l/wkbcite Ned&dcMdeM, m kd QeAcJM(Éeiwb04iJ^^ (Hoosi v.c&. Q&ucjieti 5 Aanvullend lesmateriaal In mijn vorige artikelen heb ik geconsta teerd dat veel schoolboeken over Indi sche Nederlanders nogal wat te wensen overlaten. Hieraan kunnen leraren iets doen door in de les of bij de voorberei ding daarvan gebruik te maken van aan vullend informatiemateriaal. Als "aanvul lend lesmateriaal" beschouw ik alles wat bruikbaar zou kunnen zijn voor het on derwijs. Diverse soorten aanvullend ma teriaal worden door diverse instanties om diverse redenen gemaakt. Er zijn boekjes en films die speciaal voor het onderwijs zijn gemaakt; andere zijn er Fragment I (uit: Onderwijsgroep Komitee Indonesië, Op zoek naar Indonesië in Am sterdam, Amsterdam 1983): "Maar soms zou je bijna vergeten dat geschiedenis ook nog wel iets naders is dan al leen geschreven tekst. Gebeurtenissen van lang geleden hebben ook buiten de boe ken allerlei sporen achtergelaten." (pag. 3) "Behalve in voorwerpen, gebouwen en monumenten kan je soms ook in de taal iets van de geschiedenis terugvinden. Veel Nederlandse woorden komen bijvoorbeeld uit het Maleis, de taal die vroeger in Indonesië werd gesproken. Andere Maleise woorden die we veel gebruiken zijn bijvoorbeeld "pienter", "soebatten", "amok" maken, "soesa"." (pag. 4; hierbij foto met bijschrift: "Indonesië in Amsterdam? Indonesische hapjes, te koop in een Am sterdamse toko".) "De Hollanders stroomden in groot aantal toe, om in Nederlands Indië te werken als militair, bestuursambtenaar, ondernemer of leraar. In Nederlands-lndië ontstond een echte "rassenmaatschappij". De blanken en de inlanders leefden wel dicht bij el kaar, maar toch scherp gescheiden: op scholen, in zwembaden, stadsgedeelten, hui zen werden de verschillende rassen apart van elkaar gehouden. Hollandse kinderen konden niet zomaar met Indonesische kinderen spelen. Chinezen waren ook weer een aparte groep. Evenals de zgn. "Indische Nederlanders" of "lndo"s", mensen met een gemengd Indonesisch/Nederlandse afkomst, die vaak niet wisten bij welke groep ze nu eigenlijk hoorden, "(pag. I I; hierbij: foto met bijschrift: "Gemengde klas om streeks 1900") "De boeren en boerinnen, de arbeiders en arbeidsters op de ondernemingen leefden algemeen nog in grote armoede. Tijdens de ekonomische krisis van de jaren dertig werden veel welzijnsvoorzieningen weer ingekrompen en massa's mensen ontslagen. Intussen zaten de meeste Hollanders, en natuurlijk ook de rijke Indonesiërs, in ruime, koele huizen met veel bediendes. De meeste Hollanders waren al gedwon gen geweest terug te gaan naar Nederland, en veel Indische Nederlanders besloten daar ook toe, hoewel ze het kille landje hier alleen kenden uit boeken en plaatjes." (pag. 12; hierbij: foto met bijschrift: "Indische Nederlanders zagen in Nederland voor het eerst sneeuw!") "Bijna iedereen in Nederland kent het Indonesische eten. Het is zo goed bevallen, dat het niet alleen in de speciale "Chinees-Indische" restaurants te krijgen is, maar ook in gewone snackbars, zij het in een iets "aangepaste" vorm. "Ook vind je in Amsterdam veel "toko"s": winkels waar je Indonesisch eten kunt afhalen, en waar je verder alles kunt kopen wat je nodig hebt voor Indonesisch koken. Toko is het Indonesische woord voor winkel. De toko's worden meestal gerund door Indonesische of Chinese families. "Chinees eten is voor veel Nederlanders het zelfde als Indonesisch, maar dat is niet zo! Het Chinese eten is over het algemeen minder scherp gekruid. Bami is oorspronkelijk een Chinees gerecht." (pag. 18) 10 voor een breder publiek. In dit artikel bespreek ik de eerste soort, waarbij ik vooral let op de informatie over Indische Nederlanders. Het komt voor dat in een boekje de informatie over dit onder werp beperkt is, maar dat het boekje wel goede achtergrondinformatie geeft. Op dat laatste kom ik later terug. Onderwijsgroep Komitee Indonesië Het Komitee Indonesië volgt sinds 1968 de ontwikkelingen in Indonesië en let in het bijzonder op zaken als welvaartsverdeling, democratie en mensenrechten, hetgeen onder meer resulteert in onderwijsmate riaal voor de onderbouw VO. "Op zoek naar Indonesië in Amster dam" is de titel van een projekt uit 1983. Bedoeling is dat leerlingen (vermoedelijk onderbouw VO) na bestudering van een boekje op zoek gaan naar sporen van Indonesië in Amsterdam. Aandacht wordt be steed aan straatnamen ("Batavia- straat"), gevelstenen ("Dl. 3 Oost- Indiëvaarders"), monumenten (Van Heutsz), toko"s en snackbars. De opzet van het projekt verdient waardering. Onvergeeflijk is echter het feit dat de grootste uit Indonesië afkomstige groep in Nederland - het ging toch om sporen in Amsterdam van het Indonesische verleden - niet meer dan marginaal besproken wordt. Duidelijk is dat ook de schrij vers van dit boekje geen raad wisten met de plaats van Indische Nederlan ders tussen Hollanders en Indone siërs. Daarnaast is de meer alge mene informatie over de geschiede nis van Indonesië zeer tendentieus en meermalen onjuist, zoals in de passage over de jaren "30 (fragment I In 1987 verscheen voor brugklassen

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 10