INDISCH MEISJE IN DE POLITIEK
PURVIS WEG BIJ PELITA
De Tweede Kamer der Staten-Generaal, ofwel onze volksvertegenwoordiging,
heeft 150 leden. Wie 10% daarvan bij naam kan opnoemen mag zichzelf een
speldje opdoen, want die heeft alleen daarom al meer kennis van de
belangrijkste bewoners van het Haagse Binnenhof dan het overgrote deel van
kiesgerechtigd Nederland. Dat is mijn vermoeden tenminste. De belangrijkste
oorzaak voor die onwetendheid is dat andere Kamerleden dan de fractie
voorzitters en belangrijkste woordvoerders zelden of nooit op de televisie of in
kranten komen. Zelfs het parlementaire televisieprogramma "Den Haag Vandaag"
laat bij voorkeur alleen de grote jongens voor de camera. Enerzijds is dat
begrijpelijk, want de zendtijd is maar kort en het zijn de grote jongens die het
beleid bepalen, maar anderzijds blijf je als burger toch verstoken van de
opvattingen van anderen dan Bert, Wim en Joris.
Eén van die anderen is Andrée van Es,
kamerlid voor de Pacifistische Socia
listische Partij (P.S.P.). Ook al komt zij
zelden in het nieuws, wie de politiek
een beetje volgt, weet dat de P.S.P.,
de laatste jaren bij monde van Andrée
van Es, met name pleit voor complete
ontwapening: niet alleen de kern
wapens de wereld uit, maar ook elke
luchtbuks. Vooralsnog ziet het er niet
naar uit dat Andree van Es haar doel
bereikt. Niet alleen behoort zij tot de
kleinste partijen (dus weinig invloed),
ook wijst weinig erop dat de mensheid
de eertijds door Kaïn ingeslagen weg
massaal wenst te verlaten.
Andrée van Es is in 1 953 in Den Haag
geboren. Zij is een Indisch meisje,
haar vader is Indisch. Een artikel over
"een Indisch meisje in de politiek" in
een Indisch tijdschrift is niet onlogisch.
Echter, na een gesprek van ruim ander
half uur kwamen we erachter dat van
dat onderwerp, hoe interessant dat
ook mag klinken, weinig te maken valt.
Je kunt wel proberen er Indische ele
menten uit te puren, maar wat er niet
inzit komt er ook niet uit. Dat komt
omdat het "Indisch-zijn" geen rode
draad is die per definitie door elk
onderwerp, in dit geval de politiek,
loopt. Die draad is er wel, maar dan
parallel aan het onderwerp.
Maar ten tweede komt dat ook omdat
Andrée van Es geen vertegenwoordig
ster is van de Indische groep. "Neen,
ik zou er niet blij mee zijn als ik
beschouwd zou worden als praatpaal.
Het zou niet goed zijn als ik, of wie ook
in de Kamer, enkel of vooral spreek
buis zou zijn voor één bepaalde groep.
Als kamerlid ben je volksvertegen
woordiger".
Dat was dan dat. Hadden we natuurlijk
verder kunnen praten over de P.S.P.,
hebben we ook even gedaan, of over
Indisch eten - desgevraagd zei ze dat
ze inderdaad weieens nasi goreng
maakt - maar dat Indische meisje in de
politiek komt dan niet uit de verf, zelfs
niet een beetje. Wel een vrouw die na
het Gymnasium A in Utrecht Rechten
ging studeren (vrije studierichting
Bestuurswetenschapen) en in haar
studentenjaren definitief politiek be
wust werd, zoals dat heet, en toen
koos voor het anti-militarisme als enige
werkelijke oplossing voor het verkrijgen
en bewaren van vrede. Behalve voor
dat streven zet Andrée van Es zich in
de Kamer onder meer in voor de
vluchtelingenproblematiek en voor
volkshuisvesting. Zoals gezegd geen
"Indisch specialisme" dus.
Andrée: "het zou trouwens onmogelijk
zijn om een of meer vertegenwoordi
gers van DE Indische groep te hebben,
want ook de politieke opvattingen
onder Indische mensen zullen net als
overal en altijd onderling best verschil
len".
Hoe Indisch is Andrée van Es? "Mijn
vader is Indisch. Ik heb geen uitge-
sprokeh Indische opvoeding gehad,
integendeel misschien. Maar die be
kende Indische gezelligheid en gast
vrijheid ken ik wel degelijk. Vooral als
de Indische vrienden bij ons thuis
kwamen, was het echt Indisch gezellig.
Tempo doeloe. Nostalgie. Mijn In
disch-zijn is niet iets wat overdreven
moet worden. Indische mensen delen
dezelfde kenmerken, dezelfde collec
tieve achtergrond. Neen, als je zegt
"tempo doeloe", dan roept dat bij mij
beslist niet associaties op met "de
onderdrukte Javaan". Inderdaad, Indië
hééft bestaan en het zou neigen naar
Andrée van Es
geschiedvervalsing om een huidige
anti-koloniale visie bepalend te laten
zijn bij de beoordeling van de vele
facetten van het leven en werken van
mensen toen in Indië. Zelf zou ik - als
ik toen geleefd had en was wie ik nu
ben - niet aan de Nederlandse kant
hebben gestaan."
Toch tot slot nog even gevraagd of
Andrée van Es in voorkomende geval
len toch bereid zou zijn om in de
Kamer Indische belangen in ieder
geval onder de aandacht te brengen.
Bijvoorbeeld, om maarwatte noemen,
bepaalde aspecten van het proces van
het Comité Geschiedkundig Eerherstel
tegen de Staat over deel 11 A van De
Jong. Zoals de weigering van de mi
nister van Onderwijs en Wetenschap
pen om bepaalde toch niet geheim te
achten gegevens niet te verstrekken.
"Hou me maar op de hoogte. Ik weet
niet precies hoe de Indische kaart van
Nederland eruit ziet, maar ik wil die
wel goed leren kennen."
R.B.
Omdat hij een betrekking elders heeft
aanvaard, heeft Runskey Purvis (41op
31 oktober jl. afscheid genomen van
Pelita waar hij 13 jaar heeft gewerkt,
de laatste jaren als adjunct-directeur.
Van deze mededeling kunnen we ken
nis nemen en dan weer overgaan tot
de orde van de dag. We doen dat ook,
maar wel wil ik gezegd hebben dat het
te betreuren is dat een Indische jongen
die zich full-time in kan en wil zetten
voor de belangen van de Indische
gemeenschap nu buiten het gezichts
veld van die gemeenschap verdwijnt.
"Wat je doet, doe je grondig" was een
van Runskey's uitspraken in een inter
view in Moesson van 1 5 januari 1 987.
Hij kreeg niet meer de ruimte om
grondig te functioneren en daaruittrok
hij zijn conclusies. Rest ons alleen om
hem in zijn nieuwe baan alle succes te
wensen en verder zullen we afwachten
in hoeverre Pelita nog een Indische
organisatie genoemd mag worden.
R.B.
3