Uit de oude Kompenie Kamfer Kist Eigen paradijsjes door J. A. Wormser hem zo diep beledigen als ik kon "JijJij(nooit had ik jij tegen hem gezegd!) jij doet het nog in je broek!" Vader werd vuurrooddraaide zich vlug om, sloeg zich (dit maal op zijn eigen) knieën.... en was opeens ver schrikkelijk verkouden, zo erg moest hij hoesten en proestenen van mijn vriendje hoorde ik later dat hij dit ver haal ook in de soos had rondverteld, "snap jij daar nou iets van?" vroeg m'n vriendje, "misschien lachte-ie wel!" Ja, waarde Moesson-lezers, is het niet zo, dat ook U, terugmijmerend in uw eigen lang-vervlogen tropenjaren zo uw zeer speciale eigen paradijsjes opzoekt? Voor mij zijn dat er zo'n twee, Magelang voor mijn prille jeugd en Bandoeng voor latere jaren. Van mijn zevende tot mijn elfde jaar was het Magelang met zijn grote huizen langs de tram-baan, zijn mooie aloon- aloon en de kostelijke Toko Van Eyk en de soos van de kinder-bal-kostuums. Nu vraag ik mij wel eens af, of de hedendaagse jongelui dat leventje dat wij in de prille jaren van deze eeuw daar in Jan Oost leidden, ook zo zouden genieten als wij en daaraan zouden denken als aan iets heel rijks en moois. Ik tenminste herinner mij drommels Zo was de ontgroening best meegeval len en ik voelde mij daar fijn op mijn plaats, maar mijn introductie in het onderwijssbestand viel wel wat minder gelukkig. Juffrouw Annie Bisschop legde ons uit dat het voorvoegsel "bi"betekende: twee keer en dus biscuit betekende twee keer gebakkenwaarop ik juist iets te luid opmerkte: "en dus betekent bisschop: twee keer geschopt!" wat wel leidde tot een zekere populariteit bij de jeugd, doch niet in de hogere sferen. De Magelangse jeugd was bekend om zijn goede schutters, zowel op de katapult als de windbuks, maar een solide jager ben ik nooit geworden. Wat natuurlijk niet betekende dat ik mijn rol niet meer speelde in het mach tig Indianen-cowboy-gedoe, de catapult losjes bengelend achterin mijn tjelana- monjet. Merkwaardig was wel, dat deze kleine Tjek ook tegenover zijn vader vrijpos tiger werd, hetgeen nogal eens uitliep op het klassieke pak-op-de-broek, stee vast met de slof,dat slappe voet-be- Magelang, de Militaire Sociëteit. aanmerkelijk sneller dan ik op mijn zesde jaar, maar dat pakte anders uit, nu de beroemde bergklimmer zijn slappe sloffen moest uit-schoppen voor ons nummertje hardlopen, waarin ik hem verre de baas wasgewend als ik was om buiten schooltijd altijd op mijn blote kakies te lopen, grind, ja zelfs scherpe doeries ten spijt! Maar, groot tacticus die hij was, drong hij mij in een hoek en meteen bewoog de hand met de slof zich in een vast ritme van lucht op vlees, tot hij mij los liet. Ik draaide mij om, handen provocerend in mijn zijzou goed dat ik pas een fiets kreeg toen ik in Bandoeng naar de H.B.S. ging, en dan was 't nog wel een erfstuk van een oom die toen juist gestorven was, en dan had dat ding niet eens een vernikkeld stuur en ook geen terug-trap remwat een prestige-verlies voor je nieuwe sobats! Want dat steile gras-paadje, het diepe ravijn van de Tjikapoendoeng in, daar had je natuurlijk meer moeite mee dan je kontjos. Nu won ik wel aan prestige toen bleek dat mijn grote witte kakatoe op dat stuur een prachtig houvast had en wie kon er nu met een kakatoe rond Zo omstreeks 1914 moet ik in Magelang naar de school van meneer Stapel ge gaan zijn, ik denk in de tweede klas en ik kreeg een schooltas-met-klep en schou derriemen net als de soldaten, en een sponsedoos die altijd vies rook, een lei en mooie griffels en wandelde de tweede klas in samen met de zoontjes van hogere Javaanse en Hollandse ambte naren, planters uit de omgeving en rijke Chinezen en zo. Fantastisch die veel heid aan nieuwe vrienden die onmid dellijk begonnen mij te ontgroenen, wat zich bepaalde tot een wedstrijd vogel schieten met de katapult en een stevig nummertje kloppen - zo klein als we waren - waarbij ik wel even mijn brilletje mocht afzetten. Nu had ik natuurlijk direkt een nieuw hartsvriendje, dat mij aanraadde de eerste keer snel te verlie zen door "escuus" te prevelen zodra je tegenstander op je nek zat, want zo hoorde dat nou eenmaaleen paar dagen met je vriend te oefenen tot je de zaak letterlijk onder de knie had en dan: eventjes af te rekenen, alles volgens een strenge erecode en zo voelde ik mij dan ook in een mum van tijd echt thuis daarin Midden Java! Ik begon mezelf al een hele Tjek te vinden. kleedsel dat ouders in de middaguren plachten te dragen, een venijnig vuist wapen in de hand van uit hun heilig middagslaapje wakker getreiderde oudersje maakte beter geen slapende Enfin: nu leerde je op de Eerste Europeesche Lagere School, heel merk waardig en in no time, een schat van zogeheten "vieze woorden" die ik in mijn onnozelheid in bijzijn van mijn vader ten toon spreidde, waarop de strenge rechter onmiddellijk de slof trok en mij gelastte voor hem aan te treden voor ples-ples-planderen, waarop ik in paniek de grote tuin in vluchtte. Groot sportman als hij was, liep vader 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1990 | | pagina 10