POIKRIE'S
PERIKELEN
k,
Verlaat
verjaardagscadeau
Met NECTAR-essence:
Ik weet nog goed, hoe vreemd het mij te
moede was toen die onbekende oom en
tante mij mijn verjaardagscadeau kwa
men overhandigen. Ik snapte er niks
van, want mijn verjaardag was allang
voorbij en alle cadeautjes waren ook
allang opgegeten of kapot gemaakt. Het
laatste natuurlijk niet expres. Bovendien
overviel mij die overhandiging op het
slaapverwekkende middaguur en waren
Pa en Ma niet thuis om mij bij te staan.
Op de voor ons huis langs lopende
Matramanweg was bijna geen verkeer.
Een hoogstenkele dogkar kwam traag
langs gesukkeld en aan de overkant had
een eslilin-verkoper zich onder een
asemboom neergezet om zijn vermoeide
kuiten enige rust te gunnen. Het was
bloedheet en ik zat zomaar wat voor mij
uit te staren. Mijn goed vier jaar oude
hersenen werden ook nog niet geteisterd
door schoolproblemen, dus was er
eigenlijk niets aan de hand. Plotseling
stopte echter een in mijn ogen reus
achtige automobiel bij het lage, wit
geverfde poortje voor ons huis. Een
beetje verrast, omdat bekenden altijd
per fiets, dogcar of hooguit per
Opelet reisden,zag ik hoe de kornak
afstapte en galant de achterportieren
opende voor een indrukwekkend echt
paar. Eerst stapte de mevrouw uit. Zij
leek wel een koningin.
Op heur geonduleerde haar prijkte een
pajongachtige hoed met allerlei veren
en bloemen erop en haar handen waren
tot aan de ellebogen gestoken in spier
witte handschoenen. Haar japon was
eveneens spierwit. Die moest zij trou
wens met twee vingers van één hand
iets oplichten, anders had de onderkant
door het stof gesleept. De meneer, die
aan de andere kant uitstapte en om de
auto heen kwam gewandeld, zag er
ronduit angstwekkend uit. Hij was veel
groter dan Pa en had de omvang van
een tambour-maitre. In de schaduw van
zijn borstelige wenkbrauwen en rand
van zijn witte gangsterhoed fonkelden
een paar helblauwe ogen en onder zijn
aubergine-kleurige neus hing een im
mense rossige snor van het model kar
bouwenhorens. Gelukkig glimlachten
beiden toen zij mijn nietige figuur op de
bovenste trede van de trap ontwaarden.
Bij hem was dat door die snor nauwelijks
te zien, maar in ieder geval kwamen zij
het erf op en liepen recht op mij af. De
mevrouw trippelde voor de meneer uit.
Nadat zij gracieus de traptreden had
genomen, strekte zij enthousiast haar
armen naar mij uit en drukte mij aan
haar boezem. Ze rook best lekker. Na
een paar knuffels, die mij geruststelden
maar ook half verstikten, feliciteerde zij
mij kirrend en voegde er aan toe dat zij
tante zusofzo was. Nog nooit van ge
hoord. Toen was de meneer aan de
beurt. Niet geheel zonder moeite boog
hij zich naar mij over en bracht zijn grote
gezicht vlak bij het mijne. Ik zag toen tot
mijn verbijstering, dat zelfs zijn neus
gaten vol rode haren zaten. Het onweer
dat ik toen hoorde moeten zijn felicita
ties zijn geweest. Toch bleek hij wel
aardig, want hij hielp mij bij het openen
van het grote pak dat hij bij zich had en
was zelfs zo vriendelijk om het mecha
niek op te winden van de grote speel
goedauto die daaruit tevoorschijn kwam.
Klaar met opwinden, zette hij het ge
vaarte neer en liet hem los. Het ding
raasde als een bliksemschicht over de
voorgalerij, maar omdat er nogal wat
bloempotten, stoel- en tafelpoten
waren, volgde hij dezelfde ongewisse
route van de verchroomde knikker van
een flipperautomaat. De onbekende me
neer, of oom vond dat niet erg. H ij lachte
bulderend en zei, dat die auto wel tegen
een stootje kon. Alle potten en poten
schenen hem niet te interesseren.
Toen zij na een poosje opstapten, was
het weer raak. De tante zei, dat ik Pa en
Ma de groeten moest doen en prangde
mij ten afscheid nog eens aan haar
welriekende boezem. De oom vond dat
ik een grote knul was. Met een van zijn
kolenschoppen gaf hij mij een joviale
aai over het hoofd die mij deed suize
bollen en ging toen achter zijn vrouw
aan naar de auto. Na hen beleefd, maar
ook een beetje opgelucht te hebben
uitgezwaaid, kon ik mijn verjaardags
cadeau eindelijk aan een nader tech
nisch onderzoek onderwerpen. Het ding
was werkelijk geweldig. Als je aan het
stuurwieltje draaide, bewogen de voor
wielen heen en weer. De vier deurtjes
konden open en dicht en als je een
beetje voorzichtig deed, kon je op het
dak zitten zonder dat het noemens
waardig kraakte. Griezelig mooi was
ook het geluid datje hoorde, wanneer je
het mechaniek tegen de vereiste draai
richting in opwond. Net als een sirene.
Toen Pa en Ma thuiskwamen hadden
mijn experimentele proeven al zoveel
vruchten afgeworpen, dat de opwind-
veer in grote bogen onder de bodem
uitstak en het dak in kreukels lag. De
wielen lagen verspreid over de trap
treden. Pa dacht, dat het niet zozeer aan
het trap-af-rijden had gelegen dan wel
aan de vracht die de auto daarbij had
moeten torsen. Op zo'n ding ga je niet
zitten, daar is hij niet voor. Ik heb hem
toen nog wel verteld, hoe die oom met
die auto tegen bloempotten, stoel- en
tafelpoten tekeer was gegaan en ge
probeerd uit te leggen, dat het ding wel
tegen een stootje kon, maar het hielp
niks. Gelijk of geen gelijk, tegen je vader
leg je als vierjarige altijd het loodje. Daar
moest je toen al mee leren leven.
Wie die oom en tante precies waren, is
trouwens een raadsel gebleven. Pa en
Ma hebben daar lang over zitten dub
ben, maar ze konden hen niet thuis
brengen. Misschien waren het gewoon
een paar vreemden, die zich door de
middaghitte in het adres hadden vergist.
In dat geval jammer voor degene voor
wie die grote auto wérkelijk bestemd
was. Al was hij dan niet zo sterk als de
zogenaamde oom beweerde.
Al zestig jaar geleden echt gebeurd
deze. Ik kan het mij nog feilloos herin
neren. Vooral die rode neusharen. En
die boezem natuurlijk.
NECTAR) A
QEDEPONÖERD
Zilveren Medaille Den Haag 1885
Luik 1902
Gouden Medaille Den Haag 1913
maakt U voordelig uw ROZENSTROOP
sorbets, gebak en zeer fijne likeuren I
Nu ook levensmiddelen kleurstoffen:
rood, geel, groen, oranje, blauw en bruin.
Vraag gratis receptenboekje bij uw Toko,
drogist of Pharm. fabriek "Phytol" - Afdeling
Nectar essence. Wagenstraat 129, Den Haag
13