Nogmaals de "Grote Onbekende" De nieuwe fietstas "Kedelé" Firma PANATUUR Scheveningen Wij zijn de derde generatie kroepoek-makers in de familie. Het VAMU embleem is een garantie voor smaak en kwaliteit. Naast onze kroepoeksoorten vragen wij uw speciale aandacht voor onze kroepoek Omdat de vakantie's extra inspanning kosten, is de kedelé de ideale stimulans. Vraag het uw winkelier. •H1 070-358 43 14 46 In Moesson (jrg. 35, No. 15) beschreef Harryet Marsman haar ontmoeting met de "Grote Onbekende", gevolgd door een artikel van Ko van Duim (Moesson, Jrg. 35, No. 16), dat haar gast (de "blau we vogel") mogelijk onder de Tanagers gezocht moest worden. Ik verwachtte in Moesson nog verdere commentaren hierover, maar gezien dit niet het geval was en tevens de wensen van Harryet Marsman, geuit in Moesson (Jrg. 35, No. 15), nog niet vervuld waren, waag ik dit stukje erop. In de eerste plaats moet ik vanuit mijn vogelkundige kennis Harryet gelijk ge ven, de waargenomen vogel is de Bra ziliaanse kardinaal, in het Engels: Red- crested or Brazilian Cardinal (Paroaria coronata Miller, 1776) en niet de "Swal low Tanager" (Tersina viridis llliger, 181 I) of de "Blue-grey Tanager" (Thrau- pis virens L. 1766, nu geheten Thraupis episcopus L, 1766). Met mijn excuses aan Ko van Duim, het boek van O.L. Austin Birds of the Worldis door zijn beperktheid niet erg geschikt voor zulke determinaties. Inderdaad komt deze "vreemdeling" in ons land op voederplaatsen voor mus sen, mezen en vinken voor, het is een veel gehouden kooivogel en je kan daar door geregeld ontsnapte exemplaren zien. Ik zou ook de exemplaren van de Chinese Nachtegaal (Leiothrix lutea, En gels Pekin Robin) niet de kost willen geven, die op voederplaatsen rond hui zen te zien zijn en die eveneens geliefde volière-vogels zijn. Meestal sluiten deze "ontsnappelingen" zich later weer bij de een of andere volière aan. De vraag van Harryet naar een afbeel ding van deze bijzondere vogel is gemak kelijk te beantwoorden. Natuurlijk is de vogel uitvoerig beschreven en afgebeeld in vogelkundige handboeken, zoals R. Meyer de Schauensee - "A Guide to the Birds of South America" (Oliver Boyd, Edinburgh, 1971). Maar er zijn ook an dere boekjes, zoals de tegenhanger van de in ons land zo bekende Peterson/Kist "Vogelgids, vogels van Europa", namelijk de Peterson-gids Field Guide to Western Birds" (USA), waar de vogel af gebeeld is omdat hij geïntroduceerd is op Hawaii (editie 1961, p.3l I). Daar komt hij voor naast uit Indië geïntrodu ceerde soorten, zoals de Glatik, de Shamalijster, de Kutjitja, de Zwarte Djalak en nog vele anderen. De intro ductie van zoveel vreemde soorten in dit kleine eilandenrijk heeft helaas enorme gevolgen gehad voor de inheemse (ende mische), lokale vogelwereld. Nergens zijn er zoveel oorspronkelijke vogels oorten uitgestorven als juist op de Hawaii-eilanden. Hetzelfde kan gezegd worden voor Nieuw-Zeeland, waar onze lijsters, merels, vinken, roodborstjes of nachtegalen vrolijk rondtrippelen, maar vele zeldzame soorten verdwenen zijn. Tenslotte de vraag van Harryet, waar ze de vogel zou kunnen zien. Mocht niet ie mand ergens in de buurt zijn, die een dergelijke volière-vogel heeft, dan ben ik bereid een in Wageningen te tonen. Niet dat ik zo'n vogel zelf heb, ik houd niet van kooivogels en zie ze liever buiten vliegen, maar ik weet wel een adres. Tenslotte wil ik ook wel de boekjes met gekleurde platen lenen, mocht zoiets niet dichter in de buurt beschikbaar zijn. Tenslotte wat het voer van de "Grote Onbekende" betreft, hij is zowel "zaad- etend" als ook gedeeltelijk een "insec teneter", dus heeft hij "mengvoer" no dig. Volgens de boekjes komt de vogel in zijn vaderland voor in open, vochtige terreinen, vaak langs beken en in het struikgewas langs het water ("Wet scrub of shrubbery country"). JAN HENDRIK BECKING Wageningen. Zoals zoveel beppes ben ook ik vreselijk verknocht aan mijn oude spulletjes. Er moet heel wat water door de Brantas stromen, voordat ik iets weggooi. Mijn oude fietstas was zoiets, 't Ding was aan alle kanten ingescheurd, en alleen 't idee, dat vandaag of morgen op een zeer ongelegen moment de tas 't helemaal zou begeven en mijn tomaten en ter- rongs over de keien zullen rollen - mis schien wel met een joelende school- bende erachteraan - deed me besluiten een nieuwe te kopen. Aangezien ik van kwaliteit en duur zaamheid enz. geen fricadel heb gegeten, vroeg ik mijn schoonzoon, die zich niet gauw iets laat aansmeren, me daarbij te helpen. Samen kochten we de mooiste en stevigste en vooral de meest ruime dubbele fietstas, die er te krijgen was. Ik was er echt mee in mijn schik, ook de grijze kleur beviel me best. Toen ik de volgende dag mijn bood- schappenkarretje naar 't fietsenrek reed, dacht ik hoe fijn 't was, dat ik nu niet meer met de ruimte hoefde te schippe ren. Eén fietstas had ik al vol en ik keek vergenoegd naar wat er nog in 't karre tje lag. Dat kon makkelijk in de andere tas, met mijn handtas erbij. Ik sloeg de klep van de tas open, en o, wat schrok ik. Die helft was al gevuld met lege bierflessen. Nou, ik heb wel een schep ondeugden, maar daar is bier niet bij. Die lege flessen leken op even veel open monden, die me uitlachten. Ik had de verkeerde fiets te pakken. Wat een sufferd toch om te denken, dat ik al leen de gelukkige bezitter van zo'n mooie fietstas was! Ik keek de rij fietsen langs en tien fietsen verder zag ik mijn fiets staan. Vliegensvlug haalde ik de boodschappen weer uit 't karretje. Ge lukkig dat de eigenaar van de fiets me niet zag. Ik deed wel niets verkeerds, maar dat uitleggen is zo vervelend. Thuis merkte ik, dat ik mijn bouillon blokjes kwijt was. Zeker in de haast in de verkeerde tas laten liggen. Eeuwig jammer toch, dat ik 't gezicht van de eigenaar van de bierfiets niet heb kunnen zien, als hij mijn vergeten bood schap vindt. Een doosje bouillonblokjes, out of the blue! A.M.C.T. WOLTERBEEK

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1991 | | pagina 50