Planten uit de Tropen
FLAMBOYANT
Delonix - Bosvlam - Poinciana regia
WVk
Familie: Caesalpiniaceae - Christusdoornachtigen
X
Bloeiende Flamboyant met zaaddozen.
ben. Zoals velen in haar familie vouwen
de blaadjes zich 's nachts samen in een
zogenaamde slaaptoestand.
Gewoonlijk verliest de boom in een
droge tijd al haar bladeren en alleen de
grote platte peulen blijven bij dozijnen
een jaar lang aan de breed verspreide
takken hangen. De boom is maar even
kaal om vlug daarna overdekt te worden
met grote trossen rode, oranje of wit
gele bloemen en de zich ontvouwende
heldergroene bladeren. Rond Kerstmis
in de regentijd is de boom in Indonesië
op zijn mooist vind ik. Midden in de
droge tijd hangen er maar enkele bloem
trossen aan. De bloem meet 71/z centi
meter in doorsnee. De bloemen hebben
vijf gegolfde kroonbladen waarvan er
één in kleur en vorm afwijkt, namelijk
geel met rode strepen onderaan en
boven wit met rode strepen. Dat geel
onderaan is het zogenaamde honing-
merk. De overige vier kroonbladen zijn
oranje-rood geaderd. De vier kroon
bladen zijn bovenaan breed, onderaan
héél smal, net een lang smal steeltje. Ze
bezitten tien rode meeldraden, circa 4
centimeter lang, midden in een stamper
waaruit later de lange peul gevormd
wordt. De vijf kelkblaadjes van twee
centimeter lang zijn van onderen geel
groen, bovenop oranje-rood met gele
rand. Ze hangen in trossen van zestien
bloemen bij elkaar aan het eind van de
takken; de lichtgroene bloemsteeltjes
zijn 5V2 centimeter lang en de bijna
ronde bloemknoppen zijn eveneens
lichtgroen. Ze worden door vogels be
vrucht. De kelkblaadjes die onder de
boom liggen raapten wij als kind op en
(lees verder volgende pagina)
Een van de mooiste rijkbloeiende bomen
van Indonesië is zonder twijfel de Flam
boyant.
Ofschoon ze het meest bekend is onder
die naam, is haar echte naam Delonix.
De naam Flamboyant wordt aan meer
dere planten gegeven, maar de Delonix
kreeg de naam Flamboyant het eerste.
Er zijn twee soorten: Delonix regia (konin
klijk) en Delonix elata (hoog).
De Delonix regia komt in Indonesië het
meest voor. De op orchideeën lijkende
grote bloemen zijn hel oranje-rood met
iets wit.
De Delonix elata draagt witte bloemen
die in een later stadium vergelen. Deze
witbloeiende is minder bekend, maar in
India, Arabië en Ethiopië komt ze wel
veel voor. In Puerto Rico is ze de natio
nale bloem van dat land.
In het begin van de negentiende eeuw
werd deze mooie boom ontdekt in het
regenwoud van haar vaderland Mada
gaskar. Ze was zo populair dat ze gauw
overal gekweekt werd in tropische- en
subtropische gebieden waar ze nu ook
in het wild groeit. Er is geen laan, park,
plein of tuin in Indonesië waar ze niette
zien is. Menig kunstschilder heeft de
Delonix op zijn doeken vereeuwigd.
Floe kan het ook anders! Dezeschaduw-
boom met zijn brede platte kroon en
prachtige bloemen, biedt hartverove-
rende tafereeltjes, zoals bijvoorbeeld
een warong (klein eethuisje) onder de
boom met daarbij gezellig etende men
sen, terwijl het ragfijne groene varen
achtige lover als een kantpatroon tegen
de blauwe tropische hemel afsteekt.
De boom kan een lengte bereiken tussen
de tien en vijftien meter. De schors is
bruingrijs en het hout vrij zacht. De
stam scheidt een gomhars af. De dub-
belgeveerde bladeren, dertig tot vijftig
centimeter lang, bestaan uittalrijke klei
ne blaadjes; één uitgegroeid blad kan
800 tot 1000 kleine deelblaadjes heb-
yj
Delonix
rechtsboven: zaad
midden: peul
links: blad en groen
20