POIRBIÉ'S PERIKELEN We'll meet again Mazzeltje Mien had hem jarenlang de lekkerste kostjes voorgezet, daarom was het niet minder dan billijk, dat si Wim haar bij wijze van tegenprestatie een etentje bui tenshuis aanbood. Omdat hij ook nog een beunhaas-mazzeltje had gehad en dus niet op een paar tientjes hoefde te kijken, joeg si Wim de kogel door de kerk en koos voor een sjiek Horeca-etablissement, dat alleen al door zijn schitterende voorgevel alle minima in de schulp deed kruipen. Toen beide echtelieden op de bewuste dag opgedoft en een beetje schuchter de brede marmeren trappen van het paleis achtige gebouw beklommen en via de electronisch open en dicht gaande glazen deuren in het hol van de leeuw terecht kwamen, sloeg hen de schrik om het hart en betreurde si Wim de euvele overmoed, die hem tot deze keus had doen besluiten. Het wemelde er van de in verblindende toiletten en maatcostuums gestoken da mes en heren, die her en der in groepjes geanimeerd, maar ingetogen met elkaar stonden te keuvelen. Een leger van deftige obers manoeuvreerde met zilveren bladen vol drankjes en hapjes door het feestelijk aandoende gewoel en van achter een haag van siervarens en miniatuurpalmen steeg stemmige live-achtergrondmuziek op naar het kunstig bewerkte, vol kroon luchters hangende plafond. Gelukkig ont fermde één van de beleefde obers zich over de twee overdonderde echtelieden en dirigeerde hen naar een reeds gedeel telijk bezette tafel. Eenmaal gezeten en verlegen naar de andere aanzittenden geknikt hebbend, schoven zij wat dichter bij elkaar en namen hun omgeving wat beter op. Het was inderdaad prachtig, net zo'n Dynastie- paleisrestaurant, waar je alleen maar mil jonairs en andere rijke aartsbedriegers in tegenkomt. Si Wim betwijfelde ten sterk ste, of hij dit uitstapje kon betalen en zag zichzelf reeds maandenlang bordenwas sen om aan zijn schuld te kunnen voldoen, maar gelukkig werd zijn aandacht wat afgeleid door een ober, die hem en Mien een blad vol drankjes voor de neus hield. In arrenmoede bediende si Wim zich van een glaasje Franse Cognac en bleef ook daarna bij die drank. Mien zag de Sherry voor appelsap aan en volhardde eveneens in haar vergissing. Kortom: Het werd toch een groot succes. Si Wim en Mien sloegen zich er geweldig doorheen. Enigszins gesterkt door de alcohol en de fantastische ambiance, kletsten zij tegen iedereen aan en deden zij zich tegoed aan al het gebodene. Mien ging zelfs een keer de dansvloer op met een zwaar besnorde, voornaam uitziende heer en si Wim wist met zijn iets te pikante moppen vele dames aan het giechelen te brengen. Het viel dus allemaal best mee, al vond Mien het wel nogal gênant, dat si Wim zo'n groot gat sloeg in de in alle kleuren van de regenboog opgemaakte huzaren salade en hij er met zijn door de war gehaalde haren zo onelegant uitzag, maar een kniesoor die daarop let. De kater kwam pas veel later, toen vrijwel alle andere gasten reeds lang huiswaarts waren gekeerd en een vermoeide ober voor het laatst veelbetekenend had geïn formeerd of mevrouw en meneer nog iets wensten te gebruiken. Toen kwamen beide echtelieden weer tot bezinning. Het feest was over en het tijdstip van afrekening daar. Met lood in de schoenen strompelde si Wim naar de balie. Mien stuurde hij naar de garderobe om alvast de jassen in ontvangst te nemen, want hij wenste niet, dat zij van zijn totale afgang getuige zou zijn. Zulke dingen draagt een man zelf, daar kom je niet onderuit. Toen Mien hem na enkele minuten van angstig afwachten zag komen aanlopen, sloeg haar de schrik om het hart. Hij had de wankele gang van een net herstelde zieke en liet zich wezenloos door haar in zijn jas helpen omdat al het personeel reeds vertrokken was. Mien boog zich bezorgd naar hem over en vroeg benauwd: "En hoe Wim, kon je wel betalen?" Si Wim schudde verbijsterd het hoofd en keek haar met lege ogen aan. "Allemaal gratis deze. Volgens die meneer was het de afscheidsreceptie van de wethouder van dinges". Van wat had hij niet eens meer mee gekregen. Van het beunhaas-mazzeltje hebben ze toen maar een paar nieuwe cocosmatten gekocht voor in de auto, want de oude waren al helemaal versleten. Over deze moeder en doch ter schreven we in Moes son van 1 5 januari jl. Mas Ajeng Toeminah en Josephine Voerman-Hupez die elkaar na 40 jaar weer hebben gevonden. Over enkele weken vindt de persoonlijke ontmoeting plaats. Dankzij een geld inzameling, waaraan ook vele Moesson-lezers heb ben bijgedragen, - die hier bij ook namens Josephine hartelijk dank worden ge zegd - kon op 14 februari jl. aan het echtpaar Voerman symbolisch 2 tickets wor den overhandigd door Marja de Rouw, de initiatief neemster van de actie. Wanneer Josephine terug zal zijn, zal zij Moesson verslag doen van haar reis. R.B. 8

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1989 | | pagina 8