Teleac: Indonesiëtaal en cultuur
Najaar 1 990 is Teleac van start gegaan met een cursus over de Indonesische taal
en cultuur. Voor het eerst sinds tijden komt Indonesië weer op zo'n grote schaal in
de aandacht, zij het dan op de late maandagavond. Het is de tweede keer dat Teleac
een taalcursus presenteert over een niet-westerse taal. De cursus is in nauwe
samenwerking gemaakt met deskundigen van het Tropeninstituut te Amsterdam,
de Universiteit van Amsterdam en van het KITLV uit Leiden. Aan de gehele cursus
hebben meer dan veertig mensen meegewerkt.
Het organiseren van de cursus Indo
nesisch (voor sommige Nederlanders
immers een wat exotische cursus) leek
lange tijd een groot risico, maar nu
Indonesië een belangrijk vakantieland
is en er op tal van terreinen de interesse
voor land en volk toeneemt, leek het
moment daar.
Ook zal warschijnlijk niet zijn vergeten
dat een kleine tweehonderdduizend
Nederlanders nog zelf in dat land
(Vervolg: "Het Rode Kruis")
volledige voor- en achternaam van de
gezochte bevatten, alsmede zijn of haar
geboortedatum en -plaats en als het
kan de laatst bekende woonplaats.
Met die gegevens ga ik dan zoe
ken. Wanneer de persoon in kwestie
gevonden is, dan val ik hem of haar niet
rauw op het dak, maar dan is sprake van
de nodige omzichtigheid. Bijvoorbeeld
door het benaderen buitenshuis, de
eerste contacten via maatschapppelijk
werkers enz.
Mensen in Indonesië die iemand zoeken
in Nederland moeten hun verzoek om
opsporing doen via het Indonesische
Rode Kruis in Jakarta. Die zend het
verzoek dan door. Omgekeerd gaan de
verzoeken om opsporing in Indonesië
ook via Jakarta. Relatief komt dit laatste
weinig voor.
De kosten voor een opsporing zijn érg
laag: vijftig gulden. Eventueel kunnen
daar wat extra kosten bij komen. Ja, het
is mooi werk, vooral als je succes hebt
en er een hereniging plaatsvindt. Maar
voor de goede orde: wij zoeken alleen
voor serieuze gevallen. Niet voor iemand
die het wel leuk zou vinden omHet
Indisch archief dat wij hier hebben en
dat voornamelijk is opgebouwd in de
Tweede Wereldoorlogen de jaren daar
na is dan ook niet vrij toegankelijk. Er
moet zogezegd een humanitaire reden
zijn die een opsporing rechtvaardigt:
een kind dat zijn ouder(s) zoekt of
omgekeerd, iemand die een enige
bloedverwant zoekt, een oorlogsgetrof
fene die al dringend een oud-kamp-
genoot nodig heeft. Zulke gevallen."
R.B.
Voor meer informatie kan men zich
wenden tot:
Het Nederlandse Rode Kruis
Mevr. H. Ravelli
Postbus 281 20
2502 KC Den Haag
geboren zijn en derhalve toch geen
onbelangrijke doelgroep vormen.
Nadat de succesvolle cursus Chinees
(Ni Hao) in 1986, die ruim 15.000
belangstellenden trok, durfde Teleac
het aan. Ofschoon het aantal deelnemers
aan de cursus "Indonesië, taal en cul
tuur" iets lager ligt dan bij Ni Hao, is
men toch tevreden.
Het aantal kijkers dat de televisielessen
volgt, is ongetwijfeld een stuk hoger.
Ook bij Teleac is men nogal teleurgesteld
over het feit dat men van de NOS niet op
een vroeger tijdstip mag uitzenden
omdat dan het aantal deelnemers ver
moedelijk veel hoger zou zijn geweest.
Eigenlijk is de late programmering dan
ook het enige minpunt van de cursus.
De televisielessen worden gepresen
teerd door twee sympathieke en ent
housiaste presentatoren, Maureen Pat-
tiruhu en Peet Hoffmans. Maureen
Pattiruhu 1 964) heeft in Leiden Indo
nesisch gestudeerd, geeft cursussen
Indonesisch op de volksuniversiteit en
is hoofdredactrice van de Moluks-Am-
sterdams radio-omroep ORAS.
Peet Hoffmans (1 955) is klassiek his
toricus en archeoloog van Zuidoost Azië.
Ook leidt hij reizen naar de archipel en
heeft mede daardoor grote kennis van
het land en haar bewoners. Beiden
wijzen ons op de vele ins en outs van
het modern Indonesisch en vertellen
over typisch Indonesische zaken.
Voor mij was het bijvoorbeeld een eye-
opener te horen dat het simpele woordje
"pasar" is afgeleid van het arabische
"bazaar". En zo zijn er vele leuke we
tenswaardigheden! Iedere uitzending
duurt vijfenveertig minuten en bestaat
uit een kwartier taalonderwijs en uit een
half uur cultuur van Indonesië.
Voor de hele cursus is steeds van belang
eerst goed te leren luisteren naar het
Indonesisch om pas daarna het spreken
aan te leren. Het accent in de taal
verwerving ligt op de gewone spreek
taal. Op kranten-, boeken- en stadhuis
taal Indonesisch (dat veel moeilijker is)
wil men dan ook niet te veel ingaan.
Het cultuurgedeelte wordt gevormd
door interviews in Indonesië die in de
zomer van 1 990 werden opgenomen
en gepresenteerd worden door Kartika
Indriani. Zij voert de kijker mee in ge
sprekken met een zestal hoofdfiguren,
waaronder de Batakse natuurkunde-
leraar Batara Hutagalung, het Jakartaan-
se scholiertje Budi en de oude mevrouw
Warsih uit midden Java.
Hoewel deze hoofdfiguren allen acteurs
zijn krijg je toch heel aardig een correct
beeld van hun leefwereld in het heden
daagse Indonesië. Voor mensen die het
Maleis van vroeger nog beheersen, zul
len juist Kartika's gesprekken extra aar
dig zijn, omdat zij kunnen vergelijken.
Hierdoor is de cursus ook voor meer
gevorderden interessant.
Naast de radio- en televisielessen is er
ander, belangrijk cursusmateriaal dat
ook afzonderlijk gebruikt kan worden.
Allereerst is er het taalboek van 400
pagina's en een zestal cassettes met 24
lessen die samen f 175,- kosten. Aan
sluitend kan een cultuurboek worden
aangeschaft dat 320 bladzijden telt en
f 75,- kost. Samen kost de cursus
"Indonesië taal en cultuur dus f 250,-.
Dat lijkt veel geld, maar de deelnemer
krijgt dan wel waardevol studiemate
riaal dat ook later zeer goed te ge
bruiken is, omdat het ook zonder de
radio- en televisielessen een overzich
telijk geheel vormt. Ook kunnen vanaf
medio 1 991 bij de Teleac video-casset
tes met televisielessen en de geluids
cassettes van de radio-uitzendingen
worden besteld.
Nog even iets over het cursusboek. Het
boek leest prettig, maar bevat toch wel
enige dingen die de wenkbrauwen doen
fronsen. Zo wordt medegedeeld dat
Indonesië op 15 augustus 1950 tot
een eenheidsstaat werd uitgeroepen,
terwijl dat pas twee dagen later ge
beurde en wordt 1958 als het jaar
genoemd waarin het tot een volledige
breuk tussen Indonesië en Nederland
kwam. Dit jaar lijkt nogal willekeurig
gezien het feit dat reeds in 1955 de
Nederlands-Indonesische Unie eenzij
dig werd opgezegd, al in de roerige
november/december maanden van
1 957 van enige goede verstandhouding
weinig over was, doch pas in 1960
uiteindelijk alle betrekkingen verbroken
werden. Een andere eigenaardigheid in
het boek betreft het spellen van de
naam van Soekarno als Sukarno, terwijl
deze toch bepaald niet onbekende
figuur zijn naam nooit veranderd heeft.
Maar dat zijn detailpunten.
Het cultuurboek vertelt ons dat het
aantal mensen in Indonesië dat nog
Nederlands spreekt minder dan een
miljoen is. Dat komt vooral doordat
vandaag de dag ruim driekwart van de
bevolking na 1950 geboren is en het
overige kwart slechts ten dele Neder
lands heeft geleerd.
Hoeveel Nederlanders zijn er nu in
Nederland, die zich nog redelijk in het
Indonesisch of Maleis verstaanbaar
kunnen maken? Daar ben ik zeer be
nieuwd naar.
Wie meer wil weten over de cursus
"Indonesië, taal en cultuur" kan zich
wenden tot:
Stichting Teleac, Jaarbeursplein 1 5,
Postbus 241 4, 3500 GK Utrecht
Tel.030 - 956 250
RICHARD VOORNEMAN
5