Sporen van een koloniaal verleden
O
Si historisch museum marialust
VICTOR FERDINAND LOUIS RUMMENS
Tot en met 18 maart a.s. is in het Historisch Museum Marialust aan het
Verzetstrijderspark 10 te Apeldoorn de tentoonstelling "Sporen van een koloniaal
verleden" te bezichtigen. Vooral aan de hand van foto's en documenten geeft deze
expositie een beeld van de komsten het verblijf van Indische Nederlanders voor en
na de oorlog in deze "tweede residentie op de Veluwe".
Voor (Indische) mensen uit Apeldoorn en directe omgeving zal het best aardig zijn
om een half uurtje bekende gezichten en plekken te zien. En anderen, die toevallig
toch in de buurt zijn, zullen het nodige herkennen van de eigen vroegere
omstandigheden in bijvoorbeeld contractpensions. Wie echter - bijvoorbeeld - in
Waddinxveen woont en zich afvraagt of de tentoonstelling een "must" is, mist niet
veel als hij gewoon thuis blijft en zeker niet wanneer hij dan het eigen familie-album
nog eens doorbladert.
Toch lijkt het of het gebeuren in Apel
doorn iets bijzonders is. Ten eerste
komt dat door een regeltje in een pers
bericht, waarin staat dat nog niet eerder
een tentoonstelling over repatriëring is
gepresenteerd. Dit nu is waar, maarniet
waar is - indien men dat tenminste al
zou verwachten - dat de expositie in
Marialust een alles omvattend beeld
geeft van de repatriëring. En ten tweede
is daar het artikel in de N.R.C. van 7
februari jl. met de titel "Sociaal onge
wenst, tentoonstelling over opvang
"Oosterse Nederlanders". Dit artikel is
opruiend geschreven en de vraag die na
lezing ervan overblijft is "wat wil de
NRC-redacteur ermee bereiken?"
Ter gelegenheid van de tentoonstelling
heeft Museum Marialust een 47 pagi
na's tellend boekje uitgegeven onder de
titel "Sporen van een koloniaal verleden".
In deze publikatie worden o.m. passages
geciteerd uiteen scriptie uit 1 988 over
overheidsbeleid ten aanzien van gere-
patrieerden. In die scriptie wordt nog
eens aangehaald dat de Nederlandse
regering bepaald niet zat te springen om
de komst van duizenden Indo-Eropea-
nen. In verschillende ambtelijke nota's
werd bijvoorbeeld uitdrukelijk gesteld
dat "de in Indonesië gewortelden niet in
Nederland thuishoren omdat zij andere
leefgewoonten hebben, een andere
culturele achtergrond en omdat zij
anders van aard zijn." In dit verband
wordt natuurlijk ook de naam van
regeringsadviseur P. H. M. Werner
genoemd, die een onderzoek leidde
naar het "Indo-Europese vraagstuk".
De NRC-redacteur nu heeft deze citaten
uit het boekje geplukt en centraal ge
steld in zijn artikel "Sociaal ongewenst".
Wie dat artikel leest, krijgt de sterke
indruk dat in de jaren vijftig door de
Nederlandse overheid (en ook door het
CCKP) pure racistische theoriën werden
gebotvierd op Indo-Europeanen, iets
dat alsnog tot een reactie noopt.
Hoe waar het ook is dat er een moment
is geweest dat Nederland niet beter
wist te doen dan de stroom repatrianten
proberen in te dammen (en dat inder
daad op discutabele gronden), anno
1 990 heeft het geen enkele zin om
deze zwarte alinea uit een - voor Indo-
Europenan - zeer bewogen hoofdstuk
op te dienen als een op zich zelfstaand
gebeuren dat terug te vinden zou zijn in
de expositie te Apeldoorn.
Het verhaal van het overheidsbeleid
gaat verder. Onder meer is dat terug te
vinden in de in 1 985 verschenen publi
katie van drs. A. Rijsdijk met de titel
"Repatriëring en Opvang van Indische
Nederlanders, departementaal beleid
1945-1 958". Daarin wordt onder meer
gewezen op de grote betekenis van de
instelling op 1 september 1 952 van het
Ministerie van Maatschappelijk Werk
(Moesson 15 mei 1985).
Vooreen goed begrip: ondergetekende
voelt zich niet geroepen om het repa-
triëringsbeleid van Nederland te verde
digen. Integendeel. Het negatieve beeld
dat sommige overheidsdienaren 40 jaar
geleden van Indische Nederlanders
hadden, wordt in de huidige rijkge-
schiedschrijving van dr. L. de Jong nog
steeds heel dik bevestigd. Maar de
NRC-redacteur maakt dezelfde fout als
De Jong: hij schrijft bewust eenzijdig.
Met weglating van veel andere zaken en
ontwikkelingen richt hij zich op één
negatief aspect. Wie dat artikel leest en
niet beter weet of verder zoekt, krijgt als
gevolg van het eenzijdige beeld onlust
gevoelens, hartzeer of in het andere
geval koren op de molen. Men kan er
van alles van krijgen, maar geen goed
beeld, geen goede geschiedschrijving.
Maar dat is juist wél waar we op zitten te
wachten.
R.B.
Museum Marialust is geopend van di.
t/m za. van 10.00 tot 1 7.00 uur, op zo.
van 13.00 tot 1 7.00 uur. Toegang
gratis.
(Vervolg: "Boekhandel Moesson")
De Indonesische tragedie
door J. de Kadt
Treurspel der gemiste kansen
f 34,90, porto f 4,50
Nederlandse Geneeskunde
in de Indische Archipel 1818-1942
f 42,45, porto f 4,50
De Geesten van het Oerwoud
Een odyssee door de jungle van Nieuw-
Guinea, door Tobias Schneebaum
f 34,90, porto f 5,50
Op 27 januari 1990 is na een kortstondige ziekte en toch nog overwacht
thuis in Simi Valley, California USA. overleden mijn lieve man, onze lieve
vader, schoonvader, grootvader en overgrootvader
op de leeftijd van 80 jaar.
De begrafenis heeft op 31 januari j.l. plaats gehad op de Assumption Cemetary
in Simi Valley.
Zoveel soorten van verdriet.
ik noem ze niet.
Maar één. het afstand doen en scheiden;
en niet het snijden doet zo'n pijn.
maar het afgesneden zijn.
M. VASALIS
Simi Valley USA
F. A. R. Rummens-Persijn
Simi Valley USA
Fred en Edmee Elmensdorp
Sharon en Rachel
Camarillo USA
Hans en Sylvie Rummens
Natalie en Daryl
Oosterhout NB-Ned.
Vonny, Loreen, Gitta
Peter, Tessa en Jamie
Rummens en Schmitt
Hever. België
Kees en Rennie Blok
Ritchie en Jeffrey
3