BRIEVEN H OVER. X A>- M Ketepeng Tjina Klassianen VOOR INDISCHE GOUDEN SIERADEN 0UOErSA,0 G. MERKLE B.V. OPRUIMING VAN GOUD, ZILVER EN JUWELEN. KORTINGEN TOT 50%. SPUI 167a - DEN HAAG Telefoon 070 - 360 48 85 Toevallig heb ik wat zaadjes van de Ketepeng Tjina (zie hetartikel van Netty Selder over de Ketepeng Tjina in Moes son no. 1 7) uitdie zaadlob,zoals volgens tekening. Deze zijn oranje van kleur. Je hebt ook de gele en rode. Ze groeien overal langs de wegen, sloten en erven. In de streek Djombang en elders noemen ze deze kembang Merak-Merakan. Hoe dat komt, misschien omdat op elke bloem lange sprietjes zitten (stamper) precies op de kop zoals een pauw dat ook heeft. De benedenste zaadlob is van de pletèsan of petèsan, zoals wij deze plant noemen. Deze groeien ook overal. Vroeger behoorde die tot on kruid en woekerplant. Toch is deze nu wat zeldzaam gewor den. Als kind nam je zo'n zaadlob even in de mond om nat te maken en dan sprong die uit elkaar (geluid tès) daar vandaan de naam pletèsan. Mw. A. VAN DER STAR Toen ik het verhaal las over "Klassianen" van de hand van D.A.V. in uw uitgave van 15 april j.l., kwamen mij weer herinneringen voor de geest, die ik u graag zou willen vertellen. Toenikin1931 bij het KNIL kwam, was deze strafmethode reeds uit de boeken en werd ze ook niet meer toegepast. Toch werd deze straf, in milder mate wel te verstaan, op het 10e Bataljon nog wèl toegepast. De 1 steCompagnie(deJannencompie) was, wat betreft de huisvesting, ge splitst. De 1 ste en de 2e sectie woon den in het gebouw, waar voorheen de stafmuziek gelegerd was en later ge makshalve "Blok stafmuziek" werd genoemd. De 3e sectie onder comman do van de Sergeant-Majoor Rox in het kampement van het 10e Bat. De redenen van deze splitsing zijn mij niet bekend, wel dat de 3e sectie "klein Ngawi" werd genoemd, omdat daarin alle (de meeste) belhamels van de 1 ste Companie waren ondergebracht. De 7e brigade was nu de z.g. klassianen- brigade. In mijn tijd waren de normale straffen: kwartier-arrest, politiekamer, provoost mét of zonder vermindering van kosten als laatste de detentie gedurende lan gere tijd. De eerst genoemde straffen konden worden verzwaard met een strafexercitie op het heetst van de dag op het Waterloo-plein onder commando van de korporaal van de week. Dat waren natuurlijk de bekende excercitie- verrichtingen, zoals: "looppas", "liggen en opstaan" en handelingen met het geweer "aanaf" en dat onnoemelijk vele malen. naar GEOPEND VAN 9.30-17.00 uur ZATERDAGS geopend tot 16.00 uur WOENSDAGS de gehele dag GESLOTEN Zo gebeurde het op een keer dat ik, als korporaal van de week, ook daarmee werd belast. Tijdens de excercitie kwam de Bataljons-Commandant, op zijn paard gezeten, voorbij. Hij stopteen keek naar de gedragingen. Na gedurende een korte tijd de show te hebben gevolgd, riep hij mij terzijde en vroeg, zich van af zijn paard voorover buigend, op gedempte toon: 'Brigges, moet je me nu eens vertellen wie ze nu tuk hebben met die excercitie, jij of die kerels". Zonder mijn antwoord af te wachten reed hij verder. Zo ging dat toen. JAN VAN HENGST maar wat het leven betreft nog heel erg dom is, op zijn minst een flinke schopte geven. En van de volmaakte Lucia moet je eigenlijk ook genoeg krijgen. En meneer Te Pas zou je inderdaad tegen de muur willen plakken. Theo Joekes (Den Haag, 1 923) is vooral bekend als oud-parlementariër voor de WD. Als auteur van verschillende boe ken (o.a. misdaadverhalen en gedichten bundels) wordt hij in de pers echter genegeerd. Hij is de zoon van de in 1885 in Indië (Boea) geboren A. M. Joekes en E.van Wulfften Palthe, doch ter uit een vooraanstaand Twentse familie. Zijn vader studeerde Rechten in Leiden en vertrok met zijn vrouw in 1911 naar Indië. Dat je als lezer vermoedt dat "Het Vertrek" wellicht biografisch is, is dan alleszins redelijk. Overigens is de sub-titel van het boek "Een reis naar de binnenlanden". Niet de binnenlanden van Borneo of Celebes worden echterdaarmee bedoeld, maar- zegt de auteur desgevraagd - "het bin nenste van het individu". "Why should I" antwoordt hij wanneer ik opper dat de Indo meneer Te Pas ook wat anders uitgebeeld had kunnen worden. Iets "positiever". En ik opper dat omdat meneerTe Pas de enige Indo die in het boek voorkomt, precies vol doet aan het stereotype beeld van een Indo: halfslachtig en nooit direkt, hij ruikt naar knoflook, opschepperig, lange tenen, net niet goed Nederlands spre kend enz. Theo Joekes: "HetVertrek" is een boek, een roman. Fictie! Als u denkt dat het een verhaal is over mijn ouders, dan kunnen we beter niet over literatuur praten. Waarom zou een verhaal altijd biografisch moeten zijn. Meneer Te Pas is ook fictie. Een figuur die in het boek een belangrijke rol speelt. Ik heb hem "gevormd' naar tientallen, zo niet honderden indrukken van anderen èn uit eigen waarnemin gen. Maar hij staat niet model voor DE Indo. Wat had u dan gewild: dat ik ten behoeve van een paar Indo's in het StatenkwartierTe Pas op een schild had geplaatst? Als volgens u de Indo in veel boeken zo stereotype wordt beschreven, dan zal hij grosso modo wel zo zijn. Ik denk dat dat het is wat u hindert. Ik voel me haast een Rushdie maar dan omdat ik de Indo niet naar believen zou hebben beschreven. Als dit een proces zou zijn, zou ik zeggen dat men blij mag zijn dat ik sowieso een Indo ten tonele heb gevoerd. Ik heb geen behoefte om mezelf te verklaren en te verdedigen. Ik heb een roman geschreven en daarvoor had ik één Indo nodig voor een belang rijke rol. Schrijven is entertainment: zorgen dat de lezer enige tijd aange naam, leerzaam en humoristisch kan doorbrengen. Literatuur is er niet om enige persoon of groep te verheffen. Als Indo's behoefte hebben aan goede boeken over Indo's dan moeten zij die zelf schrijven. Why should I." RALPH BOEKHOLT "Het Vertrek" door Theo Joekes. Uitg. Loeb, Amsterdam. 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1990 | | pagina 25