GEZIEN .VV- Mqdlmdfieamii (I) "My Blue Heaven" is een Nederlandse speelfilm geregisseerd door Ronald Beer (Bogor, 1 946). Geacteerd wordt o.m. door Bo Boljoh, Riem de Wolff, Leen Jongewaard, Ivon Pelasula en Koen Wauters (foto). Het verhaal is dat van het Indische gezin Benoit dat een In disch restaurant begint en daardoor in conflict komt met een patatboer en zijn vrienden. Wat mij betreft een zeven voor deze film, niet in de laatste plaats vanwege de prestaties van de Indische cast. Goed fout in de film is natuurlijk dat het verhaal zich begin jaren '60 afspeelt en dat is ruim 10 jaar te laat. En de Neder landers zijn wel erg naïef eenzijdig uit gebeeld, maar ook "My blue heaven" is maar gewoon 'n film en ik heb toch al nooit ingezien waarom een speelfilm per definitie moet leiden tot (quasi) intellectueel gepraat en geschrijf. Overigens leent de geschiedenis van Indische mensen zich natuurlijk wel voor een hele hoop films. Indo's die zo van de boot in een bus worden gestopt en gedumpt in Sneek om daar aan een nieuw leven te beginnen, zou bijvoor beeld een thema kunnen zijn voor een serieuzer verhaal. Maarzozijn ertalloze verhalen te verzinnen, voorlopig is er alleen "My blue heaven", een film die de (film)geschiedenis in zal gaan als eerste Indische film en niet meer dat dat. R.B. (H) De film "My blue heaven" bekeek ik met belangstelling. Het verhaal was boeiend en de film was met warmte en liefde gemaakt. De Indische familie Benoit is herkenbaar in zijn bescheiden heid en hoffelijkheid, in zijn aanpas singsvermogen en zijn arbeidlust en in de lieftallige ingetogenheid van moeder en dochters. Desondanks vindt ik "My Blue Heaven" geen goede film. Er zijn om te beginnen wat details, die mij storen. Het is ridicuul om te suggereren dat men in het Nederland van 1 962 met grote afstand en verwondering, en soms zelfs met tegenzin, zou aankijken tegen het fenomeen van een Indisch restaurant en het daar geserveerde voedsel. In de voorgaande twaalf jaar zijn er dan reeds meer dan 100.000 Indische Nederlanders naar Nederland gerepatrieerd en het proces van inte gratie en acceptatie heeft reeds goed deels zijn beslag gevonden. Ik vind het niet waarschijnlijk dat een Indische familie als de familie Benoit, kennelijk afkomstig uit een sober maat schappelijk milieu, een perfect en ab soluut accentloos Nederlands spreekt, zomin als ik mij kan vinden in de sug gestiedat Indische mensen onder elkaar weieens in het Indonesisch zouden converseren. In de film wordt verder een niet gering aantal misdrijven ge pleegd. Mensen worden mishandeld, auto's en winkelpuien worden in elkaar geramd en tenslotte tracht men zelfs de oudste dochter en haar Hollandse vriend te vermoorden. Dat alles gebeurt, zonder dat de politie er ook maar één enkele keer aan te pas komt en ook de familie Benoit stapt aan het eind van de film - eind goed, al goed - luchtig over al deze incidenten heen. Meer fundamenteel is echter mijn kritiek op de visie van de regisseur, de heer Ronald Beer, op de Hollandse gemeen schap. Onbeschoft, handtastelijk, ge welddadig, zelfs moordzuchtig, racis tisch en heftig discriminerend tegen over de Indische gemeenschap in Ne derland, in de figuur van de familie Benoit. Dat beeld is vals. Niet omdat er geen Indische mensen zijn geweest, die in Nederland wel eens, en soms zelfs vaak en schrijnend, geconfronteerd zijn geweest met onbeschofte vooroordelen, afwijzingen en neerbuigend gedrag. De film suggereert echter dat zo'n hou ding bij de Hollandse bevolking ge meengoed was. Dat is onjuist, mislei- 18

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1991 | | pagina 22