SERGEANT-MAJOOR ROKS
en het 10e Bataljon
Een sectie van de "Jannen" compie van het 10de Bataljon, onder kapitein A. Pik,
legt een vlotbrug over de Tjiliwoeng in het Tangerangse.
De aardige reactie van Jan van Hengst
in Moesson van 1 5 mei jl. bracht me
weer terug naat het tiende "bosje" en
naar de Jannen-compagnie, waar vaak
die pechvogels zaten, die met "rood-
paspoort" naar "negeri koud" werden
teruggestuurd.
Toen ik daar als baroe van het Depot
Bataljon arriveerde, waren alle drie de
secties reeds in de oude (Portugese)
kazerne ondergebracht, ik kwam dus bij
de derde sectie, als keurig nieuw maar
zeer onervaren fuseliertje tussen de
door de wol geverfde en weinig mee
gaande oudere soldaten. De eerste mid
dag toen ik van station Senen, met een
sado naar het kampement was gereden,
en in de gloeiende hitte met koffer en
compieskist de chambree opstapte, lag
alles daar in diepe rust. Ik had me bij de
korporaal van de week gemeld en om
een ligplaats verzocht, wat me slechts
de reactie opleverde: "de derde cham
bree, en je zoekt maar wat!"
Wel, ik vond helemaal niets en voor
zichtig informeren bracht me naar een
soort dump achter de mandikamer. Nu
hadden ze in Batavia niet van die oude
zwarte ijzeren kribben, waar een dikke
strozak op hoorde, maar het waren een
soort buisconstructies, waar een canvas
zeil op werd gespannen,wel moderner
dus.
Ik zocht dus in de dump naar de nodige
onderdelen en sleepte die naar de cham
bree. Het monteren ging helaas niet
zonder geluid en ik was nog geen vijf
minuten bezig of een oudere soldaat
stak zijn kop buiten de klamboe om mij
nadrukkelijk te vragen, of ik als de
sodeeen beetje stil kon zijn. Het
geval kwam toch voor mekaar, maar
rusten mocht ik nog niet, het was intus
sen tijd geworden voor 't middagappèl.
Dus vlug weer gekleed en naar de
appèlplaats, waar de brigadecomman
danten hun boekjes tevoorschijn haal
den om te controleren of iedereen aan
wezig was. De sergeant bleek reeds van
mijn komst te weten, doch wilde alleen
nog mijn naam en stamboeknummer
noteren.
Toen iedereen klaar en netjes gericht
stond, kwam de dienstdoend officier
van de dag uit het compiesbureau om
het rapport af te nemen. Dat nu, was
mijn eerste ontmoeting met sergeant
majoor ROKS (ik dacht dat dit aldus
gespeld moet worden). Hij was een
totok onderofficier, vrij kort van stuk.
met tamelijk rood hoofd en een opval
lend grote neus (later hoorde ik zijn
bijnaam de "neus Roks"). Hij droeg het
riemstel en daaraan de onmisbare kle
wang. Roks was een man van geweldige
autoriteit en een super-discipline-man.
Ze hadden hem niet voor niets op het
10e bosje geplaatst, waar nogal eens een
tikje "te los" werd gewerkt. De brigade
sergeants marcheerden naar voren en
stonden stokstijf terwijl het rapport werd
ingenomen. Daarna brulde Roks "Opde
plaats, rust!" en begon hij met harde
stem de orders voor te lezen. Het zou de
volgende ochtend schieten worden, op
het Soenter-terrein, een soort half-
moeras ergens tussen Kemajoran en
Priok. Natuurlijk hadden ze mij, als
nieuweling, meteen weer tuk, want ik
had schijfcorvée. Dat betekende, datje
een uur vóór de reveille werd gewekt en
met een brigadier en 6 man naar de
Soenter ging om alle schijven gereed te
maken.
Ik zie me daar nog staan toen de troep
op het schietterrein arriveerde, mijn
brigadier en de paar soldaten op één
gelid in de houding. Daar kwamen de
fuseliers, natuurlijk onder Roks leiding.
Zijn dubbele brede gouden strepen
schitterden in de zon en op een afstand
leek het wel op de patjes van de groot
majoor. In de houding van "geeft acht"
was er geen spandrie of fuselier die een
blik links of rechts zou werpen, of Roks
had het opgemerkt en hem een "pas
sende" correctie toegebeten!
Later heb ik nog veel uitrukkende dien
sten onder deze sergeant-majoor mee
gemaakt, onder andere tijdens de regi
mentsoefening naar Tangerang, onder
de oude kolonel Hotz (bijgenaamd Nero!).
Ook al weer zo'n naam, van een streng
maar rechtvaardig officier, waar je als
jong broekje erg tegenop zag. Die oude
tijd is lang voorbij, de "sterren" van het
KNIL, zoals Roks, zijn heengegaan,
maar in onze gedachten schitteren ze
toch nog.
D.A.V.
Aflossing van de kampementswacht
voor het 10de Bataljon door de J avaanse
sergeant en twee fuseliers. De magazij
nen worden gevuld.
28