I25-JARIGBESTAAN
COLLECTIE MUSEUM
TENTOONSTELLINGEN IN MUSEUM NUSANTARA
Collectie Nusantara 1864-1989, 125 jaar verzamelen,
van Indische Instelling tot Volkenkundig Museum.
Op 27 mei jl. vierde het Volkenkundig Museum Nusantara in Delft het 1 25-jarig
bestaan van de kern van haar collectie met een feestelijke opening van de geheel
heringerichte opstelling van de verzameling ethnografica. De officiële opening van
deze jubileumviering werd verricht door de burgemeester van Delft, Mr. H. van
Walsum, die in zijn toespraak in de Waalse Kerk aan het Prinsenhof de
geschiedenis van het Museum en de voormalige Indische Instelling in Delft
memoreerde. Evenals de heer J. van Leur, voorzitter van de Ethnografische
vereniging, benadrukte hij, dat het Museum niet zozeer een nostalgische herinne
ring is aan het verleden, maar vooral een teken is van de nieuwe banden die
Indonesië en Nederland hebben gesmeed. Vervolgens werd het eerste exemplaar
van het ter gelegenheid van het jubileum uitgebrachte boek, "De Indische
Instelling, méér dan een opleiding tot bestuursambtenaar", aangeboden aan de
Indonesische ambassadeur, Z.E. Romli, waarna de genodigden zich naar het
museum begaven.
Op het plein voorde ingang van Nusan
tara werd door gracieuse Molukse dan
seressen een dans uitgevoerd, gevolgd
door een voorbezichtiging van het her
nieuwde museum. In aanwezigheid van
o.a. de Indonesische minister van
Onderwijs, Z.E. Fuad Hassan, werd de
expositie "De Indische Instelling" ge
opend. Ter gelegenheid van het ju
bileumjaar worden drie speciale
exposities gehouden (zie hier
onder) en worden er talrijke
bijzonder activiteiten georga-
niseerd. De gehele benedenverdieping,
waar voorheen de Java-zaal was, wordt
nu gebruikt voor de vaste opstelling van
Indonesische ethnografica. De gamelan,
waarvoor geheel nieuwe in Indonesië
vervaardigde instrumenten zijn aange
kocht, is verplaatst naar de eerste ver
dieping, die als "sfeerzaal" zal worden
ingericht.
De oorsprong van het Museum ligt in
de toenmalige "Indische Instelling",
waarvan de eerste 5000 voorwerpen,
die de grondslag van de huidige collectie
vormen, afkomstig is. Deze verzameling
is inmiddels uitgegroeid tot 100.000
voorwerpen.
In 1864 werd in Delft de Indische
Instelling (officiéél geheten: "Instelling
van Onderwijs in de Taal-, Land- en
Volkenkunde van Ned.-lndië) opgericht,
een opleiding voor Nederlandse ambte
naren voor de bestuursdienst in Ned.-
lndië. Nadat in 1863 de Koninklijke
Academie in Delft voor de opleiding van
"burgerlijke ingenieurs" (waarbij minis
ter Baud van koloniën in 1842 een
opleiding tot Indisch ambtenaar had
ondergebracht) naar Leiden werd ver
plaatst, besloot de Delftse gemeenteraad
op 27 mei 1864 een Gemeentelijke
Opleiding voor Indische ambtenaren op
te richten. Dit initiatief had de steun van
minister Thorbecke. De instelling werd
gehuisvest aan de Oude Delft 69, dat
later werd uitgebreid met een nieuwe
vleugel. Balische en andere Indone
sische motieven sieren de gevel van dit
nog steeds bestaande gebouw, thans
politiebureau, en herinneren aan die
tijd.
In korte tijd kreeg de Indische Instelling
een uitstekende naam, terwijl de Rijks
opleiding, die naar Leiden was ver
plaatst, reeds in 1 876 werd opgeheven
wegens gebrek aan studenten. Beroem
de docenten, een aantal met de titel van
hoogleraar, gaven college. Naast Dr. G.
Simons doceerde o.a. Prof. Dr. Juynboll,
Prof. Gonggrijp en Dr. Meinsma.
754 Studenten haalden hetgroot-amb-
Beeld van het eiland Nias,
Museum Nusantara.
In het kader van de viering van het 1 25-
jarig bestaan van de kern van de collectie
van het Museum Nusantara worden in
het museum een drietal bijzondere
exposities gehouden.
Het zijn:
"Schattenrijk Nusantara"
(28 mei tot 24 sept. 1989)
Deze tentoonstelling zal een semi per
manent karakter hebben. In een door
gaande lijn wordt een duidelijk overzicht
geboden van de grote verscheidenheid
aan rijke culturen van Indonesië, met de
mooiste en belangrijkste stukken uit de
eigen collectie van het museum. Kunst
en kunstnijverheid van het eilandenrijk.
Aan de hand van de kaart van Indonesië
wordt een algemene inleiding gegeven
op land, volk en cultuur.
De eerste ruimte wordt ingenomen door
de tribale culturen, met maskers, beel
den en religieuze voorwerpen van o.a.
de Bataks, de Niha, de Toradja's en
Dayaks, alsmede de cultuur van de
Molukken en van Irian Yaya. In de
tweede ruimte wordt aandacht besteed
aan de door de Islam beïnvloede cultu
ren. De rijke culturele ontwikkeling van
deze gebieden is door de vorstenhuizen
van Aceh, Noord-Sumatra en Minang-
kabau gestimuleerd. Van het door het
Hindoeïsme beïnvloedde Bali zijn prach
tige, rijk versierde objecten te zien. De
expositie wordt afgesloten met de hof
cultuur van Java, met o.a. de oude
gamelan. Bij deze tentoonstelling ver
schijnt een publicatie.
De museumwinkel heeft een aanzien
lijke uitbreiding gekregen, er zijn
betaalbare artikelen uit Indonesië te
koop, o.a. zilverwerk, armbanden en
andere sieraden.
"Nias, een verdwenen cultuur in
"beeld" gebracht"
(20 okt. 1989 tot 1 april 1990)
De tentoonstelling geeft een overzicht
van de rijke kunst en cultuur van het
eiland Nias. De stenen monumenten
(kenmerkend voor de cultuur van dit
eiland) met name stenen zetels (osa-
osa) en gedenkstenen, waarop de
dorpshoofden bij feesten plaatsnamen,
geven een beeld van de stuctuur van
dorp en samenleving. Vooral de opval
lende architectuur, waarbij in de bouw
van de huizen de opvatting over de
kosmos wordt vastgelegd, vormt een
hoogtepunt van de tentoonstelling.
De inrichting van de huizen, met de uit
hout gesneden sculpturen, die voor
ouders of beschermgoden uitbeelden,
30