Plaquette in Roermonds monument Van de "Indische Vrienden-Kring Roermond" ontvingen wij de volgende brief: "Op 7 september 1 988 vond in Roermond de plechtige onthulling plaats van het Nederlands Monument Slachtoffers Nederlands Oost-lndië door Z.K.H. Prins Bernhard. Het monument is vervaardigd ter ere van en ter nagedachtenis aan de Nederlandse militairen die tussen 1945 en 1962 in het voormalig Nederlands Oost-lndië in dienst van het vaderland het offer van hun leven gaven. Verschillende onderdelen van marine, luchtmacht en landmacht hebben her denkingsplaquettes laten plaatsen ter nagedachtenis aan hun gesneuvelde wapenbroeders. Een gedenkplaquette voor burger slacht offers, o.a. die van de bersiap, ontbreekt. De Stichting Overkwartier heeft geen bezwaren tegen het plaatsen van een gedenkplaquette ter ere van deze slacht offers. De Indische Vriendenkring Roermond heeft het voornemen deze vergeten groep oorlogsslachtoffers 1945-1949 te eren en voor het nageslacht levendig te houden door het plaatsen van een gedenkplaquette voor alle oorlogsslachtoffers 1 941 -1 949, in het bijzonder die van na 1 5 augustus 1945. Een passende tekst zal op de plaquette worden aangebracht. Sugges ties uwerzijds zijn van harte welkom. Motivatie van het voorgaande: De erevelden in het huidige Indonesië zijn voor de meesten van ons niet (meer) bereikbaar. Zelfs het Indisch Monument - voor de oorlogsslachtoffers 1941-1945 - is voor velen van ons moeilijk bereikbaar, vooral voor degenen die daar ver van af wonen is het moeilijk om naar Den Haag te reizen. Het is vooral voor deze groep oudere mensen datde Indische Vrienden kring Roermond in 1987 de "Herden king 15 augustus 1945" in Roer mond (voor de regio) heeft georgani seerd. In verband met de onthulling van het Indisch Monument in Den Haag, is de herdenking in Roermond in 1 988 komen te vervallen, teneinde al onze leden de gelegenheid te geven naar Den Haag te gaan. Het is echter de bedoeling deze herdenkingen in Roermond jaarlijks te doen plaatsvinden. Temeer daar er nu een pracht van een monument aanwezig is. De Indische Vriendenkring Roermond, als plaatselijke vereniging bezit echter niet de financiële middelen om alleen een gedenk plaquette aan te schaffen. Namens de Indische Vriendenkring Roermond doe ik een beroep of U ons wilt steunen. Uw gift - groot of klein - kunt U overmaken aan onze penningmeester, onder vermelding van "gedenkplaquette". Uiteraard zal ik U na de aktie, van hetgeen is gerealiseerd, op de hoogte brengen. De ouderen in de regio kunnen dan, indien ze niet op 1 5 augustus kunnen komen, op elke gewenste dag (goed weer) naar Roermond reizen om bij de plaquette in alle stilte aan hun dierbare overledenen te denken (bloemen leggen enz.) Met vriendelijke groet en bijvoorbaat dank voor uw bijdrage. G. ODENTHAL Naschrift: Hoewel we overtuigd zijn van de goede bedoelingen van de Roermondse vereni ging, willen we bij bovenstaande brief toch enkele kanttekeningen plaatsen. Zo is daar de vraag of je van enig monument een lappendeken kunt maken telkens wanneer terecht of onterecht gemeend wordt dat er een bepaalde groep of categorie in de vergetelheid dreigt te verzinken, of wanneer praktische motieven het wenselijk maken om een gedenkteken dicht bij de mensen te brengen. Wanneer een monument wordt opgericht, dan - zo mogen we aannemen - is daar eerst over nagedacht. Wanneer achteraf blijkt dat mensen zich niet (volledig) aan gesproken voelen door de symboolfunctie, dan is er öf niet goed nagedacht óf mensen begrijpen het monument niet. Om dan echter het monument te voorzien van bijvoorbeeld een plaquette om het een bredere werking te geven, is een kunst greep die niet reëel aandoet. R.B. N.B. Wie het initiatief van de Indische Vrien den-Kring Roermond wil steunen, kan schrijven of bellen naar het secretariaat van deze vereniging. Adres: C. de Hout manstraat 3, 6045 HM Roermond, tel. 04750-2 26 36. andere gebouwen in de omgeving lopen de kans om op een gegeven moment vervangen te worden door moderne bouw sels. Men wacht nog steeds op de uit vaardiging van een regeringsbesluit be treffende conservering van cultureel waardevolle architectuur. Op 7 februari 1988 werd een inventari satie gemaakt door een groep gemeente ambtenaren en deskundige consulenten: ze telden 94 oude bouwwerken die in aanmerking komen voor conservering. Hieronder bevonden zich 8 scholen, 22 gouvernementskantoren en 26 particu liere kantoren. Verder waren er 1 6 woon huizen en internaten, 2 ziekenhuizen, 3 hotels, 11 religieuze gebouwen en diverse andere bouwsels; stations en vrijheids monument, 11 stuks. De Gereja Blenduk heette toen officieel De Nederlandsch Indische Kerk in Indo nesië te Semarang en was het oeuvre van de architecten H. P. A. de Wilde en W. Westmaas. Hij stond hoog op de prioritei tenlijst voor restauratie, in vergelijking met enkele andere bekende gebouwen, zoals het vroegere N.I.S. kantoor (Lawang Sewu), de missigit aan de jalan Kauman, deTugu Muda en het hoofd-postkantoor. Ook ir. Eko Budihardjo, voorzitter van de ingenieursvereniging Midden-Java be klemtoonde dat de kerk de eerste prioriteit had. Redenen hiervoor: culturele waarde, historie en hoge kwaliteits architectuur. Dit "landmark" van Semarang ligt ook precies midden in een wijk waar vele antieke gebouwen staan, alle de moeite waard om te preserveren. Dit betekent niet dat in die wijk geen nieuwe bouwwerken mogen komen. Voorwaarde voor nieuwbouw hier: de architectuur van het nieuwe gebouw moet in harmonie zijn met de antieke bouwsels in deze oude stadswijk. Als voorbeeld van zo'n wanklank: de moderne Pensioen Spaarbank in het oostelijke deel, geeft de indruk van chaos in deze wijk. Dit rechtlijnige moderne bouwwerk had eigenlijk gebogen lijnen of krullen in zijn ontwerp moeten opnemen. Gezien vanuit het gezichtspunt van de townscape ont staat hier een kakofonisch beeld. Men voelt de noodzaak voor een gouver- nements conservatie-verordening om deze oude mooie gebouwen in stand te houden. Indien onze voorouders in staat waren de Borobudur heelhuids aan de volgende generaties over te dragen, dan moet de huidige generatie ook capabel zijn hetzelfde te doen met de koepelkerk en soortgelijke bouwwerken. Ir Sudjadi van de dienst Openbare Werken bracht ook zijn opinie voor. Zijn departe ment kon voorlopig geen direkte stappen nemen. Eerst moet nagegaan worden hoe groot de schade is wat betreft de scheef stand en de barsten in de muur. Ook moet men de leeftijd van de kerk, de structuur en de ondergrond bestuderen. Kortom, voordat we beginnen, moeten we eerst zoveel mogelijk data en informatie in winnen over dit nationale of liever gezegd internationale gebouw. We moeten niette overhaast te werk gaan, daar dit gebouw een hoge historische waarde heeft. We hebben dus nu, zonder het te willen, een scheve kerk in Semarang; men heeft door hebzucht en slordigheid het slechte voorbeeld van de toren van Pisa gevolgd. Vermoedelijk was de gedachtengang van de eerdergenoemde malafide aannemer als volgt: "Ach, reparatie van de Gereja Blenduk - dat's een peuleschilletje, kan ik met een blinddoek op klaarspelen. Als maar geef geluid." Helaas, het rampzalige resultaat van zijn hebzucht en slordige on deskundigheid: een zwaar zieke koepel kerk. Als er niet spoedig ingegrepen wordt, volgt de Gereja Blenduk het een zame pad van de mammoet en de dodo vogel, met andere woorden de weg naar het hiernamaals. We hopen dat de Semarangse maat schappij, misschien met een beetje hulp van buiten en de toewijding van een bonafide aannemer, deze statige, artistieke, antieke koepelkerk weer tot volle gezond heid kan rehabiliteren. Laat hij een "lumiscent landmark" van Semarang worden! 11

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1989 | | pagina 11