan Payen denken, de Franse (of Waal se?) schilder die van 1 825 tot 1 830 in Yogyakarta zat. Maar toen ik het schil derij van wat dichterbij bekeek, stond er niet Payen op, maar Frederik Ka- senda, 1 830. Nu is mijn vraag, wie was die Frederik Kasenda? Een leerling van Payen? Op het schilderij was verder nog een strookje bevestigd met de getypte mededeling: Eigendom Erven Last drager. Wellicht dat nazaten van de familie Lastdrager er iets van weten. In het boek van een Plantersvrouw, "Meer dan alles", komt de naam van Noes Lastdrager voor. Kennelijk een oude familie uit Probolinggo. De naam Kasenda komt in het huidige Indonesië nog voor. De commandant van de zeestrijdkrachten heet Rudolf Kasenda. Voor oud-Probolinggonaren mag ik misschien nog mededelen, dat de An- gin gending, gedurende de maanden juli en augustus nog altijd flink uit het Zuidoosten waait. Maar Probolinggo is nu nietalleen maar bekend vanwege zijn mangga's, maar ook vanwege zijn druiven. Hele hectaren zijn daarmee beplant. En niet zuur! En ja, nog altijd is Probolinggo een stadje van Tempo Doeloe. Nog veel oude huizen met ruime voorerven. Na zeven uur 's avoncjs is het doodstil, alleen op de grote verkeersweg van West naar Oost dreu nen onafgebroken, bussen en vracht wagens langs. DICK HARTOKO Niet om 't één of ander, maar ik vind dat we zowel de verhoogde benzineprijzen als de gewichtstoename van kokki in onze tarieven moeten doorberekenen. 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 15