Hoog bezoek in Boston O Sultan Hamengku Buwono IX (rechts) op bezoek bij Paul en Gerti Filon in hun huis in Boston. In het midden op de bank de echtgenote van de sultan. Het was een jaar geleden dat wij bezoek kregen van onze vriend kolonel F. F. Tanjung, marine attaché van de Indonesische ambassade in Washington D.C. Hij vroeg ons toen of wij erin geïnteresseerd waren, om eens kennis te maken met Sultan Hamengku Buwono IX van Yogyakarta en zijn vrouw, Kanjeng Raden Ayu Nindyokirono H.B. IX, als zij naar Boston zouden komen. Ik moest hierbij terugdenken aan ons bezoek aan de kraton van Yogya in 1986. De sultan leidt een zeer actief leven, is bijzonder geliefd onder het volk en doet nog steeds veel in het belang van zijn land. Hij behoort tot de hoogste Javaanse adel en is behalve vorst van zijn gebied, een leidende figuur in de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd, een zeer bereisd diplomaat en intellectueel. Toen Yogya door de Nederlandse troepen werd bezet nam hij een jonge Indonesische officier, Soeharto (die nu president van Indonesië is) in bescherming. De sultan diende onder Soeharto als vice president en minister van financiën. Op zijn vraag antwoordde ik kolonel Tanjung, zeer vereerd te zullen zijn, om de sultan te ontmoeten. De kolonel vertelde nog, dat de sultan bevriend is met zijn familie en vaak bij hem op bezoek komt. In maart van dit jaar kregen wij een telefoontje van de heer Henry Mar- paung, en lid van de Indonesische ambassade die de sultan en zijn echt genote tijdens hun privé-bezoek aan Boston zou vergezellen. Hij vroeg of wij hen graag zouden willen ontmoeten. Zeer vereerd, maar wel nerveus gaf ik hierop een bevestigend antwoord. Hij vroeg mij de volgende dag naar het hotel te komen om het vorstelijke echtpaar en hem af te halen voor een bezoek bij mij thuis. Ik vertelde het mijn vrouw, Gerti, die het pas wilde geloven als zij de sultan bij ons thuis zou zien. Afgesproken werd de sultan om zes uur 's middags in zijn hotel in Boston te ontmoeten. Al vroeg in de morgen op die 26 e maart hingen de Amerikaanse en de Indonesische vlag voor ons huis te wapperen. Om kwart voor zes kwam ik in het hotel aan en ging metde liftnaar zijn etage, maar kon er niet uit. Toen bleek, dat ik mij eerst moest melden en dan onder begeleiding ging de lift naar de etage van de sultan, waar de lift zich vanzelf opende. Een beetje zenuwachtig stelde ik mij voor aan de heer Henry Marpaung en vroeg hem hoe ik de sultan moest aanspreken. "Dat is gemakkelijk" zei hij "De sultan weet van de attaché, dat u vloeiend (dat was een beetje over dreven) Bahasa Indonesia, Duits, Neder lands en Engels spreekt en als u hem Bapak Sultan noemt en zijn vrouw Ibu Norma, dan is het goed. Om klokslag zes uur kwamen de sultan en zijn echtgenote de wachtkamer binnen. Zijn echtgenote stelde zich eerst voor en daarna werd ik aan de sultan voor gesteld. Volgens de internationale uit gave van "Who is Who" heeft de sultan van Yogya de hoogste vorstelijke titel en behoort hij met Koninklijke Hoog heid aangesproken te worden. Eerst spraken wij Engels maar al gauw gingen wij naar de Bahasa Indonesia over. De sultan en zijn vrouw namen de uitnodiging aan en ik vertelde hen, dat een ander Indonesisch echtpaar al bij ons thuis zou zijn om hen samen met Gerti te ontvangen. Wij reden in de stromende regen door Boston en zij wilden weten waar ik werkte. Ik wees hen de John Hancock levensverzekeringsmaatschappij, die een partnerschap heeft met de "Bumi- putera" van Indonesië aan, waar ik al meer dan 26 jaar werkzaam ben. Als een reisleider vertelde ik hen alles over Boston, zij waren erg geïnteres seerd in de stad, waar ook veel Indo nesische studenten wonen. Toen wij thuis waren gekomen be groette Gerti de hoge gasten: "Goede avond, ik ben Gerti Filon" en de echt genote van de sultan zei: "Ik ben Norma en dit is mijn man Bapak Sultan". Toen was het ijs gebroken en wij converseerden als oude bekenden, in het Engels, Duits, Bahasa Indonesia en soms ook nog wat Nederlands. Ik kwam tot de ontdekking, dat de sultan en zijn echtgenote meer over Nederland wisten (de politieke situatie, sociale veranderingen enz.) dan ik. Intussen waren onze andere Indonesische gas ten niet gekomen en ik belde hen op en vroeg waarom zij niet kwamen opdagen. Zij antwoordden, dat zij niet konden geloven dat de sultan bij ons thuis zou komen en dachten dat het een grap was. Omdat de tafel voor zeven personen gedekt was, dekten wij opnieuw voor vijf personen, daar dit anders een belediging zou zijn voor onze hoge gasten, als er twee lege plaatsen zouden zijn. Gerti had de situatie zoals altijd onder controle, en had heerlijk Indisch eten gemaakt. Intussen converserend over allerlei onderwerpen bekeken onze gasten ons huis en bewonderde de echtgenote van de sultan Gerti's bloei ende kembang sepatu's. De sultan vertelde ons, dat één van zijn moeilijk ste taken tijdens zijn ministerschap van financiën het bestrijden van de hoge inflatie in Indonesië was, die hij tot onder de tien procent bracht. Daarna werd hij tot vice-president benoemd. In het nieuwe Indonesische kabinet zijn de meeste ministers jonger dan in het vorige, en zijn er meer economen dan ingenieurs of militairen. Later in de avond kwamen onze andere Indonesische vrienden toch nog en zij begroetten de sultan en zijn echtgenote met een buiging en een sembah. Allen bleven tot laat in de avond. De sultan en zijn vrouw nodigden ons uit om, als wij in 1990 naar Indonesië zouden gaan, ook hen te bezoeken, welke uitnodiging wij meteen graag accep teerden. PAUL FILON 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 7