Bij de luisterrijke viering van het 40-jarige regeringsjubileum van Koningin
Wilhelmina in sept. 1938 werd Ned.-lndië door een aantal vorsten en hun
familieleden vertegenwoordigd. Op de tribune ter gelegenheid van de op 29 aug.
gehouden wapenschouw van het Nederlandse leger in Den Haag op de voorste rij
v.l.n.r.: de sultan van Deli, de sultan en de sultane van Langkat, de sultane en de
sultan van Pontianak, de sultan van Boeloengan. Op de tweede rij achter de
sultane van Langkat, Pangeran Hangabei van Soerakarta (de latere Pakoe
Boewono XI) en gemalin, rechts achter de sultan van Boeloengan, Pangeran
Hangabei van Jogja, rechts achter deze op de derde rij Tengkoe Amiroedin, zoon
van de sultan van Deli. Op de derde rij links achter P.Hangabei van Soerakarta,
Tengkoe Otteman, kroonprins van Deli en naast deze Pangeran Adipati, zoon van
de sultan van Pontianak.
Wat was de reden dat - in tegenstelling
bijvoorbeeld tot de veelvuldige bezoeken
die de leden van het Engelse konings
huis aan het toenmalige Brits-lndië
brachten - het Oranjehuis zo lang verstek
liet gaan in het belangrijkste overzeese
gebiedsdeel? Vooral in de 20e eeuw,
met de moderne mogelijkheden tot rei
zen, zou een dergelijk bezoek op geen
enkel bezwaar hebben gestuit.
Men kan speculeren over de vraag, of
de staatsrechtelijke band tussen Neder
land en Indonesië in een of andere vorm
was blijven voortbestaan bij een nauwer
persoonlijk contact tussen Indië en het
koningshuis. In ieder geval is India,
nadat het in 1 947 onafhankelijk was
geworden en hoewel het in 1950 na
enige jaren de status van Dominion te
hebben gehad, de republikeinse staats
vorm had aangenomen, lid gebleven
van het Britse Gemenebest.2)
Van een koninklijk bezoek aan Ned.-
lndië is echter nooit iets gekomen. Een
van de redenen hiervan was wel de
overweging, dat geruime tijd Prinses
Juliana de enige grondwettelijke
troonopvolger was3) en men het daarom
te riskant achtte haar deze reis te laten
ondernemen. In zijn memoires vertelt
Jhr. De Jonge hoe de audiëntie bij de
Koningin verliep, die hem werd ver
leend voordat hij in 1931 het ambt van
G.G. aanvaardde. Toen De Jonge voor
stelde, Prinses Juliana een studiereis
naar Indië te laten maken, werd dit door
de Koningin afgewezen. De G.G. be
treurde dit, daar hij ervan overtuigd
was, dat eenzelfde goede gelegenheid
zich niet meer zou voordoen. De loop
der gebeurtenissen heeft hem in het
gelijkgesteld. Van koningin Wilhelmina
was bekend dat zij opzag tegen het
verblijf in een warm klimaat en dat dit
haar van een bezoek afhield.
Nadat Nederland in 1 940 door Duits
land was bezet is er nog korte tijd
sprake van geweest dat Koningin en
ministers zich in Ned.-lndië zouden
vestigen, dat door de bezetting van het
moederland tot het voornaamste rijks-
eel was uitgegroeid. De Indische
regering had echter bedenkingen tegen
de komst van het Nederlands kabinet
en de Koningin gaf er de voorkeur aan,
in de nabijheid te blijven van het bezette
Nederland.
Pas in 1 971 brachten Koningin Juliana
en Prins Bernhard (die het jaar daarvoor
een informeel bezoek had gebracht)
een staatsbezoek aan het inmiddels
twee decennia onafhankelijke Indo
nesië.
Indische vorsten in Nederland
Een gelegenheid, waarbij de speciale
band tussen Oranje en het oude Indië
zich manifesteerde, was de inhuldiging
van koningin Wilhelmina in sept. 1 898.
In Indië zelf werden talrijke festiviteiten
georganiseerd. Daarnaast vertegen
woordigden een aantal Indische vorsten
Indië bij de plechtige inhuldiging in de
Nieuwe Kerk in Amsterdam: sultan
Sjarif Hasjim Abdoel Djalil Saifoedin
van Siak, twee zoons van de sultan van
Koeteien Pangeran Ario Mataramvan
Soerakarta, schoonzoon en neef van de
Soesoehoenan. De sultan van Siak had
speciaal voor deze gelegenheid een
schitterend met goud- en zilverdraad
bestikt uniform laten maken en reed op
een wit paard in de inhuldigingsstoet
mee. Hij bood de jonge koningin een
wel zeer bijzonder geschenk aan, een
olifantstand in goud gevat.
Bij latere hoogtijdagen van het Oranje
huis kwamen eveneens delegaties van
Indische vorsten uit verschillende
delen van de archipel naar Nederland
om feestelijkheden bij te wonen en hun
gelukwensen aan te bieden, zoals bij
het huwelijk van Prinses Juliana en
Prins Bernhard in 1 937, het40-jarig en
het gouden regeringsjubileum van
Koningin Wilhelmina in resp. 1 938 en
1948 en de inhuldiging van koningin
Juliana in 1 948. Ook bij de inhuldiging
van Koningin Beatrix in 1 980 waren
vertegenwoordigers van Midden-Ja
vaanse vorstenhuizen aanwezig.
Op 31 januari a.s. hoopt Koningin
Beatrix haar 53e verjaardag te vieren.
Ter gelegenheid hiervan biedt Moesson,
trouw aan de Indische Oranje traditie,
Hare Majesteit haar hartelijke geluk
wensen aan, en spreken wij de hoop uit,
dat haar regering nog vele jaren het
Koninkrijk der Nederlanden ten zegen
mag zijn.
Literatuur
Verhandelingen en Berigten betrek
kelijk het Zeewezen en de Zeevaart
kunde, deel VII, 1847, - Verslag van
de reis van Prins Hendrik naar Ned.-
lndië, door Jhr. J.P. Cornets de Groot,
algemeen secretaris van het Gouverne
ment.
Toontje Poland - W.A. van Rees
Herinneringen van Jhr. B.C. de Jonge
Juliana en Bernhard in Indonesië -
J.P.M. van Elswijk, F. de Jong en H.F.
van Loon.
Noten
Na de souvereiniteistoverdracht
maakte Indonesië niet langerdeel uit
van het Koninkrijk der Nederlanden.
Volgens Hoofdstuk XIV van de
Grondwet van 1948 zou de Koningin
de Kroon dragen van de te vormen
Ned.-lndonesische Unie. Aan deze
Unie, die nooit een levende werke
lijkheid is geworden, kwam een einde
door de eenzijdige opzegging van
Indonesië.
2) Nadat de East India Company na de
Sepoy opstand in 1858 was opge
heven, werd India onder direkt gezag
van de Britse Kroon gesteld. In 1 877
werd Koningin Victoria tot Keizerin
van India geproclameerd, welke titel
op haar opvolgers overging. Haar
kleinzoon George V werd in 1911
in Delhi, waar hij werd gehuldigd door
de Indiasche vorsten, tijdens een
indrukwekkende plechtigheid ge
kroond tot Keizer van India.
10