(II) KOMEDIE STOMBOEL if Ik OhMdWi Opera door A. TH. MANUSAMA DE VERDERE ONTWIKKELING EN INRICHTING Van de school van Mahieu verkreeg men na verloop van tijd vele goede acteurs en actrices waarvan sommigen als navolgers gedurende het leven nog van hun leermeester zelf een eigen troep organiseerden en verschillende plaatsen van den archipel bezochten. Deze personen zijn onder anderen de heer R.Ch. Hoogeveen en zijn echtge- noote mevrouw M. Hoogeveen-Oord en de heeren W.F. Hunter en P.W.F. Cramer, die gedurende vele jaren zich aan het onderwerpelijke tooneelspel hebben gewijd en zeer populair zijn bij het publiek hier te lande. Ofschoon in den grond der zaak het zelfde, heeft na verloop van jaren het werk van Mahieu toch vele verander ingen ondergaan. Waar er in den aan vang hoofdzakelijk werd gewerkt met Indo-Europeesche krachten - behalve dan met eenige uitzonderingen in het orkest en van eenige figuranten - zoo werden van lieverlede ook Inlandsche - en zelfs Indo-Chineesche spelers en speelsters in deze opera opgenomen, wier prestaties ook gewaardeerd kun nen worden. Thans heeft men gezelschappen geheel en al gevormd door Inlandscheartisten. Er spelen momenteel hier te Batavia en Meester-Cornelis drie van zulke kome- die's, namelijk in het Sirene-, Gambir-, en Uni park, terwijl de Tjap-go-meh- feesten der Chineezen hier ter plaatse ook worden opgeluisterd met rond trekkende "Komedie's Stamboel", die - zonder tent - tegen betaling openlucht voorstellingen geven vóór de Chinee- sche woningen. Bij de tegenwoordige "Komedie's Stam boel" worden gewoontelijk de "tableaux- vivants" gesupprimeerd en krijgt men daarvoor in de plaats zoo nu en dan bij wijze van intermezzo's eenige moderne kunstdansen te zien als: tango, fox-trot, one-step, cakewalk en dergelijke.Ook heeft men andere tooneelstukken op het repertoire gebracht, die aan het werkelijke leven zijn ontleend, zooals onderandere Njai Dasima en OeyTam Bah Sia twee realistische liefdes-dra ma's, die zich in vroegere jaren te Batavia hadden afgespeeld; Si Tjonat, een his torisch rooversverhaal uit de omme landen van Batavia, enz. Ja, zelfs durft men stukken uit Europeesche opera's en operette's ten tooneele te brengen zoals Hamlet, de Koopman van Venetië (Soeatoe saudagar dari Venetië), De bruid daarboven (Penganten die Sorga) van Multatuli en dergelijke. Verder wordt het ensemble niet altijd "Komedie Stamboel" genoemd, doch wordt het verschillende namen toege kend naar de inzichten zelf van den ondernemer, zooals onder andere de benaming "Vergeet-me-niet" (in vroe gere jaren van een troep uit Soerabaia), "Komedie Opera Stamboel", "Opera Permata Stamboel", Stamboel-gezel- schap "Eendracht-maakt-macht", Indo's Komedie Vereeniging, "De Eendracht", Opera- en Tooneelgezelschap "Wilhel- mina", Opera "Sinar-Bintang-Hindia", "Opera Bangsawan", Komedie "Indra Bangsawan" of kortheidshalve "Bang sawan", welke laatste benaming thans algemeen in gebruik is voorzulke kome die's. Tegenwoordig heeft men verschillende impressario's, die met deze soort opera's door geheel Indië rondtrekken. Bij de "Komedie Stamboel" of "Bang sawan" kan de regisseur - op enkele uitzonderingen na - de verschilende rolvervullingen constant opdragen aan vaste acteurs en actrice's. De aard van het grootste gedeelte der op te voeren stukken toch, die - zooals gezegd - het Oostersche leven weer geeft, brengt mee, dat men bijna altijd te maken heeft met dezelfde scènes, natuurlijk met eenige wijziging der de- clamatie's en gezangen. Zóó heeft men vaste personen, die gedurig optreden als: Koningen en Koninginnen (radja - permaisoeri), prinsen en prinsessen (poetra en poetri), viziers, ministers en rijksbestierders (wasir - mantri), de legeraanvoerders en voorvechters (pe- hulawan), nimfen, feeën, toovergodin- nen (widadari - pêri), priesters, waar zeggers, toovenaars, ouden van dagen (in 'talgemeen: orang toewa), de jonge lingen (anak moeda), de geesten en reuzen (djin - raksasa) rijken en armen (orang kaija - orang miskin), de narren (badoet, banjoet of banjolan genaamd) en verder de figuranten. In den regel heeft men twee potsen makers, die behalve van de komieke scène's ook op de hoogte moeten zijn van het hoog- en laag-Maleisch, als mede van vele lachwekkende gezegden, uitdrukkingen en woordspelingen, welke in zwang zijn bij het volk. Hieruit volgt, dat deze "badoets" wel zware rollen te vervullen hebben en zij voor een opera als deze zoo niet moeilijk dan in 't geheel niet te missen zijn. Zij zijn naast de "Sri Panggoeng" (d.i. de beste actrice - prima donna - of acteur) wel de voornaamste en gewichtigste personen bij deze komedie's. De met olieverf beschilderde tooneel- schermen zijn bij deze opera's uit den aard en het karakter van het tooneel doorgaans van hetzelfde genre. Zoo vertoonen de coulissen - dikwijls zes tot acht in getal - in den regel één of meer illustraties uit de "Duizend-en- een-nacht" voorts Oostersche stads gezichten als huizen met verdiepingen in Moorschen stijl, moskeeën enz.: ge legen aan breede straten; of soms ook fragmenten van steden in Europeeschen bouwtrant; lanen, waarlangs waterpar tijen met bruggetjes; vorstelijke verblij ven (astana); lusthoven waarin vijvers met zwanen en bloementuinen (taman) en bosschen (hoetan of rimba). Op de vaste zijschermen worden veelal bosschage's en boomgroepen geschil derd, terwijl de afzonderlijke, afneem- (lees verder volgende pagina) 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1991 | | pagina 23