Heilzame Kruiden uit de Tropen
INDONESISCHE KANEEL
of "cassia lignea" is de bast van twijgen
van Cinnamomum cassia. Dit is een tot
1 5 meter hoge, altijd groene boom met
langwerpige, donkergroene glanzende
bladeren die voorkomt in Z.O. Azië.
Deze specerij wordt al vermeld in de
bijbel. De Arabische naam is Darachini
Chinees hout. Behalve van in 't wild
groeiende bomen wordt de bast ook
geoogst van gekweekte bomen. De stam
wordt gekapt en de jonge loten die
opschieten leveren de bast die als
specerij gebruikt wordt.
In het begin van de regentijd, als de
bomen weer gaan uitlopen, te vergelijken
met de lente in Europa, kan de bast
gemakkelijk van het hout geschild wor
den. De buitenste laag, de kurklaag,
wordt afgeschraapt zodat bruinrode
schillen overblijven. Bij het drogen krul
len deze op tot pijpen.
De smaak van de bastiszoetvandaarde
Indonesische naam "Kayu Manis"
zoet hout. De aroma wordt veroorzaakt
door vluchtige bestanddelen o.a. kaneel-
aldehyde. Om het geurigste produkt te
krijgen moet kaneel in de oorspronke
lijke vorm bewaard worden en pas kort
vóór het gebruik, liefst niet langer dan 1
a 2 maanden, gemalen worden. In poe-
dervorm gaat het aroma snel achteruit
door verdamping en door oxidatie. Om
dit te beperken moet gemalen kaneel in
kleine potjes met zo weinig mogelijk
lucht erboven, bewaard worden.
Indonesische kaneel is pittiger dan de
kaneel afkomstig van Cinnamomum
zeylanicum die op Sri Lanka Ceylon,
groeit. Zoals bij alle natuurprodukten
blijft er een variatie in smaak mogelijk
door invloed van het klimaat en andere
milieufaktoren, de ouderdom van de
bast, de manier van oogsten en verwer
ken. Kaneel verschilt daarin niet van
wijn.
Gebruik:
bast, stukje meekoken;
poeder, malen en zeven kort voor het
gebruik.
Bewaren:
bast kan als zodanig zeer lang bewaard
worden op een droge donkere plaats.
Bijvoorbeeld in blik.
poeder is kort houdbaar vanwege verlies
van aroma. In glazen pot (géén plastic!)
zover mogelijk gevuld en goed gesloten,
is het enige maanden houdbaar.
Neem een keer de moeite en maal en
zeef uw kaneel zelf. Pas dan weet u hoe
kaneel smaakt.
AKAR WANGI
of reukwortel, is afkomstig van een
grassoort, Vetiveria zizanoides An-
dropogon muricatus Andropogon
zizanoides. Het vormt grote pollen
door sterke uitstoeling en kan tot 2,5
meter hoog worden. Alleen de wortels
bevatten een geurige olie. De vetiver
olie is een basisolie voor parfums. Het
wordt gebruikt als fixatief, een materiaal
dat de andere elementen van de parfum
vasthoudt zodat de geur lang blijft. In
Indonesië worden de wortels o.a. tot
waaiers gevlochten - kipas akar wangi -
die tussen de kleding gelegd worden
voor de geur en om insecten uit het
textiel te weren. Deze waaiers zijn een
geurig alternatief voor motteballen. De
waaiers gaan lang mee omdat de parfum
maar langzaam verdampt.
BRATOWALI
is afkomstig van een tropische klim
plant, Tinospora crispa. Het is een
kruidachtige plant gekenmerkt door een
wrattige stengel. Als kamerplant doet
bratowali het goed in een warme om
geving. De gehele plantstengel, bladeren
en latex, zijn uiterst bitter van smaak. In
geheel Indonesië wordt deze plant in
huisrecepten gebruikt tegen koorts. Bij
geen enkele kruidenverkoper ontbreekt
bratowali. Het wordt ook als uitwendig
medicijn gebruikt tegen schurft of bij
rugpijn. In de literatuur over Indone
sische traditionele geneesmiddelen zijn
veel recepten met bratowali te vinden:
1. KLOPPENBURG-VERSTEEG, J.:
Wenken en raadgevingen betreffende
het gebruik van Indische planten,
vruchten enz., Van Dorp, 1934.
2. VORDERMAN, A.G.:
Javaansche geneesmiddelen, deel 2,
Geneesk. Tijdschr. voor Ned. Indië,
vol 40 (1 900) blz. 1 49 e.v.
3. BOORSMA, W. G.:
Onderzoek naar de plantenstoffen
van Ned. Indië, Mededel. 's-Lands
Plantentuin vol. 52 (1902) blz. 32
e.v.
4. idem, Geneeskundig Tijdschrift voor
Ned. Indië, 1908, blz. 657 en 743.
H. SI WON
plaats in de kamer maar moet wel tegen
felle zon beschermd worden. Liefst re
genwater geven en zorgen voor een
vochtige atmosfeer door middel van het
plaatsen van bakjes water rond de plant.
De potgrond moet goed vocht doorlaten.
Van ziektes en ongedierte heeft de
plant bij een goede verzorging weinig
last. Als de plant te droog en te warm
staat kan bijvoorbeeld spint optreden.
De grond moet iets zurig zijn; dat kan bijv.
door een stukje citroenschil in de pot
grond te doen. In de zomermaanden
kan ze in de tuin staan. Lekker op een
zonnig plekje tussen andere planten
zodat de onderkant in de schaduw staat.
Plumbago's hebben graag een koele
voet. Goed vochtig houden. Eind sep
tember gaat de plant weer naar binnen;
ze is erg gevoelig voor kou. Als de plant
uitgebloeid is kan ze haar winterrust
ingaan. Stop met bemesten, geef min
der water en zet de plant in een koel en
licht vertrek, plusminus vier tot acht
graden Celcius. De bladeren vallen af en
ze kan ingesnoeid worden. Zorg dat de
plant niet uitdroogt. Vergeet niet af en
toe water te geven en zet de pot op een
eilandje met water. Staat de Plumbago
in de winter te warm dan loopt ze uit,
krijgt bladluizen en de jonge blaadjes
raken misvormd.
Plumbagi Indica mogen in de zomer
niet naar buiten; detemperatuur mag in
de zomer en in de winter niet onder de
vijftien graden Celcius komen. De beste
plaats is de serre of voor een groot
raam. Inde maanden april en mei kan de
Plumbago Indica gestekt worden. De
Plumbago Auriculata en Plumbago Auri-
culata Alba kunnen daarentegen in de
zomer en in het najaar gestekt worden.
Jonge kopstekjes, plusminus vijftien
centimeter lang met een hieltje eraan
(een stukje bast erbij) worden in een
potje met turfmolm gedaan en op
bodemwarmte, bijvoorbeeld op de cen
trale verwarming of boven op de schoor
steenmantel gezet. De stekjes wortelen
niet snel in het water. In het vroege
voorjaar wordt de plant verpot en weer
gesnoeid tot 10 a 25 centimeter. De
houtige stengels lopen spoedig uit en
aan de jonge scheuten komen de nieuwe
bloemknoppen.
In het voorjaar kan gezaaid worden op
bodemwarmte 20 tot 25 graden Celcius,
maar niet onder glas of plastic. Jonge
plantjes een paar keer toppen zodat ze
gaan vertakken.
In de winter teveel vocht en te hoge
temperatuur en zomers te weinig vocht
zijn funest voor de Plumbago.
NETTY SELDER
Het Cambodja-stekje dat ik zo'n 4 jaar
geleden meebracht uit Bali, heeft bloem
knoppen gekregen, 's Zomers stond ze
buiten, nu voor de balkondeur op 't zuiden.
15