SCHILDERIJEN
Te koop gevraagd
verafgelegen eilanden, langs de kusten
vestigden en zo de heerschappij over de
lokale bevolking opeisten. De schaarse
voorwerpen, die men ter beschikking
had om het achterliggende verhaal te il
lustreren, zijn op zichzelf stuk voor stuk
de moeite van het bekijken zeker waard.
Maar ze zijn te fragmentarisch om ook
maar een minimaal beeld op te roepen
van de pracht en praal, die sommige
sultanaten in het verleden tentoonge
spreid hebben, zoals bijvoorbeeld Palem-
bang of Banjarmasin. Van dit laatste
sultanaat prijken twee grote curieuze
boegbeelden van statieprauwen, aan de
ingang van de tentoonstelling. Zij hebben
de vorm van fabeldieren met trekken
van een gekroonde makara of zeeolifant,
die uit de hindoe-javaanse kunst bekend
is geworden en later via de Javaanse in
vloed in Banjarmasin aan de zuidkust van
Kalimantan, werd geïntroduceerd.
Door ruimtenood gedwongen, zal de be
spreking van de tweede tentoonstelling
"Boeddha en Shiva op Java" in een vol
gend nummer aan de beurt komen.
Insulinde in Leiden" is nog tot en met
3 I oktober 1992 te bezichtigen, dus u
hoeft zich niet te haasten.
R.S. WASSING
Zakelijke gegevens:
De Engelstalige catalogus kost 60,-
Openingstijden: dinsdag t/m vrijdag
10.00 tot 17.00 uur
zaterdag en zondag 12.00 tot 17.00 uur
Toegangsprijzen: 7,50 p.p. Voor CJP,
65 plus, kinderen van 5 tot 18 jaar en
groepen van minimaal 20 personen 6,-
p.p. Museumjaarkaarthouders 4,- p.p.
Kijkwijzer: Voorbij dejavazee. Eigen
uitgave, 5,-
Voor verdere gegevens:
Rijksmuseum voor Volkenkunde
Steenstraat Ipostbus 212
2300 AE Leiden, tel. 071 - 21 1824
van de volgende schilders:
R. Bonnet, Ernst Dezentje,
W.G. Hoffker, A.J. Le Mayeur,
F. Holleman, G. Adolfs,
Raden Saleh, A. Sonnega
enzovoort.
Reacties met foto en afmeting naar
P. LEIMENA, Michelangelostraat
107-11, 1077 CA Amsterdam.
Tel. 020 - 679 08 80
Flores, die doen denken aan twee
kleine platgeslagen schroefbladen, die
door een gedraaide lus met elkaar
verbonden zijn. Eigenlijk zijn alle gou
den sieraden uit Oost-lndonesië, of
ze nu om het oor gehangen worden,
om de hals, of aan de hoofddoek be
vestigd, in de allereerste plaats
waardegoederen, waaraan adellijke fa
milies hun rijkdom en macht ontle
nen. Alleen bij ceremoniële feesten
worden ze tevoorschijn gehaald. De
eilanden van de Zuidoost-Molukken,
die in het verlengde van de Kleine
Soenda eilanden liggen, zijn vooral be
kend geworden om hun houten voor
ouderbeeldjes, die in zittende houding
zijn weergegeven. Van Babar of Leti
zijn maar liefst twee volledige offer
palen aanwezig, die naast elkaar zijn
opgesteld. Een grote zeldzaamheid,
zeker ook gezien de goede staat
waarin zij nog verkeren. De voor
ouderfiguur troont gehurkt, met de
gevouwen armen op de knieën rus
tend, boven op de paal, temidden van
een halvemaanvormige versiering, die
links en rechts als de voor- en achter
steven van een prauw uitsteekt. Het
beeld rust tegen een schuin omhoog
lopende besneden kolom, terwijl een
ander uitsteeksel als een staart naar
achter wijst. Aan de voeten van het
beeld steekt een klein offerbakje naar
voren uit. Dergelijke offerpalen stonden
buiten midden op het dorpsplein opge
steld boven op een terras van opgesta
pelde stenen. Fascinerende voorwerpen
zijn het, van een uitzonderlijke schoon
heid. Het trapeziumvormige huisaltaar:
tavu, van Tanimbar, stelt in het platte
vlak eveneens een voorouder voor. In
dit geval de stichter van de familietak,
waarvan de oudste afstammelingen in
mannelijke lijn generaties lang het
familiehuis hebben bewoond. In feite is
het dus de stichter van de clan, die over
het stamhuis waakt. De getoonde
Papoeakunst beperkt zich tot de noord
kust van Irian Jaya. Hier valt vooral het
spiraalmotief op als versieringstechniek
op de ophanghaken en kalkkalebassen
van het Sentanimeer; evenals de vis-
motieven op de boombastdoeken uit
deze streek. De abstracte voorouder-
beelden: korwar, van de Cendera-
wasihbaai (Geelvinkbaai) werden voor
een gestorven familielid gesneden en
met diens schedel in de hoofdholte,
thuis of op het graf bewaard, waar het
als middelaar tussen de voorouders en
de levenden een rituele functie had.
Als sluitstuk van de tentoonstelling heeft
men op nogal geforceerde wijze de isla
mitische sultanaten erbij gehaald, die
zich langgeleden, verspreid over de vaak
Het inbranden van spiraalmotieven op een kalkkalebas. Sentanimeer, ca. I960.
39