Weerzien met Yogya
NETTIE HUGE
'WLrl
Gerry Damian (rechts) op de binnenplaats van de kraton van Yogya, in het midden de
gids en links een stewardess van "Swiss Air".
Na vele jaren bezocht ik in februari j.l. Yogya. Men was daar toen juist bezig alles
schoon te maken en op te knappen voor de grote dag die in het verschiet lag, de 7e
maart, de inhuldiging van de nieuwe sultan, Hamengku Buwono X. Met belang
stelling heb ik dan ook het artikel in Moesson gelezen over deze inhuldiging.
Het was voor ons een interessante dag, temeer daar mijn grootvader van moeders
kant. Van Waardenburg, rechtskundig adviseur was van de toenmalige sultan.
Mijn grootmoeder vertelde ons, kinderen altijd zulke boeiende verhalen over die
tijd, en daarom was ik blij nu Yogya samen met mijn man, te kunnen bezoeken.
GERRY DAMIAN, Scoresby, Victoria, Australia
oorlog had hij een eigen corps waarmee
hij het gouvernement grote diensten
bewees.
De Java-oorlog en een langdurig tijd
perk van vooruitgang
De opstand van de Jogjase prins Dipo
Negoro, waarin naast de opvolgings
kwestie, ook religieuze motieven mee
speelden, en de daaruitvolgende Java
oorlog (1825-1830) teisterden Mid
den- en een deel van Oost-Java. In deze
oorlog steunden de Soenan, Pakoe
Boewono VI en de Mangkoenegoro het
Gouvernement met hun troepen. Na
afloop van de strijd werd het gebied van
het sultanaat en het soenanaat tot de
huidige omvang ingekrompen, de bui
tengewesten, de zg. Mantjanegara
(Bagelen, Madioen en Kediri) werden
tegen schadeloosstelling afgestaan.
Begrijpelijkerwijs was de soenan, die
immers het gouvernement trouw was
gebleven, hierover verbitterd. Hij verliet
de kraton, om aan het zuiderstrand te
mediteren, en daar de godin van de
Zuidzee, Njai Loro Kidoel, met wie het
Solose vorstenhuis een bijzondere band
heeft, te raadplegen. In Mantjingan trof
de door de resident Nahuys uitgezonden
Nederlandse lijfwacht hem slapende aan,
hij werd teruggebracht naar de kraton
en moest afstand doen. Hij werd naar
Ambon verbannen, waar hij in 1 849
overleed.
Het onafhankelijke Indonesië eert
Pakoe Boewono VI (bijgenaamd Ban-
goen Tapa) als een van haar Pahlawans
(nationale helden), zijn beeld staat in de
Solose kraton.
Na de Java-oorlog volgde een lange tijd
van vrede en voorspoedige ontwikkeling
voor de vorstenlanden. Onder leiding
van een aantal eminente vorsten als de
sultans Hamengkoe Boewono VI, VII en
VIII van Jogja, de Soenans Pakoe
Boewono IX en X, en de prinsen Mang-
koe Negoro V, VI en VII en de Pakoe
Alamse vorsten V, VI en VII kwamen
vele belangrijke hervormingen tot
stand.
Japanse bezetting en
onafhankelijkheid
In 1 941 brak de oorlog in de Pacific uit,
enkele maanden later gevolgd door de
bezetting van Ned.-lndië. Het Japanse
bewind erkende de status van de vorsten
en hun rijk. Zij kregen de Japanse titel
"Ko" (Prins), onder dezelfde voorwaar
den als onder het Nederlandse gouver
nement.
Soenan Pakoe Boewono XI stierf reeds
1 juni 1945, nog tijdens de Japanse
bezetting. Hij werd opgevolgd door zijn
zoon, de huidige soenan Pakoe Boewono
XII. Ongeveer een maand na zijn inhul
diging capituleerde Japan, en werd op
1 7 aug. 1 945 de Republiek Indonesië
uitgeroepen. Ook de Republiek erkende
de status van de vorstendommen, nu
onder de benaming "Daerah Istimewa"
(bijzonder gebied): de D.l. Surakarta
(omvattende soenanaat en Mangkoene-
garan) en de D.l. Yogyakarta (omvat
tende sultanaat en Paku Alaman). Dit
duurde voor wat betreft Surakarta niet
lang, want aan het begin van 1946 brak
daar een plaatselijke revolutie uit. Deze
rebellie eindigde met de opschorting
van de Istimewa-status van Surakarta.
De Sunan en de Mangku Negoro werden
later ontheven van alle resterende poli
tieke macht en hun gebied werd een
deel van de provincie Djawa Tenggah
(Midden-Java). Het Rijk Surakarta werd
gereduceerd tot slechts het gebied van
de kraton, een toestand die tot op de
huidige dag voortbestaat.
Daarentegen kreeg het sultanaat Yogya
karta wegens de verdiensten van sultan
H.B. IX in de onafhankelijkheidsstrijd
(in die tijd was Yogya van '45-'49 de
zetel van de Republikeinse regering)
wel de status van Daerah Istimewa met
de sultan als gouverneur. Na de dood
van HB IX in oktober 1988, ging deze
functie over op Sri Paku Alam VIII, die
lange tijd vice-gouverneur was.
Ook in het moderne Indonesië hebben
de Javaanse vorstenhuizen nog altijd
een belangrijke functie. Zij spelen een
rol in het culturele, sociale en gods
dienstige leven van hun betreffende
gebied. De bevolking brengt hen nog
altijd, verknocht als zij is aan haar vorsten.
dragers van eeuwenoude traditie, als
vanouds hormat.
Dit komt bijvoorbeeld tot uiting bij eve
nementen als de jaarlijkse Garebeg,
kratonhuwelijken, de viering van de
Soero (het Javaanse nieuwjaar) in Solo,
de inwijding van de herbouwde Sasono
Sewoko van de Solose kraton en zeer
bijzonder bij de uitvaart van Hamengku
Buwono IX en de inhuldiging van zijn
zoon als nieuwe sultan, Hamengku
Buwono X in maart jl.
CH.M.
In het artikel over Joyce Mouthaan
(Moesson 1 5 juni) noemde ik haar
naam als een van de mannequins die
in Joyce's show meeliep. Later begon
Nettie Huge in Jakarta haar eigen
modezaak, als ontwerpster verwierf
ze zich net als Joyce Mouthaan naam
en faam. Ze was minder extravagant,
haar stijl was chique, draagbaar voor
elke leeftijd.
Ruim dertig jaar geleden emigreerde
ze met haar man naar Amerika. Als ik
me niet vergis werd ze inkoopster bij
een groot modehuis in Anaheim-Cali-
fornië. Zonet kreeg ik haar overlijdens
bericht door. Nettie Huge en Joyce
Mouthaan, de enige vrouwelijke cou
turiers die we in het na-oorlogse In
donesië hebben gekend, overleden
kort na elkaar. Ze blijven in onze
herinnering.
LILIAN DUCELLE
3