Olaf de Landell
en de Kendie van Cheribon
O
Op 28 april jl. was het een jaar geleden dat Olaf overleed. Hij had Lilian Ducellekort
daarvoor een brief met foto gestuurd en drie dagen voor zijn heengaan nog een
gesprek met mij gehad, door de telefoon, hetgeen heel vaak gebeurde. Olaf is nl. in
Cheribon geboren en ik ben er opgegroeid en zijn vader, dokter Wemmerslager van
Sparwoude, bij afkorting Dr. Wemmer genoemd, had mij genezen van de typhus,
waarvoor ik in het ziekenhuis werd opgenomen, waar ik drie maanden moest
blijven.
Wij woonden vlak tegenover de Kraton
Kesepoehan. Cheribon had een paar
sultanaten, maar Kesepoehan was wel
de belangrijkste. Een van de sultans uit
deze kraton trouwde met een Chinese
prinses. Zij ligt begraven in Goenoeng
Djati in Cheribon en het kwam door
deze Chinese prinses dat Cheribon vol
zat met Chinees porcelein. Dr. Wemmer
slager was arts van de Sultansfamilie
en bij elke bevalling van de Raden Ajoe
van de Sultan kreeg Dr. Wemmer een
kostbaar Chinees artikel cadeau; zo
kreeg hij onder andere een prachtige
antieke blauwe Chinees porseleinen
vaas, die later in Olafs bezit kwam.
Olaf noemde die mooie schenkkan
"kendie". Bij zijn bezoek aan Indonesië
vertelde Olaf de Sultan over deze kost
bare schenkkan en beloofde dat hij die
terug zou geven aan de Kraton omdat
hij vond dat die daar thuishoorde. De
Sultan was diep onder de indruk en zeer
vereerd en dankbaar dat hij de kostbare
porseleinen vaas, die een zilveren stop
had, terug zou krijgen.
Terug in Holland zette Olaf zich weer
aan het schrijven van een streekroman.
Hij vertelde mij dat hij geen kans zag op
korte termijn een reis te maken naar
Indonesië en zijn belofte aan de Sultan
lag hem zwaar op de maag. Maar op een
dag belde hij weer op om te vertellen dat
een kennis naar Indonesië ging en de
kostbare vaas voor Olaf mee zou nemen
om die aan de Sultan af te geven. Ik
vond het heel jammer dat Olaf die niet
zelf kon overhandigen, want dit zou met
heel veel ceremonie gebeuren en dat
kwam Olaf eigenlijk toe. Dat vond hij
ook maar wilde er niet te lang mee
wachten en zo gebeurde dit plechtige
overhandigen door die kennis met heel
veel ceremoniën, toespraken, gamelan-
muziek, enz. terwijl eigenlijk Olaf de
hoofdpersoon behoorde te zijn.
Een paar dagen voor zijn heengaan
hadden wij nog ons laatste telefoon
gesprek. Hij zou mij de video-band
sturen van de ceremonie, en ook een
boek. Helaas, zover kwam het niet. Olaf
kreeg wel een mooie bedankbrief in
de deftige Kraton-Bahasa toegestuurd
van de Sultan, waar hij heel blij mee was
en die hem erg ontroerde. Een afschrift
van die brief stuurde hij mij toe en die
bewaar ik bij de brieven die hij me in de
loop der jaren zond en die een hart
verwarmende herinnering vormen aan
een stadgenoot uit mijn jeugd.
S. W. WITMER-TEGELAAR
(Vervolg: "Onder de Songsong")
van Sultan Cirebon plechtig aan het volk
voorgesteld. De waarborg voor rustige
ontwikkeling, die tevergeefs in de
verheffing van Radja Kanoman gezocht
blijkt te zijn, meent Daendels nu in een
verdere besnoeiing van de macht van
de vorsten te moeten zoeken. Op 2
februari 1809 stelt hij een nieuwe
organisatie van Cirebon vast, waarbij hij
dat gewest zonder omwegen als een
ingelijfde provincie behandeld.
De Sultans behouden hun titel, maar
zullen slechts als ambtenaar beschouwd
worden en het gezag uitoefenen van
gewone regenten. Bij nadere beschik
king van 1 3 maart wordt aan Sultan
Sepuh het zuid-oostelijk deel van het
rijk, aan Sultan Anom het midden deel
en aan Sultan Cirebon het westelijk deel
toegewezen. De hoofdstad Cirebon met
de daaronder behorende rijstvelden
wordt tussen de beide eersten verdeeld.
Op 2 maart 1810 wordt Sultan Cirebon
wederom afgezet, en wordt het oostelijk
deel van zijn gebied tussen de beide
andere Sultans verdeeld, waarmee een
zeer roerig stukje geschiedenis eindigt.
Tijdens het BritseTussenbestuuronder
Raffles komt een definitief einde aan
het bestaan van de sultanaten, de beide
sultans worden in 1 81 3 en 1815 ge
pensioneerd. Dit pensioen gaat op hun
opvolgers over. In hun plaats komen
regenten, waarmee Cirebon in dezelfde
verhouding tot de Indische regering
komt te staan als de overige gouverne-
mentslanden op Java. Afgezien van
enig verzet van de bevolking tegen de
invoering van het Cultuurstelsel in
1 830, wordt de rust sedertdien in het
Cheribonse niet meer verstoord.
Sedertdien is de toestand, wat de vor
stenhuizen betreft, in hoofdzaak onver
anderd geblecen. Nog altijd bestaan de
drie takken, afstammende van S. Sepuh,
S. Anom en S. Cirebon, van het Sultans-
huis, die iedere een eigen kraton be
wonen. Wanneer de sultanswaardigheid
in een der takken openviel, wees de
Indische regering de persoon aan op
wie, met de titel, het beheer der familie
goederen en de zorg voor de familie
betrekkingen overging. Wanneer een
zodanig persoon zich misdroeg of zijn
verplichtingen niet nakwam, kon hij van
titel enz. worden ontzet. Zo werd in
1875 besloten, tot het ontslag van
Sultan Sepoeh IX, doorzijn overlijden in
hetzelfde jaar kwam het besluit echter
niet tot uitvoering.
Meermalen bleef, wegens minderjarig
heid of minder geschiktheid van de
aangewezen opvolger, de sultanswaar
digheid tijdelijk onvervuld. Sedert 1 871
was er in de Anom-tak, sedert 1 810 in
de Cirebon-tak geruime tijd geen sultan.
Het tegenwoordige hoofd van de oudste
tak is Sultan Sepuh XIII.
Voetnoten
1Jumenengan troonsbestijging
2.) Tari Topeng Cirebon Topeng-
dans (maskerdans), die eigen is aan
de kraton van Cirebon en alleen
daar wordt uitgevoerd.
3.) Trisula lans met drie punten,
drietand
4.) Songsong statiepajong
5.) Tunggul wapperend
6.) Naga Koningsslang
10