"PHYTOL" GEDEPONEERD Zilveren Medaille Den Haag 1885 Luik 1902 Gouden Medaille Den Haag 1913 Lid der Jury, Brussel 1910 Pharm. fabriek Wagenstraat 129, Den Haag Vraag gratis receptenboekje bij uw Toko en drogist door een vriend, Max A., de zoon van een der schooljuffrouwen naar de ze vende klas teruggeloodst moest worden. De andere Herman, hun partner, was er misschien niet bij, of hij was wel in de buurt, maar mengde zich niet echt in de ruzie. Hoewel Tjeerd buiten schooltijd wel zijn speelkameraad was. Mogelijk dat de onderwijzers van het incident verna men. Meneer Vis zou dan wel zo ver standig zijn geweest om zich verder met deze schooljongensruzie in een pauze niet in te laten. Hoewel, we wisten alle maal dat hij ten opzichte van de familie van Mies en Tjeerd nogal positief was bevooroordeeld. Hadden we niet on langs op de tiende verjaardag van Mies een hele schooldag vrij gehad en op uit nodiging van haar moeder met onze zesde klasse allemaal op Soember Po- rong de ochtend mogen doorbrengen bij het zwembad? Bij die gelegenheid had ik zelf ruzie ge kregen met haar broer Tjeerd, die mij een "opscheppertje" had genoemd, en met me wilde worstelen. Hij kende me niet eens! En dan zo iets te zeggen! Maar ik geloof wel, dat ie een beetje gelijk had, achteraf beschouwd. Ik ben namelijk altijd wel flinker geweest met mijn mond dan met mijn vuisten. Destijs had ik de gewoonte om aan Dick en Hans allerlei verhalen te vertellen in de pauze. Die ik had gelezen maar ook die ik had verzon nen. Dat waren dan de sterke verhalen. Misschien had Tjeerd wel eens iets ge hoord. Of was het een poging tot toena dering van zijn kant, die ik niet begreep? Meneer Vis repte er niet over. Er was trouwens niks gebeurd, geen bloed, geen dichtgeslagen ogen, zelfs geen officiële uitdaging om de vete na schooltijd te be slechten. (Men bedenke, Dick en Tjeerd waren allebei echt Hollandse jongens van keurige familie; die beschadigen el kaar ten eerste niet en maken van vech ten evenmin een punt van "eer". Hun kracht van overtuiging ligt meer op het verbale vlak). Wij bewonderden min of meer de ten gere Dick, die het toch maar bestaan had om een jochie uit de hoogste klas er van langs te geven. Nota bene spruit van zulk een belangwekkende vader. Het belachelijkste van de zaak was, dat vrindje Max, die lange slungel en zoon van de dikste en mallotigste schooljuf die ik ooit gezien heb, het nodig vond om ons drieën ernstig vermanend te wijzen op het verkeerde van onze denk- en handelwijze. Dick had Tjeerd nooit zo mogen aanvliegen. Wist hij dan niet, dat "de jongen een zwakke borst had". We kwamen bijna onder de indruk, ware het niet, dat we voor Max al even weinig ontzag hadden als voor zijn ma, die ook geen flauw idee had van rechtvaardig heid, het lieve goeie mens. Die ma van Max hadden we na de tweede pauze een tussenuurtje voor cij feren of wat anders. En laat dat mens er nou over beginnen! Zij sprak zalvend tot Dick: "Jij begint je de laatste weken steeds vreemder te gedragen. De hark van Mies en Tjeerd heb je ook al kapot gemaakt!" Nou vraag ik je. Hadden we het niet ergens over een schooltuin? Een schooltuin in het toen malige Indië. Op een Indische lagere school. Een experiment dat eigenlijk van te voren al tot mislukking gedoemd was. Waarom dan wel? Ik neem aan dat het aan het toenmalige onderwijssysteem lag. Geslachten en generaties lang waren we gewend geweest alles precies te doen, zoals het ons voorgezegd was. Er was op de vroegere school geen plaats voor eigen initiatief van leerlingen. Onze onderwijzer maakte een plan, gaf even hulp en aanwijzingen en verwachtte dat we nu uit ons zelf de boel draaiend kon den houden. Enkelen konden dit mis schien, maar de grote massa liet het na een maandje afweten. Het sociale sys teem van "gelijke kansen" bieden en dan in wederzijdse samenwerking toch een beetje met elkaar wedijveren, het func tioneerde niet of nauwelijks. Het lijkt soms helaas wel wat op de tegenwoor dige "ontwikkelingshulp" Maar we zou den niet pedagogisch gaan doen, wel kan ik het niet laten aan politiek te denken. (Slaat natuurlijk nergens op! Of toch wel?). Zo ging het eerst: Er werd een plan ge maakt door een welwillend jong onder wijzer om een klasse van schoolkinderen te animeren voor een écht project. Ze moesten leren samenwerken en teza men iets goeds en leuks tot stand bren gen. Een schooltuin, waarmee onze school zich kon laten zien: Dus werd de grond verdeeld. Er werd geïnvesteerd in werkkapitaal, dat allen mochten beheren en tot ontwikkeling brengen. Een zaaier ging uit om te zaaien. Een gedeelte van het zaad viel op de weg en werd door de vogels opgepikt: Dat waren de lui die a priori al geen zin had den om mee te doen.. Een deel viel in een dun laagje humus en schoot snel op, maar daar onder de aarde rotsbodem lag, verdorde alles gauw: de kindertjes die het direct opga ven toen de eerste tegenslagen kwamen. De succesvollen slokten de schlemielen op- Een deel schoot goed wortel en begon zich te ontwikkelen. Maar toen werden de goede activiteiten verstikt door sleur, doordat men zich al die moeite niet lan ger wou getroosten. Doordat er in de pauze wel leuker dingen te doen waren dan werken in zo'n dooie schooltuin. Hoe ging het met het uiteindelijk resul taat van hen die volgehouden hadden? Ach, wel goed, maar het doel, was dat bereikt? Zinvol bezig zijn van klas 6? Drie of vier maanden later waren er zelfs een paar "buitenlanders" (zevende klassers) bijgekomen, beleend met stuk ken waarop de oorspronkelijke eige naars geen prijs meer stelden. Lievelin getjes van Meneer? Deden ze arrogant omdat hun ouders belangrijk waren? Ach welnee, toen was de schooltuin voor de meeste anderen nauwelijks meer inte ressant. Ze hadden andere interesses. Inplaats van 24 afzonderlijke tuintjes wa ren er minder dan 10 overgebleven. Hebben we ooit uit de schooltuin een boeket op de tafel van Meneer Vis kun nen zetten? Het jaar daarop werd door de ons op volgende zesde klas totaliter niets meer gedaan. Wij waren naar de zevende overgegaan en blokten voor onze toela tingsexamens. De familie van Tjeerd en Mies zat in Nederland. Ook de andere Herman. Meneer Vis werd nog in de loop van dat cursusjaar naar Malang overgeplaatst. Er was niet langer een schooltuin. Alleen de Ipomoea van Meneer Vis op perceel A bloeide nog met bleke lila trechters temidden van het door de kunstmest dubbel zo tierig groeiende onkruid en de slordige graspollen, die niet langer ge maaid of gewied werden. Sic transit gloria mundi... {Transeunt immatura omnia nova...} Zo vergaat 's Werelds Glorie... {Alle niet rijpelijk doordachte nieuwighe den houden geen stand...} 32

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 32