en toevluchtsoord voor Indische bannelingen
ZJn kleur en taal blijven wij ZNederlanders
Waarom ik onze
verjaardagen niet meer vier!
Zoals reeds onder de bevolking
bekend is, aal Gemert inderdaad
een militair garniaoen worden, be
nevens een tehuis voor bannelingen
vanuit Indonesië.
„K.N.I.L." en „Repatrianten", aij
aijn het, vooral die ome Comman-
derije komen bevolken.
Deze ongewone snelle aanwas
van onze burgerij moeten wij „goede
Nederlanders" weten te waarderen,
door deze mensen in onie burger
lijke maatschappij op te nemen.
Welke kleur, welke taal. welke ge
woonten. het doel niet ter zake,
„verbroedering" moet ons eerste
devies aijn. Zij immers zijn van een
rotsvaste natuur en zij gedragen
zich-als Nederlanders en dus moe
ten wij onze „Commanderije-eer"
hoog weten te houden en weten
te waarderen tegenover onze nieuwe
medeburgers.
Deze niauwa gezinnen zullen zich
in Gemert vestigen, voornamelijk in
de nieuwe woningen op de Molen-
akktfr.
Het woningprobleem in onze ge-
meent# is nog niet geheel opgelost,
I »rv
gehulsvetftetTTuèfals zachte muziek
in de oren klinken, maar daartegen
over staat, dat niet alleen voor ieder
gezin dat is opgenomen een nieuwe
woning wordt gebouwd, maar dat
er 12 woningen extra meer worden
gebouwd voor onze eigen mensen.
Wonneer no verloop van tijd de
120 nieuwe gezinnen zich alhier
hebben gevestigd, spreekt ook het
verenigingsleven mee. Jeugdwerk en
scholen, ja allen zullen de eer heb
ben alles in het werk te stellen om
onze nieuwe inwoners de levens
wijze en de gewoonten vah een
Nederlands gezin te leren.
De Middenstand hesft ook hier
een nieuwe toak. Nieuwe ge
zinnen dus ook nieuwe klanten en
vele klanten.
Deze mensen immers komen in
nieuwe woningen, welke nog
ingericht moeten worden.
En waar zullen die mensen ko
pen Natuurlijk bij de Gemertse
Middenstandszaken. Dus Midden
standers behandelt deze mensen
zoals een middenstander van Ge
mert zijn beste klanten bedient.
De repatrianten, die reeds ver
schillende malen hun goederen heb-
ajrdeljk- eaos
rustig hun gezinsgeluk kunnen her
stellen, krijgen de beschikking over
de nodige machtigingen tot aankoop
van meubelen, keukenuitzetten, gor
dijnen en vloerbedekking (Verlening
van Meubelvoorschot).
Winkelier of kruidenier, meubel-
handelaar of stoffeerder, schoen
maker of textielhandelaar, bakker
of kleermaker, slager of schilder,
ja alle winkelneringen zullen hun
klantenlijst zienderogen zien stijgen.
Ook van de sociaal-meatschap-
pe'ijke zijde mag deze aangelegen
heid bezien worden.
Merendeels zullen deze gerepatri-
eerden hun eigen werk hebben. De
K.N I.L.-mannen zullen n.l. werken
op een naastbijgelegen vliegveld
Het zijn mannen, die kunnen en
willen werken, die hun gezinnen
onderhouden en hun Nederlandse
plicht vervullen.
Mensen van Gemert, vergeet ons
devies niet. Zij zijn gelijkwaardig
aan ons en „verbroedering" is dus
ons doel.
Laten wij deze reeds zo zwaar
beproefde gezinnen geheel volledig
in onze maatschappij opnemen en
dan zal, zoals steeds, de rustige
s(eet»eiv-de i wAseL-eeobt i d, iWO
mert gehandhaafd blijven.
„Insider".
Hoofdartikel uit De Gemertse Courant van 26 januari 1951.
werden gehouden in Zaal Van Extel
aan het Kruiseind. De O.N.I. organi
seerde feestavonden, sporttoernooien
en reisjes. In eerste aanzet was het
een vereniging voor Indische Neder
landers maar later ging men ertoe over
de vereniging ook toegankelijk te
maken voor Gemertse mensen.
Doordat nogal wat Indische gezinnen
en met name leidende figuren van de
O.N.I. naar de Verenigde Staten emi
greerden, kwam in 1957 een einde
aan deze vereniging.
In de loop der jaren hebben de In
dische gezinnen zich verspreid over
andere wijken van groeiend Gemert.
Hierdoor werden de onderlinge con
tacten minder. Om die niet helemaal te
verliezen en zo te vereenzamen, en
ook om de band met en tussen de
opgroeiende jongeren te bevorderen,
werd door enkele Indische Nederlan
ders in 1 964 een nieuwe vereniging in
het leven geroepen. Vanaf de eerste
opzet werd er echter ook heel bewust
en nadrukkelijk naar gestreefd om mid
dels die vereniging contacten te leggen
met de plaatselijke bevolking en de
reeds bestaande banden te versterken.
De naam die men koos drukte dit ook
uit: B.I.N.G.O. (Band Indië-Nederland,
Gemert en Omstreken). Het werd een
bloeiende en goedlopende vereniging
met honderden leden. Het bestuur en
de leiding was vrijwel geheel in han
den van Indische Nederlanders, de
muziek en de hapjes waren Indisch,
maar toch was in de bloeitijd wel 60%
van de leden niet-lndisch.
Niet alleen de ouderen onder ons
kwamen op deze avonden bijeen in
zaal Verhappen, maar ook steeds meer
jongeren. De jeugd beleefde steeds
veel plezier en gezelligheid aan deze
vereniging. Dat de B.I.N.G.O. na een
aantal jaren uiteenviel kwam omdat,
naar mijn mening, het geheel te com
mercieel werd. De "oudjes" kwamen
niet meer omdat de muziek in de loop
van de tijd veranderde; de muziek
werd te ruig gevonden in tegenstelling
tot die in de beginjaren toen er nog
bandjes en orkestjes kwamen die
sfeermuziek brachten waarbij men ook
lekker kon buurten en babbelen.
Dat er nog best heimwee naar die
fameuze BINGO-avonden leeft bleek
dit jaar wel. Binnen enkele dagen
waren de 400 kaartjes voor de "In
dische Avond voor oud-Bingogangers
(sters)" op 23 mei 1 987 uitverkocht.
Nu na ruim 35 jaar zijn de Indische
Nederlanders geheel in de Gemertse
gemeenschap geïntegreerd, zeker de
jongeren waarvan velen met geboren-
Nederlanders trouwden. Er zijn zelfs
jongeren die door intense vriend
schappen met autochtonen het Ge-
merts dialect hebben overgenomen.
Ook van de ouderen kan men zeggen
dat ze geïntegreerd zijn, maar toch
zoeken zij hun vrienden vaak in eigen
kring en kan men zo voor en na in
hun verhalen nog een zeker heimwee
beluisteren naar hun verre geboorte
land rond de evenaar.
Moeilijk, heel moeilijk vind ik het, nu
we in een patiowoning zitten, en heel
goed met onze echte Hollandse buren
omgaan. Ik heb het in het begin ge
probeerd. Natuurlijk op onze manier.
Hoe doen wij uit de tropen dat? Eerst
koffie met gebak. Op tafel ligt dan al
snoep in de vorm van spekkoek, kripik
etc. Dan komt een lumpiah of pastei of
lemper. En drank, frisdrank. Maar dan
komt zo tegen 2 uuraltijd de klap op de
vuurpijl: het eten. Opscheppen en lek
ker smikkelen. Meestal gaat een deel
van de visite weg. Thuis moet voor
manlief of de kinderen worden gezorgd.
Die moeten toch ook eten.
In grote trekken vieren wij Indischen
een feestje toch op deze manier. Maar
nu werden we bij de buren uitgenodigd
voor een verjaardag bij hen. Het begint
al een stuk later. Half drie. Je krijgt een
kop koffie, meestal met geklopte slag
room, als je dat wilt. Daarbij mag je
kiezen uit heerlijke maar enorm grote
gebakjes. Erg lekker, maar wel het
beste van het beste en beslist duur.
Nog een kop koffie, als je dat wilt.
Maar dan komt de rondvraag. Allerlei
dranken. Ik kan ze niet eens allemaal
opnoemen: port dry en sec, wijn rood,
wit, dat merk, dat jaar, jenever, whisky,
likeur en weet ik veel. Het is er allemaal.
Ik neem alleen frisdrank, maar ook
daarin is behoorlijk verschil. En dan
komen de kleine hapjes, erg veel en
allerlei soorten. Maar veel met gerook
te zalm, en andere soorten vis en
garnalen. Daar houd ik niet van, dus ik
hou me bij de kaas, met stukjes gem
ber of kers. En dan natuurlijk daar
tussen door chips en andere knisper-
spul. Er wordt van deze hapjes erg veel
werk gemaakt. Ik vind alles heerlijk,
maar waar ik zo n tegenzin in heb, dat
zijn die dranken. Je moet het toch
allemaal maar in huis hebben.
En dat heb ik helemaal niet. Mijn Ruud
drinkt alleen graag een borrel, zo twee
of drie kleine glaasjes per dag. Wat
moet ik dan met zoveel drank in huis!
Nog afgezien van de kosten. Ik drink
helemaal niet. Toen heb ik tegen de
buren uit de omgeving gezegd, dat ik
onze verjaardagen niet meer wilde
vieren, omdat we toch te oud worden,
en beiden niet meer tegen al die
rompslomp kunnen. Nou, wat denk je?
Stuk voor stuk was daarop het ant
woord. "We begrijpen dat heel goed,
maar op onze verjaardagen blijf je
komen." Erg lief maar niet leuk. Ik voel
me steeds schuldig. Zeg niet: "Je
moet het hun gewoon zeggen dat wij
het anders doen."
Dat heb ik geprobeerd, maar geloof
me, het gaat zo moeilijk. Ik kruip liever
weg, en zeg dat ik geen verjaardagen
meer vier. Maar denk niet, dat we
vergeten worden. Telefoontjes en een
stapel brieven en kaarten die wijzen
uit, dat het zo ook kan! Overdrijf ik een
beetje erg, of hebt u dezelfde ervarin
gen? Ach, such is life!
WIL HAZENBERG-VERBEET
11