GOEIE NIP..... INDIVIDUEEL EN GEHEEL VERZORGDE REIZEN INDONESIA SINGAPORE MALAYSIA m NUSA INA REIZEN 4.M Y Vtaaë ma An xiaaT oi$e J NAAR We hadden het geluk een heuvel te kunnen kopen op de hellingen van de Argapoera. Het lag aan drie kanten omgeven door bossen van het Gouvernement. Aan de voorkant keken we over ravijnen en eindeloze vlakten. Suikerrietvelden, sawah's met hier en daar pittoreske desa's tussen bamboebosjes en klapperbomen. En heel ver weg, de blauwe zee. Straat Madoera. Door inheemse toekangs lieten we er een bamboe-pondok op neer zetten, die achteraf omgebouwd zou kunnen worden tot garage of stallen. Voorlopig zou ik er intrekken met de kinderen en hun school om toezicht te houden op de bouw van het vakantiehuis, door Chinese timmerlieden. Al het nodige timmerhout kon ons geleverd worden door het Gouvernement uit de omliggende bossen. Prachtig gevlamd grevillea-hout. Bij de onderhandelingen hadden we de Ja vaanse opzichter leren kennen, Soedibio. Hij kende de streek door en door en stuurde voor de bouw van de pondok een toekang naar ons toe en een metse laar. Hij had ook het toezicht op het verzagen tot planken, zware balken, dakspanten en latten van de stammen. Al het hout moest natuurlijk nog drogen, maar na een jaar stond het huis en waren we de koning te rijk. Dat was in 1 936. Zes jaar later brak de oorlog uit. De houtvester verdwaalde in het Jappenkamp en Sodibio werd aan gewezen als beheerder over de bossen. Intussen was hij - als wij "boven" waren - kind aan huis geweest. Mijn man werd krijgsgevangene, de kinderen en ik bleven buiten de kampen. We hadden wel de onderneming ver laten, met nog andere vaderloze gezin nen om in onze vakantiewoningen het einde van de oorlog af te wachten. Soedibio bleef komen om een kopje koffie te halen als hij in de buurt was. Er was een Japanner op Berme, op een onderneming een kilometer bij ons vandaan. Nishida deed geen vlieg kwaad. Voordat we ons op Berme terug trokken, hadden we een poos op Malang ge woond. En daar had Non, de oudste dochter dysenterie gehad. De dokter had het de kop kunnen indrukken met medicijnen van dokter Doornbos. Die bleken dus toch niet afdoend en het liefst zou ik haar ook nu weer naar Malang gebracht hebben. Al zouden de nodige medicijnen er niet zijn. In ieder geval, dicht bij de dokter. Maar hoe kreeg ik haar bij mijn moeder die daar nog altijd was. Soedibio kwam ook nu weer met de oplossing. "Durft u met Non in onze vrachtauto naar Malang te rijden? Ik smokkel u tussen brandhout onder een zeil de stad binnen; en terug natuurlijk." Tir, onze gewezen chauffeur reed nu voor het Boswezen. Maar door het nieuwe Gezag was het streng verboden dat vrouwen zich in gemotoriseerde voertuigen verplaatsten. Ik waagde het. Het hoofdkantoor van het Boswezen stond pal tegenover het huis waar een goede vriendin van me woonde. Soedi bio zou het zo regelen dat de wagen er met donker aan zou komen en hoefden we alleen maar de straat over te steken, om bij mijn vriendin de nacht door de brengen. De volgende morgen met een dogkar naar mama. Alles liep volgens het plan en een paar dagen later was ik weer thuis. Zonder Non, maar ze was in elk geval in goede handen en vlak bij de dokter. Kort daarop kwam ineens Soedibio weer binnen vallen. Met een Japanner. Hij begon met zich te verontschuldigen. In het Nederlands natuurlijk. De Japanner was zijn hoogste chef, ze waren in de buurt, aan het begin van ons straatje en de chef wilde een kijkje nemen aan het eind, waar ons huis stond. "Ik moést wel, mevrouw, maar dese is heus een goeie Nip, u hoeft niet bang te zijn." De goeie nip kreeg dus ook een kop koffie. De kinderen hielpen de kebon in de groententuin. Hoeveel kinderen er waren, informeerde mijn nieuwe gast. Hij zag er vier. 'Lima', vertelde Soedibio, maar de oudste was bij haar oma in Malang omdat ze ziek was en hier geen dokter was. "Obat tidah ada", voegde hij er nog aan toe. Geen medicijnen. Soesah'kasoesahmompelde Nippon zachtjes voor zich uit. Toen tegen mij in goed Maleis: "Schrijf haar maar een brief, die wil ik graag voor u brengen." Of dié haar beter zou maken. Een Ja panner op mijn kind afsturen, stel je voor. Ik probeerde het zo netjes mogelijk af te wimpelen, maar hij bleef door drammen. "Betoel, betoel", hij wist toch dat er geen brieven over de post verzonden konden worden en het zou zo prettig zijn voor het meisje om een brief te krijgen van haar eigen moeder. Kortom, ik kwam er niet onder uit, zonder hem op z'n tenen te trappen. Dus schreef ik. Wat Soedibio hem op hun rit naar Malang nog meer vertelde weet ik niet. Ook wat er gebeurde met mijn brief hoorde ik pas een maand later. Toen Non me een briefkaart stuurde waarop drie woorden: "Saja boléh poelang." Ze mocht naar huis. Ik haalde haar en we kwamen terug op dezelfde manier als de heenreis onder een zeil, zonder brandhout, wel andere rommel. Non was bij een vriendinnetje toen de Japanner de brief kwam afgeven. Hij gaf mama ook nog een pakje, vertelde dat hij mij op Berme had ontmoet en was na een groet weg gegaan. En welk meisje zou bij thuiskomst niet eerst het pakje open gemaakt hebben en dan pas de brief? De inhoud? Een plat doosje met tien ampullen emetine. De obat die ze nodig had. Ik wist zijn naam niet, zag hem één keer. Zou hem een tweede keer niet eens herkend hebbenMaar nooit meer heb ik getwijfeld aan het bestaan van ook 'goeie' Japanners PLANTERSVROUW NUSA INA is specialist in reizen op maat en deskundig advies -»>« voor betaalbare prijzen. TUI All AMH NUSA INA staat voor kwaliteit, privacy en betrouwbaarheid. I IMI LMItl 1/ Ontdek Indonesia en het verre oosten met uw eigen gezelschap, in uw eigen tempo en volgens uw eigen wensen. Maak telefonisch een afspraak voor een vrijblijvend advies. Of bel vandaag nog en vraag onze uitgebreide folder '90-'91 aan. Laan van Meerdervoort 326 A 2563 AM Den Haag Tel. 070 - 363 39 23 .ARANtlEfONOS RrSGElDES 24

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1990 | | pagina 28