In Indonesië
tijdens de "Prang-Teluk"
(golfoorlog) (slot)
Van vaderlandse reizigers hoorden wij meermalen dat zij grote afstanden
over Java hadden afgelegd per nachttrein. Wij wilden ook met de trein rei
zen, maar wel overdag want dan zie je meer.
door C.A. Heshusius
MET DE DAGTREIN OVER JAVA
Verblijvend in Yogyakarta wilden we met
de dagtrein naar Jakarta gaan. We had
den de tijd en lieten ons uitvoerig inlich
ten. Wij kochten van te voren onze ge
reserveerde plaatsen; dat was eenvoudig
want in deze dagen van de Golfoorlog
was het aantal reizigers met bijzondere
treinen gedaald. In de trein waren op ge
noemd traject twee klassen benevens
ook een luxe-uitvoering luisterende naar
de naam EXECUTIVE. Daar kostte een
enkele reis naar Jakarta 26.500 rupiah en
voor het reserveren (pesan tampat) nog
eens duizend; aldus voor alles overeen
komend een gulden of 25 a 26. Eigenlijk
een gering bedrag voor een comforta
bele reis van bijna negen uren over een
afstand van meer dan vijfhonderd kilo
meter. Kom daar maar eens in Neder
land voor! Hierbij was inbegrepen een
uitgebreid ontbijt, een warme rijstlunch
en zoveel thee en koffie als men wenste,
met ook nog een gratis ochtendblad
naar keuze met het laatste nieuws. Wij
zaten in een luxe-coupé met air-con
ditioning (in de tropen nooit te versma
den), met video en heerlijk verstelbare
ligstoelen met veel beenruimte. Voor de
zetel een opklapbare tafel en een voe-
tenbank. Ook de toiletten waren
schoon.
Eigenlijk reizen veel te weinig mensen in
dit land met de trein. Practisch iedereen
reist per voertuig over de weg. De we
gen zijn dientengevolge overvol en soms
verstopt vanwege het steeds toene
mende verkeer; de wegen blijven te
smal. En hoewel men pauzeloos bezig is
om de bestaande wegen en bruggen te
vernieuwen en te verbreden, blijft de ca
paciteit te gering vanwege de nog snel
lere toename van de bevolking. Daar valt
nauwelijks meer tegen te werken. Het
voertuigenpark is voor een deel verou
derd en hoewel de frequentie maximaal
is opgevoerd zijn alle bussen en overige
openbare voertuigen steeds stampvol.
Vanwege een te lange verwaarlozing lij
ken de spoorwegen de slag tegen het
wegvervoer te hebben verloren. De laat
ste tien jaar tracht men ter ontlasting
van het wegvervoer de treinen veelvuldi-
ger te laten rijden. Het lijkt weinig te
helpen want het gros van de trajecten is
nog met enkelspoor, iets wat in de jaren
dertig nog ruim voldoende was. Planolo
gen moeten verder maar uitzoeken op
welke wijze de trein kan meehelpen de
zeer reislustige mensen op Java te ver
voeren.
Voor Europese begrippen zijn de treinen
erg goedkoop. En de trein is - zeker als
men een goede zitplaats heeft - veel in
teressanter dan de autobus. Men mist
gelukkig in de trein die overvolle en ge
vaarlijke verkeerswegen. Men heeft
heerlijk niets te maken met het lawaai en
vele stof en men heeft vooral geen last
van de kwalijke dampen van benzine en
diesel. In de trein rolt men meestal door
een paradijselijk landschap; het natuur
schoon blijft volop zichtbaar. Mensen
ziet men heel weinig. Men blijft in de
trein gevrijwaard van de ontzettende,
foeilelijke en systeemloze lintbebouwing
en de onvoorstelbaar ontsierende
reclameborden
In de heerlijk gekoelde coupé van onze
trein waren 48 zetels. Drie bedienden
waren constant aanwezig om het de
inzittenden zo gerieflijk mogelijk te ma
ken. Wij namen de andere passagiers in
ogenschouw. Allen waren inwoners van
dit land. De enige uitzondering was een
zeer actieve Europese zakenvrouw. Al
leen de video was helaas onder peil; een
continu voortgezet karategevecht. Voor
ons hoefde die video helemaal niet,want
wij bleven de hele reis gefascineerd naar
het landschap kijken. Aangezien de trein
niet hard reed in het begin en omdat er
ook geen geluid te horen was, leek het
alsof men zich op een tover-boot voort
bewoog door een heel lang kanaal. Het
landschap was kostelijk: de kleur van de
sawahs, de bossen, de blauwe lucht, de
zon; de vulkanen in de verte. Doordat
de ongemakken van de verkeersweg vol
ledig uitgeschakeld waren, leek het in
derdaad of wij weer terug waren in "het
Indië van vroeger", het land van die
oude reisbeschrijvingen; ja helemaal in
de klassieke tijd Natuurlijk is deze
emotie die ons aangreep erg subjectief.
Mogelijk ziet niet iedereen het zo, maar
wij konden er niet aan ontkomen, om al
les op deze wijze gretig naar binnen te
zuigen.
Slechts zo nu en dan kruiste de trein een
overvolle verkeersweg. Tot Cirebon
bleef de snelheid gering. Als kind hadden
wij dit traject meermalen gereden,
vooral in de jaren twintig. Het mooiste
stuk is tussen Purwokerto en Cirebon:
het is een bergachtig terrein. Nu werd
de trein getrokken door onaandoenlijke
diesellocomotieven. Daar waar de baan
bochtig was en waar men dus zowel
naar voor als naar achter kon kijken, zag
men in beide richtingen de rest van de
trein, hetgeen op zichzelf al een bijzon
dere gewaarwording gaf. Als jeugdige
vonden wij het uiterst spannend wan
neer op dit zware traject de kolossale
berglocomotief van de vroegere Staats
spoorwegen aantrad. Dat was de "Sri
Goenoeng", de bergkoningin. Die kon
schel fluiten met al zijn formidabele
stoom en dat weerklonk in het bergland.
Heden ten dage is deze berglocomotief
voor liefhebbers te zien in het spoor
wegmuseum te Utrecht. In Indonesië zelf
staan al die vooroorlogse kolossen nu in
het spoorweg-museum op het oude sta
tion te Ambarawa.
Na Cirebon waren we in de laagvlakte
aangekomen. Een snelle locomotief
bracht ons met een vaart van honderd
kilometer per uur naar de hoofdstad.
Ongelooflijk wat een rijstvelden er in dit
deel van Java zijn. Men oogst daar tegen
woordig al op mechanische wijze en lang
niet meer zoveel met dat kleine rijst-
mesje.
We waren nu ook snel via Indramayu en
Karawang in Meester Cornelis, dat te
genwoordig Jatinegara heet, maar waar
nog steeds de grote Cipinang-gevangenis
staat.
In Jakarta stapten wij uit op het voorma
lige station Koningsplein, nu Gambir ge
heten. Porters in oranje pakken en voor
het gemak met grote nummers op borst
en rug, ontfermden zich over onze ba
gage-
In het gigantische verkeer van Jakarta
met zijn miljoen motorvoertuigen, voel
den wij ons een minuscuul deeltje.
Maar het was die dag een kostelijke
treinreis geweest.
35